Kerstmis 1959
Een ander memorabel feit gaat terug tot de voorbereidingstijd van Kerstmis 1959. Samen met mijn vriend Frank, wiens Oma was opgenomen in Carolus waren wij door de Witte-Kapzusters uitverkoren om op de ziekenzalen de kerststalletjes op te bouwen, in te richten en lampjes aan te sluiten. Achteraf denk je hoe jong we toen al zelfstandig deze klus klaarden. Rond drie uur kregen de bewoners gewoontegetrouw een kop soep en zo'n kop was ook voor ons ingeschonken. Na veel vijven en zessen waren wij erachter, dat het gemalen bruine bonensoep was, zo dik als appelmoes. De weeë geur en dito smaak deden ons kokhalzen en toen de zaalzuster even weg was, openden wij het raam en kiepten snel de inhoud van de kop soep naar buiten en leverden even hierna de koppen bij de zaalzuster in. "En was het lekker jongens? '. Ja Zuster. En wij voor onszelf: "Nou niet bepaald".