De kerk van O.L. Vrouw van Altijddurende Bijstand werd ontworpen door C.M. van Moorsel en in 1956 in gebruik genomen. De bijbehorende parochie werd bediend door redemptoristen ofwel paters van de Congregatie van de Allerheiligste Verlosser.
Het initiatief tot de bouw van deze grote wederopbouwkerk werd genomen in 1953. Het godshuis was bedoeld als het middelpunt van de nieuwe parochie in de wijk West I achter het station. De parochie kwam onder de hoede van de paters redemptoristen, die een klooster en een openbare kerk hadden in de St. Josephstraat. Oorspronkelijk zou de te bouwen kerk gewijd worden aan Sint Jozef, maar uiteindelijk werd voor de heilige Maria gekozen.
Pastoor Van der Drift en kapelaan Hendriksen zegenen de bouw van de O.L. Vrouwekerk, 1955. (Foto: Fotopersbureau Het Zuiden, bron: collectie Erfgoed 's-Hertogenbosch, id.nr. 0047901)
De bouwpastoor was pater W. van der Drift. Hij ging in 1954 aan de slag in de nieuwe parochie. Op de foto zien we hem samen met zijn kapelaan J. Hendriksen, die hem in 1958 als pastoor van de O.L. Vrouwekerk opvolgde. De twee priesters lopen over het bouwterrein aan de Edisonstraat, waar hun kerk zou verrijzen. Zij waren daar tijdens het heien van de eerste paal op 9 augustus 1955. Van der Drift, in het witte priestergewaad, zegent met de wijwaterkwast het bouwterrein. Zijn kapelaan, in het zwart, draagt de wijwateremmer.
Zoals vrijwel alle kerken in Brabant ondervond ook deze na de jaren zestig de gevolgen van een steeds sneller teruglopend aantal kerkgangers. In 1978 werd de kerk verkleind en de grote kerkzaal gesloopt. Er werd een nieuwe wijkkerk gebouwd met een ingang aan de 's Gravensandestraat.
De stichting in de jaren negentig van één parochie voor het westen van Den Bosch betekende het einde voor de O.L. Vrouwekerk; deze werd aan de eredienst onttrokken. De parochianen konden terecht in de parochie Emmaüs en de daartoe behorende St. Annakerk. De voormalige katholieke kerk kwam in handen van de Evangelische Gemeente Parousia.
