Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
De inschrijving in het Mirakelboek luidt (vertaald) als volgt:
“In het jaar ons Heren MCCCLXXXIII (1381) op de 23e dag van maart, verscheen in ‘s-Hertogenbosch een zekere Roelof Moliaert uit Scaeywijc in de parochie van Herpen. Hij bracht zijn dochter Lijsbet met zich mee. Deze Lijsbet leed aan sunte-cornelisonghemac, de Cornelisziekte ofwel epilepsie. Vader en moeder beloofden samen met Lijsbet, hun dochter, op bedevaart te gaan naar ’s-Hertogenbosch, naar Onze Lieve Vrouw en daar het gewicht van Lijsbetken in wijn, tarwe, goud en zilver te offeren. Toen zij deze belofte hadden gedaan, genas het meisje onmiddellijk en zij is ook gezond gebleven.
Zij hebben hun bedevaart vervolgens trouw gedaan inclusief het wegen van Lijsbet en geven van de offerande, precies zoals zij beloofd hadden. En dat dit de zuivere waarheid is, daarvan is getuigenis afgelegd door hun dorpsgenoten. Voor de grote genade die hen overkomen is, hebben zij God en ook Zijn lieve, gezegende Moeder dank gebracht.”
Tot zover het verhaal van Lijsbet uit Schaijk. Maar wie was eigenlijk die Cornelis of Cornelius?
De heilige Cornelius werd in Rome geboren aan het begin van de derde eeuw. In 251 werd hij tot bisschop van Rome (en dus paus) gewijd. Hij is niet erg lang paus geweest: keizer Gallus verscherpte de vervolging van christenen, en Cornelius werd gevangen genomen en verbannen naar Centumcellae (het huidige Civitavecchia). Daar stierf hij op 14 september 253 als gevolg van de ontberingen die hij had moeten doorstaan, wat hem de titel martelaar opleverde. Volgens de legende genas hij ooit een verlamd meisje, waardoor hij later onder andere aangeroepen werd ter bescherming tegen epilepsie.
Maar dat was niet zijn enige verdienste: Cornelius werd in de Middeleeuwen een echte volksheilige en de devotie voor hem raakte juist in onze gewesten sterk verspreid. Cornelius, die we hier ook kennen als Knillis, behoorde tot de zogenaamde “noodhelpers” bij ziekten en moeilijkheden. In het hertogdom Brabant waren er vier veeheiligen: Sint-Antonius (varkens), Sint-Quirinus (paarden) Sint-Hubertus (hondsdolheid) en Sint-Cornelius voor het gehoornde vee. Dat laatste heeft ongetwijfeld te maken met het Latijnse woord cornu dat hoorn betekent.
Daarnaast wordt hij, zoals we al gezien hebben, ook aangeroepen tegen epilepsie, en allerlei aandoeningen die iets met verlamming te maken hebben, zoals stuipen, jicht, koorts, reuma, zenuwtrekken en zenuwziekten, maar ook oorpijn en kinkhoest. En zo kwam het dat de ziekte van Lijsbet de Cornelisziekte werd genoemd.