Frans (Jhr. Francois) PROUVEUR, RK, Molenaar Mulder op de Keersopper molen die zijn familie reeds lange tijd in bezit hadden en welke hij nu zelf exploiteerde, ovl. voor 1695, tr. met Maria DONCKERS THIELMANS, dr. van Bartholomeus THIELMANS (Molenaar te Riethoven) en Nn NN, RK, Molenarine, ovl. te Riethoven [NB] voor 21 jan 1744.
Men vergelijke Brab. Leeuw jrg. 1955, blz. 26 ev. In N 346.
dd. 23-8-1737, troffen we het testament van Andreas en Maria aan, in Bergeyk R 82, f. 149v, dd. 1-1-1743, de boedelscheiding hunner kinderen en in Bergeyk R 82, f. 204v, dd. 21-1-1744 een uitvoerige descriptie harer a-en descendenten, (Kinderen Franciscus Heuvelmans en beide vrouwen, kinderen Hendrina Prouveur en haar man, Hendrik Verhoeven, tw. Bartel, Frans en Anneke Verhoeven, Marten Botbergen en vrouw, Catharina Heuvelmans, Joannes - en Jacobus Heuvelmans.
Uit dit huwelijk een dochter.
1. Jkvr Hendrica PROUVEUR, ged. RK te Riethoven [NB] op 1 apr 1690 (getuigen: Doopgetuigen: Wilhelmus Donckers en Barbara Prouvreur), Jonkvrouwe (Molenarinne), ovl. (hoogstens 52 jaar oud) te Riethoven [NB] voor 1 jan 1743, kerk.huw. (beiden ongeveer 21 jaar oud) (RK) te Riethoven [NB] op 31 mei 1711 met Hendrick VERHOEVEN, geb. te Asten [NB] circa 1690, RK.
Hendrica was de laatste van haar geslacht. Huwende met Hendrick Verhoeven zette haar familie zich slechts in de zijne voort. (Zij wordt ook wel de stammoeder van de familie Verhoeven genoemd.)
Maria DONCKERS THIELMANS, dr. van Bartholomeus THIELMANS (Molenaar te Riethoven) en Nn NN, tr. (2) met Andries (Andreas Dirckx) HEUVELMANS alias Vercoijen, zn. van Dierck (Dierck Corstiaenz) HEUVELMANS (Molenaar te Zeelst, tevens Borgmeester) en Jenneken LAURESSEN, geb. te Zeelst [NB] circa 1664, RK, Molenaar te Zeelst, molen Keersopper. Vanaf zeker 1724 pachtte Andreas de watermolen genaamd de Steevoirt in Steensel van de weduwe Cornelis Dirk Pellemans uit Eersel, die met haar 3 kinderen eigenaar was van de watermolen. De Steevoirtse watermolen aan de Run te Steensel wordt in 1340 voor het eerst vermeld. Andreas is overleden in 1743, hij was toen molenaar op de molen van de Keersop te Westerhoven. De Westerhovense watermolen op de Keersop was een graanmolen. Deze molen was van de Staten Generaal en werd door Andreas gepacht. De oudste vermelding is uit 1228 toen de Sint Jansabdij van Luik toestemming verleende voor de bouw van de watermolen. Later is de molen in bezit gekomen van de abdij van Postel. Vanaf 1817 heeft men er ook boekweit gemalen en in 1892 werd er een oliemolen bijgebouwd aangedreven door een dieselmotor, de oliemolen werd in 1917 stil gezet. In 1950 stopte de laatste molenaar en verkocht de maalvergunning aan de Boerenbond van Westerhoven, de watermolen werd in 1950 gesloopt.
Bron: Hendrik de Achtste, pseudoniem (Genealogie Heuvelmans alis Vekooijen), ovl. (hoogstens 79 jaar oud) voor 1 jan 1743.
Volgens Veldhoven,Zeelst en Blaerthem R.15,f.206 was hij op 19-01-1684 nog onmondig. In de acten Bergeijk R.82,f.149v is hij overleden voor 1-1-1743. De acten Veldhoven,Zeelst en Blaerthem R.82,f.204 geven aan dat hij voor 21-1-1744 is overleden. Andreas was mulder te Zeelst 1724-1730 op de Keersopsemolen onder Riethoven. Vanaf 20-3-1724 tevens mulder op Stervoirt 1674, borgmeester van Zeelst.
Uit dit huwelijk 7 kinderen.