NAC Breda

De samenwerking was een schot in de roos, want zij leverde de wellicht sterkste club van Zuid-Nederland op. NAC versloeg in zijn allereerste bekerwedstrijd, in 1915, moeiteloos Feyenoord. NAC werd negen keer Kampioen van het Zuiden en in 1921 zelfs landskampioen. Vanaf 1920 is de club een regelmatig leverancier van internationals. Kortom: hun geuzennaam “De Parel van het Zuiden” hebben ze niet gestolen!

Betaald voetbal

Volkomen logisch dus dat NAC meteen in het seizoen 1954-1955 betaald voetbal ging spelen. Niet dat de spelers daar rijk van werden: de premie bedroeg in die dagen fl. 22,50 voor een gewonnen wedstrijd. Omgerekend naar de koopkracht van nu is dat ruim € 78,-.

NAC werd in dat eerste seizoen overigens meteen kampioen in de Eerste Klasse A en plaatste zich daarmee voor de Kampioenscompetitie. Twee jaar op rij werd NAC in deze Kampioenscompetitie zeer knap tweede van Nederland. Het is dus niet meer dan logisch dat de Combinatie vanaf het seizoen 1956-1957 in de Eredisivie speelt. Zeker in de eerste jaren kunnen ze daar ook prima meekomen.

Vanaf midden jaren ‘60 worden de resultaten wat wisselvalliger. Soms vinden we NAC zelfs voor kortere of langere tijd terug in de Eerste Divisie, maar steeds voetballen ze zich terug in de Eredivisie.

Vanaf het jaar 2000 eindigden ze daar weer met grote regelmaat “in het linker rijtje” en in 2008 werden ze zelfs derde. In de jaren na 2008 ging het wat minder met de Bredanaren, maar het zou niet voor het eerst zijn dat een wat mindere periode de opmaat bleek te zijn voor grote successen.

Clubhelden

Aan goede spelers hebben ze in Breda nooit gebrek gehad. De legendarische aanvaller Leo Canjels “Het Kanon van Princenhage” bijvoorbeeld werd enkele keren topscorer in de Nederlandse competitie en de eerste NAC-international (Eduard “de Knoest” van Roessel) heeft inmiddels tientallen opvolgers.

Enkele namen? Frans Bouwmeester trad al als 16-jarige voor NAC in de eredivisie aan. Hij werd een ster bij Feyenoord, maar keerde terug naar NAC en beëindigde daar zijn voetballoopbaan. Ton Lokhoff voetbalde er 13 jaar, speelde daarna voor PSV, Nîmes en Feyenoord, keerde terug en voetbalde nog eens vijf seizoenen in Breda; in totaal dus 18 jaar.

Een grootheid als Kees Rijvers begon zijn carrière bij NAC. Ook hij keerde, na bij verschillende binnen- en buitenlandse topclubs te hebben gespeeld, terug op het oude nest en sloot daar zijn loopbaan in stijl af: in zijn laatste wedstrijd was hij één van de doelpuntenmakers in de met 3-1 gewonnen wedstrijd tegen Ajax.

Als uitsmijter noemen wij graag clubicoon, speler, trainer, bestuurder, voetbalanalist, naamgever van het NAC-stadion én het NAC-fanzine, kortom: legende Antoon “Rat” Verlegh. Rat speelde 19 jaar onafgebroken in Breda.

Tenslotte

NAC is een familie die lééft in Breda, ook in sportief mindere tijden. Waar de competitie traditioneel braafjes op zondagmiddag werd gespeeld, heeft NAC het zaterdagavondvoetbal zo ongeveer uitgevonden. En alleen in Breda kon dat uitgroeien tot zo’n fenomeen. Een kolkende cocktail van voetbal, feesten, eigengereidheid, het “Breda-gevoel”. Het “Avondje NAC” is een fenomeen dat nog een lange toekomst voor zich heeft...