Ossendrecht O.L.Vrouw ter Duinen. 1955 – 1958.
Op de school zaten +/- 100 leerlingen van het internaat en +/- 100 externen. Leerlingen uit de directe omgeving. Ik volgde de opleiding elektro fijn bankwerken. Mijn klassenleraar was meneer de Vetter.
Het schoolgebouw was nieuw. Er waren 5 afdelingen. Elektro fijn bankwerken, timmeren, machine bankwerken, schilderen en bakken.
De schilders hadden hun praktijklokaal in een oude versleten barak en de bakkers de bakkerij op het internaat nabij de zwemvijver.
Er was ook een natuurkunde lokaal. In het lokaal stonden tafels met aansluitingen voor o.a. elektra gas. Maar deze waren niet aangesloten. Achter in het lokaal over de volle breedte stond een kast met glaswand waar bijna niets in stond. Alleen een potje kwik een ampèremeter en een voltmeter. Als je deze voltmeter op de netstroom 220 volt aansloot ging de wijzer niet op 220 volt staan, maar iets voorbij de 0. Maar je kon laten zien dat er toch iets gebeurde op de wijzerplaat. De natuurkunde les kreeg van mij dan ook een vette 0.
Onze schooldirecteur meneer Waegemaekers kwam met een luxe auto. Een paar leerlingen uit klas elektro die zaterdagmorgen praktijkles hadden mochten zijn auto poetsen.
Er was een leraar meer die met een auto en 1 kwam met een motor. De rest van de leraren kwamen met de fiets.
Internaat.
Op het internaat verbleven +/- 100 leerlingen.
Er waren 4 groepen. 2 groepen junioren van 12 tot 15 jaar en 2 groepen senioren 15 jr. en ouder.
Er waren 2 eetzalen met tafels van 8 personen. Hoofdgebouw zaal links en rechts
Er waren slaapzalen. Boven de eetzalen (junioren) en in een ander gebouw (senioren).
De leiding van het internaat bestond uit leken. Wel hadden we een rector (priester)
Directeur was Marinus Heeren. We noemden hem pa Heeren.
Er was ook een priester. Rector de Grauw. Hij had een persoonlijke huishoudster in dienst.
De rector was de enige op het internaat die een auto bezat. Een Citroën Traction.
Van meneer Tilanus kregen we in de kapel zangles.
Meneer Montee was groepsleider en werkte misdienaars in.
Wij waren ook om de beurt voor zover mogelijk 2 weken misdienaar.
Er werkten ook 2 oudere vrijgezelle mannen die zorgden o.a. voor de groenten en de geschilde piepers. Dat waren Nol en Piet.
In de keuken werkte mejuffrouw Van Vroonhoven. Zei was onze kokkin.
Ook deed ze voor ons licht verstelwerk zoals knopen aan naaien en kleine kleding reparaties. In de keuken werkte nog een paar meisjes van buiten.
Al het vast personeel hadden hun verblijven boven de recreatiezalen links van de kapel.
Bij het internaat was een boerderij de thuisbasis van de ezelkar.
Van hieruit werden groenten fruit en melk etc. aangevoerd.
Het kostgeld was per jaar +/- Fl. 950,00. Wel werd er nog een vrijwillige bijdrage gevraagd.
De junioren mochten niet roken.
De senioren mochten op woensdagavond , zaterdagavond en op zondag roken.
We gingen alleen met de vakantie naar huis. In 1957 viel Pasen pas op 21 april. Dus van de Kerst vakantie tot Pasen was toch een lange tijd. En niet naar huis.
Als periode tussen twee vakanties lang duurde kreeg je wel eens bezoek van het thuisfront.
Voor we met vakantie gingen vroeg pa Heeren van iedereen hoe de reis ging verlopen.
Op de dag van vertrek deelde hij aan iedereen de treinkaartjes en evt. reisgeld uit.
Het waren jongens uit het hele land. Tot en met Groningen en Friesland.
Dagindeling.
06.30 Opstaan wassen en aankleden in stilte
07.00 naar de kapel voor morgengebed en H.Mis
Daarna naar de eetzaal voor het ontbijt.
08.20 u. naar de school
Tot 12.00 u. les.
12.15 u. lunch.
Tussen de middag vrij tot 13.20 u.
13.30 u. naar school.
na schooltijd vrij
17.00 u. avondeten.
18.00 u. rozenhoedje bidden. In de zomer wandelend door de bossen en in de winter in de kapel.
18.30 u. studeren en huiswerk maken in de recreatiezaal
19.45 u. vrij. In de zomer buiten, in de winter in de recreatiezaal.
Buiten spel, binnen biljarten, sjoelbakken, mens erger je niet, monopolie etc.
20.45 u. Avondgebed bidden en het Save Regina zingen in de kapel.
21.00 u. Bedtijd voor de junioren. Vanaf nu stilte tot de volgende morgen ontbijt.
21.15 u. ?? Bedtijd voor de senioren. Vanaf nu stilte tot de volgende morgen ontbijt.
Zondag mochten we uitslapen.
07.00 opstaan. Dan naar de kapel te communie. ontbijt en om +/- 10.00 Hoogmis (gezongen).
Het komt er op neer dat we door de week 3 x en zondags 5 maal een bezoek aan de kapel brachten.
Er was ook een klokkenluier. Via het luiden van de klok kregen we signaal voor het aantreden. Een soort appél. Dit kon zijn voor eten, school, kapel, etc.
Zaterdagmiddag en woensdagmiddag spellenmiddag o.a. voetbal volleybal.
Zondags s ’middags onder geleide wandelen , fietsen, of knutselen. Er werd van alles geknutseld. Maar heel erg in trek was de kristalontvanger met koptelefoon . Die bestelde we bij Maxwell in Helden Panningen en koste maar een gulden of vijf aan onderdelen. Hiermee kon je naar de radio luisteren. Dit gebeurde meestal op de slaapzaal laat in de avond als de leider niet meer rondwandelde. Je had hier n.l. geen batterij voor nodig.
Senioren mochten in groepjes van 4 vrij wandelen,
In Ossendrecht was een café waar we niet mochten komen. Dat was een “slecht” café werd ons verteld.
In Hoogerheide in een bepaalde straat mochten we absoluut niet komen. Daar was een meisjes kostschool.
Zaterdag was het zakgeld innen. Dan stonden we in de rij om ieder Fl. 0,50 te ontvangen.
Dit geld mochten we vrij uitgeven. Maar ook niet meer. Als we zondags gingen wandelen of fietsen gingen we vaak even bij o.a. café Jagersrust op de Putseweg langs. Daar kochten we voor wel Fl. 1,50 aan snoepgoed en koekjes.
We kregen n.l. zelf ook af en toe via de waszak wat geld van thuis.
Dan kochten we snoep voor de hele week. Zondagsavonds in bed ging het laatste stuk snoepgoed de mond in en dan zat je de rest van de week zonder.
In de zomer als het erg warm was mochten we in de zwemvijver zwemmen. Het omkleden gebeurde in de bosjes en achter de struiken zodat niemand je zag.
Als je slaagde voor de zwemproef mocht je in het diepe. Dus schoolslag rugslag en watertrappelen. Ik kon zwemmen als een vis en zwom thuis in de Maas. Een rivier met veel scheepvaart.
Voor de zwemproef ben ik gezakt. Schoolslag en rugslag ging goed, maar watertrappelen dat ging niet. Nooit van gehoord. Dus mocht ik bij de rest achter de lijn.
Als we uit het water moesten doken we weer achter de bosjes om ons af te drogen en aan te kleden. Het probleem was dat je in het mulle zand stond. Dat hield dus in dat je een hoeveelheid zand in je kleding meenam.
S ’morgens om 06.00 werden we wakker van de sirene van vliegbasis Woensdrecht.
Dan mochten we nog een half uur blijven liggen. Slapen deed je met een pyjama aan. Als het erg warm was ging je met de pyjama aan in bed en onder dekens deed je de pyjama weer uit. De leiders bleven n.l. nog een half uur rond lopen.
Als de sirene s ’morgens weer ging deed je pyjama weer aan en als om 06.30 de leiders je kwamen wekken kwam je netjes in je pyjama uit bed.
Vrijdagavond tijdens de studie uren was het douchen. Je ging deels ontkleed voor de douche staan. Op het fluitcommando van pa Heeren moest iedereen in de douches de kranen sluiten en zo snel mogelijk uit de douche komen. Daarna mochten wij er in. Op het fluitcommando mochten de kranen open. Daarna snel douchen tot het volgende fluitsignaal, (+/- 5 minuten) afdrogen, schoon ondergoed aan en er weer uit. Ja dat wel. Prompt elke week schoon ondergoed aan.
De vuile was deden we in de waszak.
Maandagmorgen werden alle waszakken verzameld en op een wagen geladen. De waszakken werden dan naar huis gestuurd waar mijn moeder als de weerlicht aan de gang moest omdat de waszak zaterdag weer met schoon goed terug moest zijn. De waszakken werden op een wagen met muilezel naar het Postkantoor in Ossendrecht gebracht en vandaar verstuurd. Vrijdag kwam alles op de zelfde manier weer retour.
Of ik het leuk vond op kostschool. Nee dat niet, maar je had geen keus. Gelukkig heb ik nooit heimwee gehad.
Ossendrecht O.L.Vrouw ter Duinen. 1955 – 1958.
Op de school zaten +/- 100 leerlingen van het internaat en +/- 100 externen. Leerlingen uit de directe omgeving. Ik volgde de opleiding elektro fijn bankwerken. Mijn klassenleraar was meneer de Vetter.
Het schoolgebouw was nieuw. Er waren 5 afdelingen. Elektro fijn bankwerken, timmeren, machine bankwerken, schilderen en bakken.
De schilders hadden hun praktijklokaal in een oude versleten barak en de bakkers de bakkerij op het internaat nabij de zwemvijver.
Er was ook een natuurkunde lokaal. In het lokaal stonden tafels met aansluitingen voor o.a. elektra gas. Maar deze waren niet aangesloten. Achter in het lokaal over de volle breedte stond een kast met glaswand waar bijna niets in stond. Alleen een potje kwik een ampèremeter en een voltmeter. Als je deze voltmeter op de netstroom 220 volt aansloot ging de wijzer niet op 220 volt staan, maar iets voorbij de 0. Maar je kon laten zien dat er toch iets gebeurde op de wijzerplaat. De natuurkunde les kreeg van mij dan ook een vette 0.
Onze schooldirecteur meneer Waegemaekers kwam met een luxe auto. Een paar leerlingen uit klas elektro die zaterdagmorgen praktijkles hadden mochten zijn auto poetsen.
Er was een leraar meer die met een auto en 1 kwam met een motor. De rest van de leraren kwamen met de fiets.
Internaat.
Op het internaat verbleven +/- 100 leerlingen.
Er waren 4 groepen. 2 groepen junioren van 12 tot 15 jaar en 2 groepen senioren 15 jr. en ouder.
Er waren 2 eetzalen met tafels van 8 personen. Hoofdgebouw zaal links en rechts
Er waren slaapzalen. Boven de eetzalen (junioren) en in een ander gebouw (senioren).
De leiding van het internaat bestond uit leken. Wel hadden we een rector (priester)
Directeur was Marinus Heeren. We noemden hem pa Heeren.
Er was ook een priester. Rector de Grauw. Hij had een persoonlijke huishoudster in dienst.
De rector was de enige op het internaat die een auto bezat. Een Citroën Traction.
Van meneer Tilanus kregen we in de kapel zangles.
Meneer Montee was groepsleider en werkte misdienaars in.
Wij waren ook om de beurt voor zover mogelijk 2 weken misdienaar.
Er werkten ook 2 oudere vrijgezelle mannen die zorgden o.a. voor de groenten en de geschilde piepers. Dat waren Nol en Piet.
In de keuken werkte mejuffrouw Van Vroonhoven. Zei was onze kokkin.
Ook deed ze voor ons licht verstelwerk zoals knopen aan naaien en kleine kleding reparaties. In de keuken werkte nog een paar meisjes van buiten.
Al het vast personeel hadden hun verblijven boven de recreatiezalen links van de kapel.
Bij het internaat was een boerderij de thuisbasis van de ezelkar.
Van hieruit werden groenten fruit en melk etc. aangevoerd.
Het kostgeld was per jaar +/- Fl. 950,00. Wel werd er nog een vrijwillige bijdrage gevraagd.
De junioren mochten niet roken.
De senioren mochten op woensdagavond , zaterdagavond en op zondag roken.
We gingen alleen met de vakantie naar huis. In 1957 viel Pasen pas op 21 april. Dus van de Kerst vakantie tot Pasen was toch een lange tijd. En niet naar huis.
Als periode tussen twee vakanties lang duurde kreeg je wel eens bezoek van het thuisfront.
Voor we met vakantie gingen vroeg pa Heeren van iedereen hoe de reis ging verlopen.
Op de dag van vertrek deelde hij aan iedereen de treinkaartjes en evt. reisgeld uit.
Het waren jongens uit het hele land. Tot en met Groningen en Friesland.
Dagindeling.
06.30 Opstaan wassen en aankleden in stilte
07.00 naar de kapel voor morgengebed en H.Mis
Daarna naar de eetzaal voor het ontbijt.
08.20 u. naar de school
Tot 12.00 u. les.
12.15 u. lunch.
Tussen de middag vrij tot 13.20 u.
13.30 u. naar school.
na schooltijd vrij
17.00 u. avondeten.
18.00 u. rozenhoedje bidden. In de zomer wandelend door de bossen en in de winter in de kapel.
18.30 u. studeren en huiswerk maken in de recreatiezaal
19.45 u. vrij. In de zomer buiten, in de winter in de recreatiezaal.
Buiten spel, binnen biljarten, sjoelbakken, mens erger je niet, monopolie etc.
20.45 u. Avondgebed bidden en het Save Regina zingen in de kapel.
21.00 u. Bedtijd voor de junioren. Vanaf nu stilte tot de volgende morgen ontbijt.
21.15 u. ?? Bedtijd voor de senioren. Vanaf nu stilte tot de volgende morgen ontbijt.
Zondag mochten we uitslapen.
07.00 opstaan. Dan naar de kapel te communie. ontbijt en om +/- 10.00 Hoogmis (gezongen).
Het komt er op neer dat we door de week 3 x en zondags 5 maal een bezoek aan de kapel brachten.
Er was ook een klokkenluier. Via het luiden van de klok kregen we signaal voor het aantreden. Een soort appél. Dit kon zijn voor eten, school, kapel, etc.
Zaterdagmiddag en woensdagmiddag spellenmiddag o.a. voetbal volleybal.
Zondags s ’middags onder geleide wandelen , fietsen, of knutselen. Er werd van alles geknutseld. Maar heel erg in trek was de kristalontvanger met koptelefoon . Die bestelde we bij Maxwell in Helden Panningen en koste maar een gulden of vijf aan onderdelen. Hiermee kon je naar de radio luisteren. Dit gebeurde meestal op de slaapzaal laat in de avond als de leider niet meer rondwandelde. Je had hier n.l. geen batterij voor nodig.
Senioren mochten in groepjes van 4 vrij wandelen,
In Ossendrecht was een café waar we niet mochten komen. Dat was een “slecht” café werd ons verteld.
In Hoogerheide in een bepaalde straat mochten we absoluut niet komen. Daar was een meisjes kostschool.
Zaterdag was het zakgeld innen. Dan stonden we in de rij om ieder Fl. 0,50 te ontvangen.
Dit geld mochten we vrij uitgeven. Maar ook niet meer. Als we zondags gingen wandelen of fietsen gingen we vaak even bij o.a. café Jagersrust op de Putseweg langs. Daar kochten we voor wel Fl. 1,50 aan snoepgoed en koekjes.
We kregen n.l. zelf ook af en toe via de waszak wat geld van thuis.
Dan kochten we snoep voor de hele week. Zondagsavonds in bed ging het laatste stuk snoepgoed de mond in en dan zat je de rest van de week zonder.
In de zomer als het erg warm was mochten we in de zwemvijver zwemmen. Het omkleden gebeurde in de bosjes en achter de struiken zodat niemand je zag.
Als je slaagde voor de zwemproef mocht je in het diepe. Dus schoolslag rugslag en watertrappelen. Ik kon zwemmen als een vis en zwom thuis in de Maas. Een rivier met veel scheepvaart.
Voor de zwemproef ben ik gezakt. Schoolslag en rugslag ging goed, maar watertrappelen dat ging niet. Nooit van gehoord. Dus mocht ik bij de rest achter de lijn.
Als we uit het water moesten doken we weer achter de bosjes om ons af te drogen en aan te kleden. Het probleem was dat je in het mulle zand stond. Dat hield dus in dat je een hoeveelheid zand in je kleding meenam.
S ’morgens om 06.00 werden we wakker van de sirene van vliegbasis Woensdrecht.
Dan mochten we nog een half uur blijven liggen. Slapen deed je met een pyjama aan. Als het erg warm was ging je met de pyjama aan in bed en onder dekens deed je de pyjama weer uit. De leiders bleven n.l. nog een half uur rond lopen.
Als de sirene s ’morgens weer ging deed je pyjama weer aan en als om 06.30 de leiders je kwamen wekken kwam je netjes in je pyjama uit bed.
Vrijdagavond tijdens de studie uren was het douchen. Je ging deels ontkleed voor de douche staan. Op het fluitcommando van pa Heeren moest iedereen in de douches de kranen sluiten en zo snel mogelijk uit de douche komen. Daarna mochten wij er in. Op het fluitcommando mochten de kranen open. Daarna snel douchen tot het volgende fluitsignaal, (+/- 5 minuten) afdrogen, schoon ondergoed aan en er weer uit. Ja dat wel. Prompt elke week schoon ondergoed aan.
De vuile was deden we in de waszak.
Maandagmorgen werden alle waszakken verzameld en op een wagen geladen. De waszakken werden dan naar huis gestuurd waar mijn moeder als de weerlicht aan de gang moest omdat de waszak zaterdag weer met schoon goed terug moest zijn. De waszakken werden op een wagen met muilezel naar het Postkantoor in Ossendrecht gebracht en vandaar verstuurd. Vrijdag kwam alles op de zelfde manier weer retour.
Of ik het leuk vond op kostschool. Nee dat niet, maar je had geen keus. Gelukkig heb ik nooit heimwee gehad.