de dame links op de knieën zittend is Drika Peters. Zij is geboren in oktober 1910 te Sambeek (nu Den Hoek 3 Sint Anthonis). Ik zou de foto dateren rond 1938. De meeste meisjes die landbouwhuishoudschool-onderwijs volgden waren tussen de 18 en 21 jaar.
Hoe het begon in St. Tunnis
Het huishoudonderwijs, dan nog cursus genoemd, voor meisjes in het Land van Cuijk krijgt ongeveer begin 1926 gestalte. Schoorvoetend melden de leerlingen zich in de jaren die volgen. Met de opening van de school in 1929, die dan een uitgebreider leerplan heeft en veel meer uren omvat, zijn er 95 gegadigden. Echter er is maar capaciteit voor de helft van dit aantal.
Medio 1928 is er een vergadering waarbij het plaatselijke Boerenbondsbestuur met adviseur, een vertegenwoordiger van het hoofdbestuur van de NCB en de burgemeester overleggen om een school voor landbouwhuishoudonderwijs (zoals het toentertijd heette) op te richten. Daarna volgen vergaderingen waarbij ook de Boerenbondsbestuur van Oploo en Ledeacker en het gemeentebestuur aanwezig zijn. En er moet geld op de plank komen voor de aanschaf van inventaris; de Boerenbondsbesturen en de gemeente doen zelf een duit in het zakje, omliggende gemeentes (Sambeek, Vierlingsbeek en Beugen) waaruit de leerlingen gerekruteerd worden, wordt om een bijdrage gevraagd, en er gaat een aanvraag naar de leenbanken. Het Boerenbondsbestuur van St. Tunnis stelt het voormalige schoollokaal in het Bondsgebouw gratis beschikbaar, de jongens zijn daar immers eerder dat jaar vertrokken. Verder moet er vuur, licht zijn. In een later stadium worden ook de Boerenbonden van Rijkevoort, Beugen, Boxmeer en Sambeek erbij betrokken. Zij dragen ook financieel bij.
De gedachte is dat om te beginnen één lokaal voldoende zal zijn. Als zal blijken dat de school levensvatbaar is, zal er worden overlegd om een eigen permanent gebouw te realiseren. Een jaar later, in juli 1929 wordt Marie van Hoenselaar door de NCB in Tilburg als huishoudlerares aangesteld. Zij gaat tevens in Cuijk aan de slag waar ook een landbouwhuishoudschool tot stand is gekomen.
In de kranten verschijnt informatie over de nieuwe school om leerlingen te trekken. Een cursusjaar bestaat uit 26 weken verdeeld over 7-8 maanden, en één lesdag duurt tien uur. Totaal dus 260 uren. Het lesgeld is ƒ 10,- per leerling, behoeftige leerlingen betalen minder of niets. De plaatselijke Boerenbond geeft zo nodig een toeslag. De leerlingen betalen de 26 maaltijden gezamenlijk (± ƒ 8,-) en verder voor de knippatronen nog ongeveer ƒ 2,-.
Het leerplan wordt uitgebreid omschreven. Hieronder een kleine greep daaruit. Over het vak koken: de leerlingen koken zelf. Hoofdzaak is om “een smakelijke, afwisselende en voedzame boerenpot te bereiden met producten van de boerderij.. Verder inmaak van vlees, groenten, vruchten en eieren. En gerechten maken voor zieken en voor een feestmaaltijd.
In het vak huishoudkunde leert men het inrichten en doelmatig bewonen van het huis, het zindelijk houden en gezellig maken, het inzicht brengen omtrent luchtverversing, vuilverwijdering, vliegenbestrijding en het boekhouden voor het huishouden. Er zijn vakken land- en tuinbouw, pluimveeteelt, bloemen- en groenteteelt en melkbehandeling. Bijzondere gezondheidsleer houdt in hulp bij ongelukken, verbanden leggen, zuigelingenverpleging, inrichting van een ziekenkamer en tuberculosebestrijding. En last but not least: sociale kennis en godsdienstleer die uitgebreid omschreven wordt. Deze laatste vakken worden door een geestelijke gegeven.
Men wil niet alleen boerendochters opleiden, maar ook meisjes uit de burgerij. En voor het hele land van Cuijk.
Op donderdag 26 september 1929 is de officiële opening die met veel ceremonieel gepaard gaat en waar veel bobo's bij aanwezig zijn.
Al in het jaar daarna spreekt men over een eigen permanent gebouw. Men ziet dat het vruchten afwerpt, onderkent de behoefte aan goed onderwijs en er komen steeds meer leerlingen. Mooie reclame maken de leerlingen door demonstraties te geven in een stand op de landbouwtentoonstelling.
In 1934 begint men met de bouw van een nieuwe school. Dit gebouw, Breestraat 8, staat er nog altijd, hetzij minder fraai door de dichtgetimmerde deuren en ramen. Op donderdag 12 januari 1935 volgt de officiële opening en inzegening van de school. De dames Van Hoenselaar en Van Hout verzorgen de lessen.
Marie van Hoenselaar verruilde haar baan als lerares in 1937 voor een functie in (standplaats) Tilburg: inspectrice van de Boerinnenbond. In haar plaats wordt mej. Uijen uit Niftrik als lerares aangesteld. Het is een parttime baan.
Mej. van Hout en eerder ook Marie van Hoenselaar geven ook les in de Cuijkse huishoudschool. Van Hout werkt vanaf 1934 in Cuijk.