
Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
Langs de Aa en de Dommel was er natuurlijk van tijd tot tijd wel sprake van wateroverlast, maar grote overstromingen, waarbij hele gebieden voor langere tijd geïsoleerd werden, zoals langs de Maas of in West-Brabant, waren hier onbekend.
Er was geen dringende noodzaak om zich te organiseren in polders of waterschappen. Men kon volstaan met een simpele regeling van het waterbeheer via bijvoorbeeld dorpskeuren of plakkaten.
De Grondwet van 1848 bracht hierin verandering. De waterbeheertaken werden weggehaald bij de gemeenten en ondergebracht bij daarvoor op te richten waterschappen. Een uitzondering hierop vormde de gemeente Tilburg, die tot 1995 het waterbeheer zelf heeft uitgevoerd.
De provincies moesten de organisatie van waterschappen in hun gebied opzetten. Noord-Brabant stelde daarvoor in 1861 een algemeen reglement vast. Dat was de basis voor een eigen, zogenaamd bijzonder, reglement voor ieder nieuw op te richten waterschap.
In 1863 werd op de zandgronden het waterschap De Dommel opgericht. Dat was bij oprichting nog niet zo groot als tegenwoordig. Na allerlei fusies bestrijkt het huidige waterschap, een van de drie die nog in Brabant bestaan, nu een groot gedeelte van Zuidoost Brabant.
Tussen 1847 en 1900 ontstonden langs de Aa kleine waterschappen, meestal op initiatief van plaatselijke grondeigenaren. Het begon met de Polder onder Berlicum en Rosmalen in 1847, in 1862, 1863 en 1864 gevolgd door de oprichting van respectievelijk de waterschappen De Kleine Wetering onder Geffen, Nuland en Rosmalen; De Beneden Aa onder ’s-Hertogenbosch, Rosmalen, Berlicum en Den Dungen; en Brand en Beusing onder Den Dungen.
In 1883 kwam daar nog het waterschap Het Woud onder Den Dungen, Sint-Michielsgestel en Berlicum bij. Maar het inzicht groeide dat een bovenlokale aanpak (zoals al bij de Dommel was gerealiseerd) noodzakelijk was. Vandaar de oprichting van het waterschap de Aa beneden Helmond in 1922.
In 1926 werd het waterschap uitgebreid met Peelgronden en kreeg het de naam het Stroomgebied van de Aa, omdat het nu daadwerkelijk de hele rivier onder zijn hoede had.
Tegenwoordig valt het gebied onder het Waterschap Aa en Maas.