Mijn Studiezaal (inloggen)2114 Abdij van Postel, 1138-1797
Inleiding
Regesten
1045 1625-10-21.
Koning Philips, hertog van Brabant, oorkondt dat hij op verzoek van Jacques van der Haegen, kapitein van een compagnie van 225 voetknechten in 's konings dienst, die ongeveer 24 jaar geleden bij de Antwerpse Anna van den Eynde een natuurlijke zoon verwerkt heeft met de naam Jacques van der Haegen en die twee jaar daarna in Mechelen gehuwd is met Ipolita de Mory, dochter van kapitein Francisco de Mory, deze natuurlijke zoon wettigt. Gegeven te Brussel.
Koning Philips, hertog van Brabant, oorkondt dat hij op verzoek van Jacques van der Haegen, kapitein van een compagnie van 225 voetknechten in 's konings dienst, die ongeveer 24 jaar geleden bij de Antwerpse Anna van den Eynde een natuurlijke zoon verwerkt heeft met de naam Jacques van der Haegen en die twee jaar daarna in Mechelen gehuwd is met Ipolita de Mory, dochter van kapitein Francisco de Mory, deze natuurlijke zoon wettigt. Gegeven te Brussel.
Ontwikkelingsstadium:
origineel inv.nr. Abdij_81
Beschrijving zegel:
met zegel en contrazagel van de koning
Zie ook:
2114 Abdij van Postel, 1138-1797
Inleiding
Regesten
620 1466-04-24.
Rutgerus de Erpe heeft overgedragen voor schepenen van 's-Hertogenbosch aan meester Gerardus Boest ten behoeve van de abt van Floreffe een erfcijns van 6 en twee derde pond groten toernoois uit een erfcijns van 8 pond groten toernoois uit goederen te Heeze in een land geheten Int Eyghen, vroeger van Johannes de Ghemert.
Rutgerus de Erpe heeft overgedragen voor schepenen van 's-Hertogenbosch aan meester Gerardus Boest ten behoeve van de abt van Floreffe een erfcijns van 6 en twee derde pond groten toernoois uit een erfcijns van 8 pond groten toernoois uit goederen te Heeze in een land geheten Int Eyghen, vroeger van Johannes de Ghemert.
Ontwikkelingsstadium:
origineel inv.nr. Heeze_7
Zie ook:
2114 Abdij van Postel, 1138-1797
Inleiding
Regesten
821 1546-02-08.
Schepenen van Bladel oorkonden dat Wyllem Paridaens verklaarde dat hij en zijn voorzaten schuldig waren aan het godshuis van Postel een erfpacht van 2 en een kwart lopen rogge uit een huis en hof in Bladel opt Hellen Eynde.
Schepenen van Bladel oorkonden dat Wyllem Paridaens verklaarde dat hij en zijn voorzaten schuldig waren aan het godshuis van Postel een erfpacht van 2 en een kwart lopen rogge uit een huis en hof in Bladel opt Hellen Eynde.
Ontwikkelingsstadium:
origineel inv.nr. Bladel_68
Beschrijving zegel:
met het gehavende schependomszegel van Bladel
Zie ook:
2114 Abdij van Postel, 1138-1797
Inleiding
Regesten
929 1568?.
Vernieuwing paalscheiding Arendonk, Reusel, Eersel, Hapert?
Vernieuwing paalscheiding Arendonk, Reusel, Eersel, Hapert?
Ontwikkelingsstadium:
origineel inv.nr. Abdij_54
NB:
Het stuk is slechts gedeeltelijk bewaard gebleven en zeer slecht leesbaar.
Ga naar dit stuk:
Zie ook:
2114 Abdij van Postel, 1138-1797
Inleiding
Regesten
619 1465-12-12 – Floreffe.
Abt Gerardt de Eyck en het convent van Floreffe oorkonden dat zij volmacht ad lites geven aan Henri dit van Broucke, Peter dit van Balen en Jacob dit Flemyghen.
Abt Gerardt de Eyck en het convent van Floreffe oorkonden dat zij volmacht ad lites geven aan Henri dit van Broucke, Peter dit van Balen en Jacob dit Flemyghen.
Datumaanduiding:
Faitez et donnees en nostre eglise de Floreffe dessusdicte, le dousemme jour du mois de decembre l’an mil quatrecens soisante sycx
Ontwikkelingsstadium:
origineel inv.nr. Abdij_35
Beschrijving zegel:
het zegel van de abt verdwenen, met fragment van het conventszegel
NB:
in dorso o.a.: Procuratio.
Zie ook:
2114 Abdij van Postel, 1138-1797
Inleiding
Regesten
820 1546-02-08.
Schepenen van Bladel oorkonden dat Wyllem Ny ... verklaarde dat hij en zijn voorzaten schuldig waren aan het godshuis van Postel een erfpacht van 1 mud rogge uit zijn goed in Bladel aan de gemeint.
Schepenen van Bladel oorkonden dat Wyllem Ny ... verklaarde dat hij en zijn voorzaten schuldig waren aan het godshuis van Postel een erfpacht van 1 mud rogge uit zijn goed in Bladel aan de gemeint.
Ontwikkelingsstadium:
origineel inv.nr. Bladel_66
Beschrijving zegel:
met het gehavende schependomszegel van Bladel
Zie ook:
2114 Abdij van Postel, 1138-1797
Inleiding
Regesten
1044 1624-07-24.
Het corpus van Eersel oorkondt dat ze een hoge rente betalen aan de heer Van Thulden op een geleende som van 714 gulden en 10 stuiver; aan Peter Joris Tennegieter op 300 gulden, beiden inwoners van 's-Hertogenbosch; en aan het godshuis van Postel in twee partijen van 700 gulden. Omdat ze dit willen terugbrengen tot 5% hebben ze van heer Rombout Colibrant, abt van het godshuis van Postel, een som geleend van 1714 gulden en 10 stuiver in kruisdaalders, geheten patacons, van 48 stuiver per stuk, tegen een rente van 85 gulden en 14,5 stuiver permissiepenningen.
Het corpus van Eersel oorkondt dat ze een hoge rente betalen aan de heer Van Thulden op een geleende som van 714 gulden en 10 stuiver; aan Peter Joris Tennegieter op 300 gulden, beiden inwoners van 's-Hertogenbosch; en aan het godshuis van Postel in twee partijen van 700 gulden. Omdat ze dit willen terugbrengen tot 5% hebben ze van heer Rombout Colibrant, abt van het godshuis van Postel, een som geleend van 1714 gulden en 10 stuiver in kruisdaalders, geheten patacons, van 48 stuiver per stuk, tegen een rente van 85 gulden en 14,5 stuiver permissiepenningen.
Ontwikkelingsstadium:
origineel inv.nr. Eersel_87
Beschrijving zegel:
met fragment van het schependomszegel van Eersel
Zie ook:
2114 Abdij van Postel, 1138-1797
Inleiding
Regesten
928 1567-12-06.
[...] verklaart dat hij op verzoek van Laurentius Henrici deze geïnstalleerd heeft als rector van het Maria-altaar in de kerk van Zonderwijk, met als getuigen Guilielmus Henrici Steensellensis en Matheus Godefridi. Gedaan in de parochiekerk van Zonderwijk.
[...] verklaart dat hij op verzoek van Laurentius Henrici deze geïnstalleerd heeft als rector van het Maria-altaar in de kerk van Zonderwijk, met als getuigen Guilielmus Henrici Steensellensis en Matheus Godefridi. Gedaan in de parochiekerk van Zonderwijk.
Ontwikkelingsstadium:
origineel in dorso van inv.nr. Veldhoven_30
Zie ook:
2114 Abdij van Postel, 1138-1797
Inleiding
Regesten
819 1545-11-25.
Schepenen van Zaltbommel oorkonden dat Gerit Peterssen, Jan Lambertssen en Huijman van Huesden, provisoren en dekens van het gilde of de broederschap van Sint-Barbara in de kerk van Zaltbommel, verkocht hebben aan heer en meester Jan van Muers, priester en deken van het kapittel van Zaltbommel, ten behoeve van het kapittel de aan deze akte gehechte akte, op voorwaarde dat het kapittel altijd op de vooravond van het feest van Sint-Barbara en op de feestdag zelf 'festum compositum' houden en 'in albis' (in het wit gekleed) gaan en op Sint-Barbaradag de mis zingen (bij overslaan vervalt het contract). Ook moet het kapittel toestaan dat er op vrijdag een zingende mis gehouden wordt op het Sint-Barbara-altaar.
Schepenen van Zaltbommel oorkonden dat Gerit Peterssen, Jan Lambertssen en Huijman van Huesden, provisoren en dekens van het gilde of de broederschap van Sint-Barbara in de kerk van Zaltbommel, verkocht hebben aan heer en meester Jan van Muers, priester en deken van het kapittel van Zaltbommel, ten behoeve van het kapittel de aan deze akte gehechte akte, op voorwaarde dat het kapittel altijd op de vooravond van het feest van Sint-Barbara en op de feestdag zelf 'festum compositum' houden en 'in albis' (in het wit gekleed) gaan en op Sint-Barbaradag de mis zingen (bij overslaan vervalt het contract). Ook moet het kapittel toestaan dat er op vrijdag een zingende mis gehouden wordt op het Sint-Barbara-altaar.
Ontwikkelingsstadium:
origineel inv.nr. Zaltbommel_3
NB:
zie Th. Ign. Welvaarts, 'Het kapittel van Zalt-Bommel naar de archieven van Postel's abdij', Archief van het Aartsbisdom van Utrecht, 2de afl. 19 (1891) 4-5
Zie ook:
2114 Abdij van Postel, 1138-1797
Inleiding
Regesten
618 1465-07-05.
Philips, hertog van Brabant, vonnist in het geschil tussen de meester van Postel en de geburen van Bladel over het gebruik van de Elmpt en de gemeint van Bladel. De meester van Postel blijft in het bezit van het stuk goed dat De Elmpt heet, liggend ten zuidoosten van de paal Die Beyer tot op de paal Gheefkensvoirt, waarbinnen nog drie andere palen staan. De andere Elmpt is van de geburen van Bladel en ligt aan de noordwestkant van de palen. Het schutten van de beesten door die van Bladel is onrechtmatig en ze moeten de schade en de proceskosten betalen. Gegeven te Brussel.
Philips, hertog van Brabant, vonnist in het geschil tussen de meester van Postel en de geburen van Bladel over het gebruik van de Elmpt en de gemeint van Bladel. De meester van Postel blijft in het bezit van het stuk goed dat De Elmpt heet, liggend ten zuidoosten van de paal Die Beyer tot op de paal Gheefkensvoirt, waarbinnen nog drie andere palen staan. De andere Elmpt is van de geburen van Bladel en ligt aan de noordwestkant van de palen. Het schutten van de beesten door die van Bladel is onrechtmatig en ze moeten de schade en de proceskosten betalen. Gegeven te Brussel.
Ontwikkelingsstadium:
origineel inv.nr. Bladel_49
Beschrijving zegel:
met het vrij gave zegel en tegenzegel van hertog Filips
NB:
in dorso: àden Elmpt, nu genoempt (.....)nster Goer
Zie ook: