Schepenen van Zuilichem oorkonden dat Coenraet van Ghiesen en jonkvrouw Aleit, weduwe van Gherinc Porters, afstand gedaan hebben ten behoeve van heer Arnt van Herler, ridder, van een stuk land gelegen buitendijks aan Den Essche, geheten Dat Liefkempken.
Schepenen van Zuilichem oorkonden dat Coenraet van Ghiesen en jonkvrouw Aleit, weduwe van Gherinc Porters, afstand gedaan hebben ten behoeve van heer Arnt van Herler, ridder, van een stuk land gelegen buitendijks aan Den Essche, geheten Dat Liefkempken.