Anno Domini 1462.
Schepenen van Buscumducis oorkonden, dat - nadat Elisabeth, weduwe van Tielmannus van Uden Pauluszn, zich had laten richten aan huis, erf en tuin van Johannes van der Heyden, gelegen in de parochie Scijnle ter plaatse van het Lutteleynde op de Stoetsche Hoeve, aan zijn 10 hiervolgende goederen, alle gelegen in Scijnle en nader gesitueerd, en aan een halve erfcijns, nl. 1 stuk land van 6 lopen; ½ van 2 stukken land op de Stoetsche Hoeve; ½ van een stuk land van 3 lopen; ½ van een stuk land van 1 zester; ½ van een stuk land van 1 zester en 4 roede op de Akkers; ½ van ¼ bunder weiland in Elschot op Leversdonck; ½ van ¼ bunder; ½ van 1/12 van 2 stukken weiland en ½ van een erfcijns van 3 pond, welke cijns deze Johannes van der Heyden uit deze goederen in Scijnle moet betalen aan Johannes Danielszn van den Ecker en aan Tielmannus van Uden; dit alles naar aanleiding van een achterstallige pacht van 4½ mud rugge, die Johannes van der Heyden moest betalen aan Tielmannus van Uden krachtens een akte van 17 maart 1458 ("1457") - nu Gerardus Moll van Driel, in deze uitwinning door haar gemachtigd, deze goederen heeft verkocht aan Willelmus van Brakel.
Anno Domini 1462.
Schepenen van Buscumducis oorkonden, dat - nadat Elisabeth, weduwe van Tielmannus van Uden Pauluszn, zich had laten richten aan huis, erf en tuin van Johannes van der Heyden, gelegen in de parochie Scijnle ter plaatse van het Lutteleynde op de Stoetsche Hoeve, aan zijn 10 hiervolgende goederen, alle gelegen in Scijnle en nader gesitueerd, en aan een halve erfcijns, nl. 1 stuk land van 6 lopen; ½ van 2 stukken land op de Stoetsche Hoeve; ½ van een stuk land van 3 lopen; ½ van een stuk land van 1 zester; ½ van een stuk land van 1 zester en 4 roede op de Akkers; ½ van ¼ bunder weiland in Elschot op Leversdonck; ½ van ¼ bunder; ½ van 1/12 van 2 stukken weiland en ½ van een erfcijns van 3 pond, welke cijns deze Johannes van der Heyden uit deze goederen in Scijnle moet betalen aan Johannes Danielszn van den Ecker en aan Tielmannus van Uden; dit alles naar aanleiding van een achterstallige pacht van 4½ mud rugge, die Johannes van der Heyden moest betalen aan Tielmannus van Uden krachtens een akte van 17 maart 1458 ("1457") - nu Gerardus Moll van Driel, in deze uitwinning door haar gemachtigd, deze goederen heeft verkocht aan Willelmus van Brakel.
b. Getypte tekst in Map-Afschriften.