178.29 Resoluties Staten-Generaal (178.29)
42 Rekest van Mr. Diderik Bressi schout en dijkgraaf van kwartier Maasland verwijzend naar een resolutie van de Raad van State dd. 4 juli 1681 i.v.m. het overbrengen van de kwartiersrekeningen en de akte besluit met de volgende mededeling ‘dat den suppliant meenighmael in dese droevige tijden op voorvallende occasien hadde kunnen bespeuren, niet het alderminst respect voor haer Hoogh Mogende ordres waren hebbende, dat tegens de voornoemde overtreders, die de beveelen van haer Hoogh Mogende soo spottelijck, vuylende inobedient hebben getracteert, daer in soodanige voorsieninge gelieven te doen, als haer Hoogh Mogende na hare hooge wijsheydt souden bevinden te behoren en hy suppliant beter bequaem gemaeckt mochte werden, om de beveelen van haer Hoogh Mog. in ’t toekomende met meerder obedientie te doen respecteren; versoekende verders door dien den Heer van Berlecum [vgl. Berlicum] mentie maeckte, dat hy sich hadde geaddresseert aen haer Hoogh Mog. om te mogen wesen gesepareert van ’t voorsz. quartier en de oude forme van de kleyne regeeringe en dat den suppliant seer wel was bewust, dat ’t selve request was vervult met onwaerachtige sub- en obreptive middelen, dat haer Hoogh Mog. hem suppliant geliven te vergunnen om copie van ’t voors. request uyt haer Hoogh Mog: griffie te mogen lichten en de selve nae de oprechte waerheydt te berichten, op dat het quartier van den suppliant, ‘tgeene nu was in een diepe ruste en eenigheydt, niet soude mogen vervallen door de voornoemde onstuymige nieuwsuchtige persoonen, na gewaende ambitie, tot muyterye tweedracht ende confusie’. – zie ook folio 619, 702