Johannes, abt van Sint-Michiels in Antwerpen, en Theodericus, abt van Park, oorkonden dat ze als arbiters zijn aanvaard in het geschil tussen Gerardus de Eyck, abt van Floreffe, met Henricus de Eyck, kanunnik van Floreffe, enerzijds en Bartholomeus de Valgate, abt van Averbode, met Johannes Snoex, kanunnik van Averbode, anderzijds over het patronaatsrecht van de kerk van Lagemierde met haar annexkerk van Hoogemierde waarvan de pastoorsfunctie nu vacant is wegens het overlijden van Jacobus Nicolai de Rethi, kanunnik van Averbode. Gedaan te Leuven in het gastentenverblijf van de abt van Park in aanwezigheid van Johannes de Meghen, Gerardus de Duerne, investiet van Bladel, Henricus de Ruet, Arnoldus de Voort, Petrus de Beemen en Jacobus de Gheyten.