skip naar content skip naar hoofdnavigatie spring naar service navigatie
sluit
Hulp nodig?

Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.

Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)

Meer informatie over de chat-service? Klik hier

Online op dit moment

Stel je vraag

Ans Holman
Ans Holman RA Tilburg
Menu
sluit
Hulp nodig?

Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.

Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)

Meer informatie over de chat-service? Klik hier

Online op dit moment

Stel je vraag

Ans Holman
Ans Holman RA Tilburg

Rusteloze Ottersummer met wapens op zak

Als we de krant uit die tijd mogen geloven, was Hendrik Winnen uit Ottersum, 21 jaar oud, een rusteloze, lastige jongeman. ‘De schrik van iedereen’ aldus het weekblad Peel en Maas, ‘omdat hij steeds wapens bij zich droeg.’ Een arbeidersknecht die vooraan stond als er gevochten werd en nooit een glas drank afsloeg.

Artikel uit de Provinciale Geldersche en Nijmeegsche Courant van 30 december 1910 over de steekpartij.     

Op 7 februari 1911 had hij eigenlijk in Den Bosch moeten zijn, in de rechtszaal. Het was de tweede keer dat hij zich moest verantwoorden voor een mishandeling. De eerste keer, in 1907, was hij er vanaf gekomen met een boete van 150 gulden. Nu eiste de officier van justitie acht maanden celstraf. Maar Hendrik Winnen schitterde door afwezigheid. In het verslag van de zitting lezen we dat de Ottersummer op dat moment in het Duitse Stierum, bij Mülheim, woonde.

Van slachtoffer tot dader

Nu stond hij te boek als dader, een jaar eerder was het nog andersom. Toen was hij te hulp geschoten. Dat was op Nieuwjaarsdag 1910 geweest. Antoon Peters had samen met zijn vrouw, hun twee dochters en hun aanstaande schoonzoons in Milsbeek de jaarwisseling gevierd. Het was bar gezellig geweest in de herberg van Ehrens, maar ze hadden het aan de stok gekregen met een 32-jarige boer uit Ottersum. Die had met zijn mes wat gevaarlijke bewegingen richting Peters gemaakt en toen was Hendrik Winnen tussenbeide gesprongen.

Hij had de boer zo’n harde klap gegeven dat die op de grond viel en geen boeh of bah meer kon zeggen. Laat die avond ging het gezelschap naar huis om daar nog een afzakkertje te nemen. En toen meldde de boer zich weer, maar nu met een dubbelloops én een enkelloops jachtgeweer bij zich. “Laat je maar zien”, daagde de boer. Niemand, behalve Hendrik Winnen, waagde zich buiten. De boer haalde de trekker over, maar hij had gelukkig zoveel gedronken, dat het schot hagel in de kozijnen terechtkwam en niet in het lichaam van Winnen.

"Nou steek ik je kapot!"

Bijna een jaar later, op kerstavond 1910, is het Winnen zelf die een slok te veel op heeft en zich agressief gedraagt. Als we het verslag van de zitting van 7 februari 1911 mogen geloven, was er eigenlijk geen aanleiding voor zijn gewelddadige optreden. Misschien is er eerder dat jaar toch iets voorgevallen tussen hem en zijn plaatsgenoot Gerrit Derks. Op die kerstavond loopt Winnen achter Derks en een familielid aan. Op een gegeven struikelt Derks en valt op de grond, waarna Winnen op hem afstormt, terwijl hij roept: “Nou steek ik je kapot!” Derks krijgt een flinke jaap in zijn linkerarm. Een pees wordt geraakt en hij kan drie weken niet werken.

Winnen verscheen niet op de zitting en dus was er van een weerwoord geen sprake. De rechters in Den Bosch, die ook de Gennepse dokter Stiemens hadden ondervraagd omdat die het slachtoffer had onderzocht, meenden dat er genoeg bewijs was om de jongeman te veroordelen. En zo gebeurde: hij kreeg zes maanden celstraf opgelegd. Justitie wist hem te achterhalen en in de gevangenis in Breda zat hij dat halfjaar uit. In de gevangenis gedroeg hij zich goed.

Twee jaar later, op dinsdag 2 september, is de dan 23-jarige Hendrik weer eens helemaal van de wereld na een langdurige drinkpartij. Een dag eerder heeft de marechaussee hem op de kermis van Siebengewald nog een geladen revolver afgepakt waarmee hij liep te zwaaien. In het huis van zijn ouders weet de rusteloze Ottersummer toch nog een geweer te vinden. Hij richt zijn wapen niet op een ander, maar op zichzelf en raakt levensgevaarlijk gewond. Twee weken later, op vrijdag 12 september, vijf dagen voor zijn 24e verjaardag, overlijdt hij. 

Dit verhaal verscheen eerder in de Gelderlander

Reageer op dit verhaal

Heb je al een account? Log in met je gegevens.

Heb je nog geen account? Plaats zonder inloggen, of Registreer een account

Help spam voorkomen en los de volgende som op:
Geef mij een andere som.

Lees ook deze verhalen