
Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
De boerderij van vroeger is voor mij een rijke bron van nostalgie. Daarbij spelen wisselende geuren, een belangrijke rol. Dus zeker niet alleen maar stank! De pasgerooide prei, de vers geplukte, puur biologische tomaten, het zongedroogde, kruidige hooi, het pasgemaaide, sappige gras, het boterzurig kuilvoer, de hand-versnipperde mangelwortels, de ammoniakrijke lucht in de kippenstal etc. etc. Het zijn unieke, herkenbare boeren-parfums die garant staan voor een heimwee-opwekkend geurenfestival! In het eerste deel hebben we al kennisgemaakt met de geur van varkensmest.
Toch stond er de avond na het mestavontuur weer de immer terugkerende melkbeurt van onze 18 koeien op het programma. Ik was weer bij mijn positieven en was de zware transportfiets met de melkbussen de baas. Het melken gebeurde met de hand en Mina was mijn favoriete koe. Ik trok mijn krukje stevig tot bijna onder haar uier en installeerde me met de emmer stevig tussen mijn knieen. Dan kwamen die zalige minuten waarbij ik met mijn hoofd tussen haar uier en liesplooi, de stralen in de emmer liet schuimen. Ik genoot dan van haar heerlijke koeiengeur die het ruimschoots won van de onjeklonje op mijn moeders zakdoekje.
Een andere activiteit op ons gemengd boerenbedrijf was de productie van smakelijk varkensvlees. Behalve honderden mestvarkens hadden we ook 15 zeugen die elk jaar talrijke biggen voortbrachten. De beren onder de biggen konden niet zomaar vetgemest worden omdat hun vlees dan een vieze “beregeur” zou verspreiden. Daarom gingen we als de biggen zo’n 15 kg wogen, het hok in om de beertjes te merken via een rode streep op de rug.
Daarna volgde een heel ritueel. Ik installeerde me met canvas schort op een stevige stoel, vlakbij het hok. De “jongetjesbiggen” werden gevangen en een voor een op hun rug op mijn schoot gelegd. Dat ging gepaard met toenemende onrust in het hok. De beertjes krijsten als speenvarkens wanneer ze naar de operatieplek werden gedragen. Ik knelde het spartelende varken met z’n kop onder mijn arm waardoor het gekreun werd gesmoord. Tegelijk spreidde ik de twee achterpoten middels een stevige grip. Mijn jeugdige spierkracht werd dan op de proef gesteld. Ik herinner me nu de kenmerkende geuren-mix van varkenshuid, bek-schuim, stro en adrenaline. Mijn vader had de rol van chirurg/castreur. Hij pakte dan de bekende witte fles met Lysol en ontsmette de huid tussen de achterpoten. Daarna deed het vlijmscherpe scheermes zijn werk en binnen no-time had hij de testikels eruit gewipt en afgesneden. Beertje was voortaan een borg. Ik kreeg allengs kramp in mijn armen door het fixeren van de houdgreep bij de tegenstribbelende beertjes. Soms beet er een stevig in mijn onderarm, met blauwe plekken als gevolg. Maar ik kwam toch goed weg… De Lysol werd tenslotte ook rijkelijk in de twee ontstane holten gespoeld. De penetrante geurenmix van Lysol en varkenskot staat na 52 jaar nog scherp in mijn geheugen gegrift. Groot was dan mijn opluchting als de borg weer werd vrijgelaten en de eerste minuten wat verdwaasd tussen zijn broers en zussen rondzwalkte…
Ik zou dit nu, ondanks mijn ruimere spierkracht niet meer kunnen en willen opbrengen! Tijden veranderen maar die geuren (en dierenmishandeling?) blijven me bij!
Op de boerderij moest veel werk in handkracht worden verricht. We werden voor het trekken van ploeg, eg en kar geholpen door twee prachtige warmbloed merries, Filomeen en Dorita. Ik was dol op hen. Toch ging het er wel eens stevig aan toe als de zware hooiwagen door diepe kuilen in het karrespoor moest worden getrokken. Aangespoord door mijn kreten als “vort” en “hot” en “haar” waren ze vaak sterker dan de Belgische knol van de buurman. Hun lijven waren dan drijfnat en verspreidden een welriekende paardengeur. Die werd ik extra gewaar wanneer ze na gedane arbeid, hun verdiende water, haver en liefdevolle verzorging van mij kregen. Die stallucht-melange van paardenzweet en paardenpoep mag van mij in onze luchtverfrisser…