Schepenen van Bergeijk oorkonden dat Willem Eelen een verklaring wil dat het vierde deel van de tienden van Westerhoven, en het vierde deel van die van Bergeijk jaarlijks tegen elkaar rijden met betrekking tot de heer van Postel en dat de opbrengst dit jaar even goed is als het vorig jaar, hetgeen bevestigd wordt door twee schepenen. Ze hadden de tienden zelf wel willen houden, maar de abt van Tongerlo had ze al verpacht tegen de wil en zonder toestemming van Postel.