Reageer op dit verhaal

Heb je al een account? Log in met je gegevens.

Heb je nog geen account? Plaats zonder inloggen, of Registreer een account

Help spam voorkomen en los de volgende som op:
Geef mij een andere som.

Reacties (27)

Mariët Bruggeman
Mariët Bruggeman bhic zei op 28 oktober 2022 om 15:45
Wat jammer dat je vader niet écht in de fabriek heeft mogen kijken, dat zou wellicht een betere afsluiting van zijn verwerking van deze verschrikkelijke tijd zijn geweest. En inderdaad goed dat hij niet wist van de werkelijke reden van 'schuilen'.
Albert Derks zei op 27 oktober 2022 om 21:23
Hij heeft er over verteld en in 2000 zijn we zelfs naar Dortmund gereden om de fabriek te bezoeken. Dat kon echter niet, omdat daarvoor een afspraak gemaakt moest worden en toen wij vertelden, dat pa ercin de oorlog als dwangarbeider had gewerkt, gingen de deuren sowieso dicht. Buiten op de parkeerplaats ging pa open en bloot op de parkeerplaats een plasje doen en toen we hem vroegen wat de reden van was, vertelde hij, dat daar barakken hadden gestaan, waar 40 Poolse jongens zijn gedood bij een voltreffer op deze barakken, waar hij kort tevoren ook nog in gezeten had. Hij vertelde ook, dat zij in de laatste dagen voor de bevrijding 's-avonds werden ondergebracht in de Duitse mijn, zg om aan te schuilen voor bombardementen. Na zijn dood in november 2000 en met de komst van internet heb ik de ware reden van het transport naar de mijn kunnen achterhalen. Het plan van de Gauleiter was om alle dwangarbeiders in de mijn te laten verdrinken, maar gelukkig hebben Duitse ingenieurs dat weten te voorkomen. Mijn pa heeft dit nooit geweten.
Lisette Kuijper
Lisette Kuijper bhic zei op 27 oktober 2022 om 12:42
Bedankt voor je reactie, Albert. Wat heftig dat je vader verraden werd in de oorlog en dat hij dwangarbeid moest verrichten in Duitsland. Heeft hij weleens wat verteld over die tijd?
Albert Derks zei op 26 oktober 2022 om 16:55
Mijn vader Harrie Derks is in 1943 vanuit Cuijk naar Duitsland getransporteerd en heeft tot aan het einde van de oorlog als dwangarbeider moeten werken bij Hoesch Stahl AG in Dortmund. Hij zou verraden zijn geworden vanwege illegale vleespraktijken.
Wendy zei op 16 juli 2021 om 19:40
Hallo,
Ik kom toevallig uit op deze pagina omdat de naam "firma Ebben te Cuyk aan de Maas" als werkgever van mijn grootvader in staat genoemd in zijn dossier bij het Nationaal Archief. (Is er in 1941 werkzaam zijn geweest, ook op het vliegveld in Venlo.) Zonder een hele discussie opnieuw op te willen gaan starten is er iemand die me hierover meer kan vertellen?
Marilou Nillesen
Marilou Nillesen bhic zei op 14 juni 2020 om 12:12
Hallo Martin, bedankt voor je berichtje. Er gaan heel wat tragiek schuil achter deze paar regels, dat besef ik. Misschien wil je er nog wat meer over vertellen?
Martin Roelofs zei op 13 juni 2020 om 17:48
mijn vader is in de oorlog door Fa. Ebben naar Woensdrecht gestuurd om daar het vliegveld aan te planten ,deed hij dat niet moest ome piet Hendriks naar duitsland hi.j is daar gebleven tot moeder in het ziekenhuis kwam liggen . en naar huis gegaan
Marilou Nillesen
Marilou Nillesen bhic zei op 1 februari 2017 om 10:38
Hallo Lizzy, dank voor je berichtje. Het is natuurlijk mogelijk om het verhaal van deze meneer hier achter te laten (als hij dat wil). Aanvullingen zijn altijd welkom.
Lizzy jongen zei op 31 januari 2017 om 17:35
Hallo
Ik kom bij iemand die hier heel veel over vertelt en veel weet van jan ebben en in Cuijk allemaal gebeurd is hij is 88 jaar en vond dit best interessant om te lezen en hij zegt ook dat de andere kant van fam hier niets mee te maken wilde hebben !
Gr Lizzy
Marilou Nillesen, namens BHIC bhic zei op 3 januari 2013 om 15:03
@Camille: Bedankt voor het openen van deze nieuwe zienswijze. Door het aanstippen van deze facetten wordt weer een net iets ander licht geworpen op iets dat aanvankelijk een simpele kwestie van goed of fout leek.
Camille A Janssen zei op 2 januari 2013 om 12:23
Inmiddels is de lijst met reacties enorm gegroeid. Zo heeft een ieder zijn reden om er iets over te zeggen. Al langer loop ik met de gedachte rond dat geschiedschrijving op deze wijze een bedenkelijke kant heeft. Ebben zal zeker niet zuiver op de graad geweest zijn. Echter eenmaal een slechte naam altijd een slechte naam, en zeker in zo;n kleine gemeenschap als Cuijk toen was.
Het volgende gaat door mijn gedachten.
Ebben had 2 werknemers in dienst, waarvan een de zoon was van een belangrijk commercieel man die werkte voor Loius de Wijze (Homburg) en de ander de zoon was van een onderscheiden verzetsstrijder. Zowel de Wijze als de verzetsstrijder moeten op de hoogte zijn geweest van de sitauatie van Jan Ebben. Maar beide oorlogshelden lieten hun zonen werken bij Jan Ebben. Ook is het mij bekend dat er contact is geweest tussen de verzetsstrijder en Jan Ebben. Zij troffen elkaar in het veerhuis in Oeffelt. De bewijsbare feiten stellen Jan Ebben niet in een fraai daglicht. Maar was er ook een andere kant? Een kant die mogelijk onderbelicht is gebleven. Waarom zou een verzetsstrijder contact hebben met Jan Ebben na de oorlog? Gezien de houding van Ebben tijdens de oorlog zou je verwachten dat het verzet in Nederland zijn bloed wel konden drinken. Maar dat blijkt niet zo te zijn. Hiermee wil ik de daden van Ebben niet minder erg maken maar wel staat vast dat er ook mensen waren die er genuanceerder over dachten, en naar handelde, en dat waren niet de minste!
Hans Stegeman zei op 24 april 2012 om 12:57
mijn vader noemt in zijn zondagboek ook de smadelijke behandeling van Ebben. Vele, vele jaren later heb ik van een van de Ebbens gehoord, dat mijn moeder erop af is gestapt om een eind te maken aan de wraak op Ebben. Mijn vader schreef:

24-09-1944 De blijde verwachting is in de voorbijgegane week wel schrikkelijk teleurgesteld. Maandag 18 september nog weer veel Amerikaanse parachutisten. Het was die maandagavond haast feest in Cuijk. Oranje werd gedragen, vlaggen werden uitgestoken, maar ook spoedig weer ingehaald. Ik had onze vlag op de vliering klaar gelegd, om uit te steken, maar de dingen zouden een akelige omkeer nemen. Wel waren alle Duitsers uit Cuijk verdwenen, maar zij begonnen Cuijk te beschieten. Aan de overkant van de Maas waren zij nog; al gauw werd een Cuijkse burger dood geschoten op de dijk. Men had te vroeg gejuicht, en N.S.B.ers gemolesteerd; Ebbens erg smadelijk behandeld maandagavond, door een grote volks-menigte; het café Tivoli (van v.Helvoort) `s nachts in brand gestoken. De Duitsers namen wraak; er kwam angstwekkend kanonvuur van over de Maas. enz.enz.
Marnix Ebben zei op 31 maart 2010 om 15:37
In de hele discussie op deze site ben ik de eerste geweest, die Venlo genoemd heeft. Ik herinner me nl. heel goed, dat mijn vader die situatie een treffend voorbeeld vond van hoe mensen hun bakens verzet bleken te hebben. Hij kende enige politiemensen nog vanuit de tijd dat hij in Nederland en het aangrenzende duitse gebied aktief was en lezingen hield.Mogelijk heeft geld ook een rol gespeeld. Daarover is mij nooit iets ter ore gekomen.
Gerrit van der Vorst zei op 31 maart 2010 om 07:30
Geachte Marnix,

Nog even een correctie. Je schrijft hiervoor:

"Het verhaal van Venlo klopt met wat ik gezegd heb: er waren mensen die op grond van hun verleden kennelijk te chanteren waren en niet omwille van geld."

Die conclusie is niet juist. De verdenking was dat het om geld ging. De betrokken politieman kreeg daarom tijdens de oorlog problemen met de bezetter en na de oorlog met de zuiveringscommissie. Het ging in geen geval om belastende informatie, althans dat wordt in de dossiers niet genoemd.

Dat staat los van het feit dat er heel veel mensen meer waren, die boter op hun hoofd (of ergens anders) hadden, dan aangepakt zijn.

Groet,

Gerrit van der Vorst
Marnix Ebben zei op 30 maart 2010 om 17:46
Ik heb geschreven over de mij bekende feiten. Alle andere zaken heb ik dus niet bewust buiten beschouwing gelaten, maar daarover weet ik gewoon te weinig. Voor een deel was dat al vermeld en heb ik het niet tegengesproken. Ik heb alleen het verhaal gecorrigeerd en aangevuld met dat wat ik zeker wist.
Mijn kritiek - hoor en wederhoor - betrof het eerste artikel waarin duidelijk zaken historisch onjuist waren weergegeven.
Het verhaal van Venlo klopt met wat ik gezegd heb: er waren mensen die op grond van hun verleden kennelijk te chanteren waren en niet omwille van geld. Er waren meer mensen met laat ik zeggen dubbellevens. ook in Cuijk.
Wat mijn oma betreft: het was in de familie bekend, wie de dader was en men heeft zich met hem verzoend en beloofd nooit de naam te noemen! Ik weet er dus verder ook niets over.
Ik heb verder geen enkele intentie om het verhaal van mijn vader te verdedigen of mooier voor te stellen dan het is. Ik heb hem er al die jaren fel op aangevallen.
Annemarie van Geloven namens BHIC bhic zei op 29 maart 2010 om 17:09
Ik ga Marnix Ebben achter de schermen via zijn persoonlijke e-mailadres benaderen om te vragen of hij contact met u wil opnemen!
Gerrit van der Vorst zei op 28 maart 2010 om 11:06
De discussie is best interessant.

Als je over de oorlog schrijft, ontkom je er inderdaad gewoonweg niet aan om man en paard te noemen. Dat zulks zorgvuldig moet gebeuren, staat natuurlijk buiten kijf. Ik kan me bijzonder goed voorstellen dat Marnix Ebben maximaal kritisch kijkt naar uitingen over wijlen zijn vader/familie.
Maar om nou maar de NSB, verraad e.d. maar geheel buiten beschouwing te laten, zoals hier ook wordt geopperd, is een bedenkelijk uitgangspunt dat geen recht doet aan de geschiedenis en de herdenking van slachtoffers. Het BHIC zij wat mij betreft geprezen, ook omdat de mogelijkheid van hoor en wederhoor nadrukkelijk geboden wordt (dat levert ook nog eens een boeiend beeld op van het leven van Jan Ebben, zoals Marnix Ebben dat beschrijft).

Uit hetgeen ik in archieven tegen ben gekomen, krijg ik ook niet de indruk dat Jan Ebben groot onrecht is aangedaan met de beschrijving.
De WA oefende tijdelijk verschrikkelijke terreur uit en daar blies hij kennelijk zijn partij danig in mee. WA-commandanten waren - bij mijn weten zonder uitzondering - irritante, foute lastpakken. Dat was inherent aan de terreur die ze geacht werden uit te oefenen.
Ik begrijp uit de voorbeelden dat dat in Cuijk ook het geval was en ontleen ook bevestiging daarvan aan het feit dat Jan Ebben veel moeite deed om zijn berechting te ontlopen.

Of Jan Ebben na de oorlog werkelijk weer geaccepteerd - en zelfs gerespecteerd? - werd door de goegemeente in Cuijk lijkt me stug, maar daar kan ik natuurlijk niet goed over oordelen. Wie eigenlijk wel?
Het aspect dat Marnix Ebben noemt (bepaalde wetenschap over anderen) lijkt me zowel reëel als geen gezonde basis voor normale omgang.
Maar dat terzijde.
Interessant is het aspect wat Marnix Ebben noemt, dat velen na de oorlog graag (bij)verdienden in het bedrijf van zijn vader. Ook dat zegt niet zo veel over respect, lijkt me.

Maar dat aspect (geld) brengt me wel bij een van mijn onderzoeken, waarin Jan Ebben zijdelings opduikt. Dat betreft de wekenlange periode van hechtenis op het Venlose politiebureau. Hij kreeg daar zodanige ongebruikelijke faciliteiten, dat veel politiepersoneel zich ergerde (mocht zijn verloofde of vriendin in betrekkelijke afzondering ontvangen, zat vaak gewoon in de agentenwacht, mocht een keer naar de bioscoop enz.).
Na de oorlog kreeg de verantwoordelijke politiefunctionaris hier nog fikse problemen door, ook omdat hij onder meer twee van zijn kinderen had laten logeren bij de ouders van Jan Ebben. De grote verdenking was dat hier geld een grote rol speelde, maar dat is tot nu toe niet keihard bewezen.

Ik zou graag vernemen of iemand weet of en waar ik meer informatie kan vinden over deze kwestie.
Ook zou ik graag in contact komen met Marnix Ebben, over de schokkende behandeling van zijn oma (die speelt dus ook een rol in mijn onderzoek).

Met vriendelijke groet,

Gerrit van der Vorst
Marnix Ebben zei op 5 december 2009 om 11:09
Foutje: ik heb tot 1967 in Cuijk gewoond en niet tot 1976. Typefout. Ik ben toen in verband met studie in Nijmegen op kamers gegaan. Uit vrije wil.
Marnix Ebben zei op 5 december 2009 om 08:18
Omdat men na de oorlog mijn vader niet te pakken kon krijgen, zijn mijn opa en oma in Grave gevangen gezet. Tijdens de verhoren daar is mijn oma's rug gebroken. Ze heeft de rest van haar leven verlamd in bed gelegen.
Een oom van me is na de bevrijding op straat in Cuijk door het volk doodgeschopt.
Tot zover mij bekende feiten.
Marnix Ebben zei op 5 december 2009 om 01:03
Mijn vader heeft inderdaad voor de IG-Farben gewerkt en wel op de Krim, niet op zoek naar giftige planten maar om planten te vinden waaruit een zgn. waarheidsserum ontwikkeld zou kunnen worden. Toen het op de Krim te gevaarlijk werd is het project overgeplaatst naar Slovenie. Toen de oorlog verloren was en het ook daar gevaarlijk werd, zijn mijn ouders gevlucht naar Oostenrijk. Ze hebben zich gemeld bij de Amerikaanse bezettingsmacht en mijn vader is lange tijd tolk/vertaler geweest bij het Amerikaanse militaire gerechtshof in Mauterndorf. Ik ben daar in 1945 geboren. Toen hij ontmaskerd werd, heeft hij een half jaar in een kamp in Glasenbach gezeten als straf. Daarna heeft hij nog gewoon gewerkt in de Wildbachverbauung. In 1950 zijn we naar Nederland gegaan en is mijn vader bij Venlo gearresteerd, trof daar oude politiemensen, nog steeds in functie! Hij is tot 1 jaar Veenhuizen veroordeeld. Ik heb tot 1976 gewoon in Cuijk gewoond, ben daar naar de lagere school geweest, heb op het Canisius College in Nijmegen mijn gymnasiumopleiding gedaan. Ben van 1966-1967 in militaire dienst geweest en heb die als sergeant majoor administrateur verlaten.
Toen de Nutricia onze kwekerij opkocht, kregen we een nieuwe kwekerij in de Heeswijkse straat. Toen die failliet ging, bleef er alleen nog een tuincentrum in Nijmegen over. Reden voor mijn vader om naar Nijmegen te verhuizen. Niet uit dwang, gewoon uit vrijgekozen praktische overwegingen.
Trouwens: De topgeleerden van de IG-Farben zijn in een geheime operatie-"paperclip" allen overgevlogen naar Amerika en kregen hoge posities bij de CIA! De baas van mijn vader staat nog op internet als mede-ontwikkelaar van LSD!Hij was toen professor in Amerika.
Christian van der Ven, namens BHIC bhic zei op 29 mei 2009 om 11:49
@Jeroen: Dank voor je reactie.

Voor wat betreft gevoelige bladzijden in het boek van onze geschiedenis is het altijd moeilijk om te bepalen vanaf wanneer je er op welke wijze over zou moeten kunnen schrijven.

Is het nog te kort geleden, dan zijn gebeurde zaken meestal nog niet in het juiste perspectief te plaatsen. Begin je te laat, dan mis je waardevolle informatie door het overlijden van mensen of minimaal het vertroebelende geheugen van betrokkenen. Ergens in dat grote, grijze middengebied ligt het juiste moment... en komen steeds nieuwe bronnen beschikbaar, of worden bekende bronnen anders geïnterpreteerd.

De Tweede Wereldoorlog is zeker een onderwerp waar deze discussie speelt. Inmiddels zijn we in den lande echter al zover, dat ook over onderwerpen als de NSB en verraad geschreven kan worden, mits natuurlijk gebaseerd op gedegen onderzoek.

Het BHIC beheert heel veel archieven met betrekking tot de Tweede Wereldoorlog en 'foute Nederlanders', en helpt onderzoekers - amateur-historici en professionals - bij hun onderzoek. Dat doen we altijd met inachtneming van de wettelijke regels, waaronder zeker die rond de bescherming van privacybelangen.

Door het publiceren van dit verhaal hebben al minimaal twee mensen, waaronder een van de nazaten, hún kant van het gebeurde kunnen vertellen. Zoals Marnix al zegt: hoor en wederhoor. Naar zijn mening is dat door de auteur van het bewuste boek nooit toegepast, maar op onze website krijgt hij daarvoor wél de ruimte. Maar dat vereist dus allereerst wel dat het verhaal verteld wordt.

Ook het BHIC wil natuurlijk niemand voor het blok zeten en dat is met de publicatie van dit verhaal ook zeker niet gebeurd. Een pijnlijke geschiedenis? Dat wel. Maar wij zijn er niet van om geschiedenis te ontkennen of onverteld te laten. Dát zou namelijk nog veel pijnlijker zijn, toch?
Jeroen Arts zei op 28 mei 2009 om 19:44
Naar mijn mening is het niet erg kies om dergelijke onderwerpen over personen, waarvan nog nazaten in leven zijn, breed uit te gaan meten. In oorlogssituaties wringen mensen zich al snel in allerlei bochten om maar niet in handen van de vijand te komen of om zo aan de dood te kunnen ontsnappen.

Wij zijn in Huisseling ook met een boek bezig en wij wagen ons niet aan onderwerpen over NSB en verraad. Natuurlijk zal de oorlog behandeld worden, maar dan heel summier met persoonlijke verhalen van (oud-)inwoners. We willen niemand kwetsen, ook al kan de waarheid soms hard zijn...

Ik denk niet dat het BHIC zich problemen op de hals moet gaan halen door mensen zo voor het blok te gaan zetten. WOII is nog net te kort geleden om zere wonden geheel te laten helen.
Mariët Bruggeman, namens BHIC bhic zei op 28 mei 2009 om 10:23
Hoi Daan,
dank je wel voor je compliment en misschien kun(nen) jij of je mede-studenten onze andere verhalen ook nog eens gebruiken voor school. Succes !
Daan zei op 26 mei 2009 om 15:56
Hallo,

Ik vond dit nuttig en informatief. EN kon het goed gebruiken voor school.

Ga zo door!

Groet.
Marnix Ebben zei op 3 november 2008 om 19:37
Bij correcte geschiedschrijving dient er altijd sprake te zijn van hoor en wederhoor, maar genoemde Th.Peters Sengers heeft nooit bij mij, de oudste zoon van Jan Ebben, geinformeerd naar het verleden van mijn vader. Daarom is het ook niet verwonderlijk, dat een deel van de berichtgeving erg tendentieus, gekleurd door andere belangen en deels onjuist is. Als mijn vader, die inderdaad pas in 1970 is verhuisd naar Nijmegen, al niet welkom was in Cuijk, was dat, omdat hij teveel wist van anderen in Cuijk gedurende de oorlog. We hadden tot 1970 een groot internationaal rozen-exportbedrijf, waarbij velen in Cuijk graag (bij)verdienden. Ik dank Cees LeConte voor zijn solidariteit in deze. Ik verdedig niet de politieke keuzes van mijn vader, heb die altid bevochten, maar deze dubieuze vorm van geschiedschrijving is amateuristisch, in opdracht uitgevoerd, subjectief knutselwerk. Ik heb nooit de regio verlaten en ben dus steeds gemakkelijk te bereiken geweest voor informatie, ALS men dat had gewild!
Rien Wols, namens BHIC bhic zei op 30 oktober 2008 om 14:54
@ Cees LeConte,
Hartelijk dank voor uw waardevolle aanvullingen. Ik begrijp uw kritiek op de foto, maar die was bedoeld om de kwekerij in beeld te brengen (zoals de mouseovertekst ook aangeeft), niet het (verkeerde) woonhuis. De tekst over het vertrek van Jan Ebben naar Nijmegen is inderdaad wat vaag: hij berust op mededelingen van Th. Peters Sengers, auteur van de bedrijfsgeschiedenis van Ebben. Uw opmerkingen maken gelukkig veel van die vaagheid goed.
Vriendelijke groet,
Cees LeConte zei op 30 oktober 2008 om 13:46
Geachte,

U heeft als foto het woonhuis van de (firma) Andre Ebben weergegeven dat is fout en zal de firma Andre Eben niet leuk vinden. Deze neef had namelijk niets met de praktijken van Jan Ebben te maken. Tweede foutje is het het verhaal van u dat Jan Ebben min of meer gedwongen was om na zijn vrijlating Cuijk te verlaten.Waar is het volgende: Toen jan Ebben na zijn vrijlating weer naar Cuijk kwam heeft hij zeker tot begin 70er jaren de kwekerij Roeland Ebben in Cuijk als directeur geleidt en woonde in het woonhuis naast het huis dat u op de foto weergeeft (twee onder een kap). Eerst de bestaande kwekerij aan de Provincialeweg, t.o. Nutricia. Deze kwekerij bestond uit twee afzonderlijke delen -was vroeger een geheel- een deel was Boomkwekerij Roeland Ebben (Jan Ebben)een deel was Boomkwekerij Andre Ebben welke nog steeds bestaat aan de Beerseweg te Cuijk. Omstreeks 1967 is de kwekerij verhuisd naar de E-Winkel in Cuijk i.v.m woonhuis bebouwing van de kwekerij, wat nu De Kouwberg is. Na mijn vertrek daar al tuinarchitect in 1969 is de firma failliet gegaan en heeft Jan Ebben een bestaand tuincentrumpje, de Vereeniging in Nijmegen op het terrein van De Vereeniging voortgezet. Van gedwongen weggaan uit Cuijk was geen sprake. Jan Ebben hield van ee stevige borrel en kwam regelmatig in de plaatselijke kroeg en werd ook geaccepteerd door een groot deel van de plaatselijke bevolking