9.327 Raad en Rentmeester-Generaal Domeinen (9.327)
37 * Bericht dat men de aanspraak heeft gezien jegens Sebastiaen van Luijnen secretaris te Vught – 30.8.1694. * Schepenen en secretaris van Vught inzake het overlijden van Martinus Vaeck zijnde een bestaard en de insinuatie vanuit het kantoor der domeinen aangaande de nalatenschap en inboedel van de overledene – ongedateerd. * Brief van de deurwaarder vande domeinen inzake de nalatenschap van Martimus Vaeck wiens goederen schijnen te berusten bij Anna van Heesch wonende te ‘sBosch – 31.3.1693. * Brief over deze kwestie waaruit blijkt dat de schepenen en secretaris blijkbaar niet gehoorzamen aan de overheid inzake de goederen van de overleden bastaard Vaeck. Anna van Hees schijnt ook bezoek gehad te hebben van deurwaarder van Gerwen met de boodschap dat ze de goederen aan niemand mag doorverkopen, maar ze dient over te geven aan de raad en rentmeester generaal der domeinen. Alles zou in strijd zijn met het recht van de stad Den Bosch en tegen dat van de domeinen – 30.3.1693. * Juriaen van Luijnen als stadhouder van de Heer Alexander Schimmelpenninck van der Oijen Heer van Engelenberch hoog- en laagschout van ’s-Hertogenbosch heeft een contra-insinuatie opgesteld. Uit dit schrijven blijkt dat Martinus Vaeck een rooms priester was te Vught – 1.4.1693. * Brief waarin nogmaals wordt gesuggereerd dat de schepenen en secretaris van Vught niet zullen gehoorzamen en geeft een overzicht van de procesgang tot op heden. De Vughtse autoriteiten zouden zelfs al tot verkoping van de goederen willen overgaan. Kernpunt in de kwestie is de vraag of Martinus Vaeck een bastaard was of niet! Het blijkt een juridische kwestie geworden te zijn rond het recht der domeinen. Bastaardgoederen vervallen immers automatisch aan de domeinen. Vught beschikt over de hoge, middele en lage jurisdictie. In dit kader wordt ook gesproken over een opgestelde kaak te Vught, waarover ook discussie ontstaat – 2.4.1693. * Goedkeuring van de raad en rentmeester generaal der domeinen van Brabant gegeven aan de
Vervolg:
schepenen en secretaris van Vught tot verkoping van de goederen en de nalatenschap van Martinus Vaeck in leven rooms priester te Vught, zijnde een bastaard – 4.1693. * Bericht van van Luinen als stadhouder van baron van Schimmelpenninck hoog- en laagschout inzake de verleende goedkeuring – 11.4.1693. * Concept van een remonstrantie en overleg met advocaat Pitthennius met onderaan een notitie over een mogelijk nog te schrijven request, waarin dan zou moeten komen te staan, dat de schepenen en secretaris van Vught zich verder niet zouden moeten bemoeien met de goederen van Martinus Vaeck – 5.5.1693. * Juridische beschouwing rondom de thematiek van nagelaten goederen van een bastaard en de handelwijze van de regeerders van Vught – 10.5.1693. * Schrijven waarin betoogd wordt de de schepenen en secretaris van Vught de goederen van Martinus Vaeck die ze hebben aangeslagen onmiddellijk dienen over te geven aan de raad en rentmeester generaal, omdat de nalatenschap volgens de placcaten vervallen zou zijn aan de domeinen, waarbij men verwijst naar een placcaat van 12 mei 1531 en een resolutie van 7.1.1647 – ongedateerd ca. 1693. * Remonstrantie van de raad en rentmeester generaal de Borssele en de leenmannen over de onderhavige thematiek. De schepenen van Vught haden een curateur over de goederen aangesteld en zelfs al een publicatie laten uitgaan over de verkoop der nagelaten goederen. – ongedateerd ca. 1693. * Schrijven met extra informatie over de bastaard Martinus Vaeck waarin o.a. wordt gesteld dat deze tijdens zijn leven het bewind heeft gevoerd van een armenhuis te Vught zonder daartoe bevoegd te zijn, waarvan hij nooit rekeningen heeft overlegd, wat volgens de regelgeving van de politieke reformatie wel had moeten gebeuren. Voorts is vernomen dat ten tijde van het overlijden van Vaeck, nu ca. 7 weken geleden, zich niemand als erfgenaam heeft gemeld, oorzaak dat het dode lichaam aanvankelijk enige dagen ongekist is gebleven, omdat de schepenen van Vught nog geen
Vervolg 2:
opdracht hadden gegeven het lichaam te begraven. De kwezel en meid die in het sterfhuis had gewoond had nu de goederen onder zich – 1.4.1693. * Latijnse brief met linksboven geschreven ‘pro patria’ en bovenaan Alexander PP VII = Paus Alexander de Zevende. Een pauselijk schrijven betreffende een acte van dispensatie voor Martinus Vaeck van 11.5.1666 gecollationeerd door notarius publicus Willem Vos – 3.4.1693. * Gespecificeerde rekening van de deurwaarder Antony Voscuyl en Luycas van Gerwen in de zaak Vaeck met een totaalbedrag van 35-16-8 – 1693. * Lijst van crediteuren van Pater Vaeck met de betreffende bedragen: Anneken Michiels van Hees, Sebastiaen van Luijnen, Maria Wouters van Lieshout, Laurens Veraa borgemeester in 1691, Jan Molengraaff borgemester van 1692, Cornelis Simon verpondingsbeurder 1691, Jan Simon verpondingsbeurder 1692, Aert Willems timmerman, Hanrick Ariens van Vucht, Geertruydt Verbraken, Herman van Dru vorster te Vught, Aert Heeren en Jan Jan Werts ketelaar – 1693. * Kwitanties waarin genoemd worden: C.Molemakers substituut schoolmeester, J. van Gelderop vanwege geleverde medicamenten tijdens de ziekte van de overledene, Anna van Hees, Cornelis Wouters, Hendrick van Geffen voor gebakken brood op de verkoopdag en geleverd eikenhout en nagels voor de doodskist voor Martinus Vaeck die gestorven is op 8.2.1693, Johan Boons voor het halen van de dokter, halen van de rouwmantels te ‘sBosch, naar Ravenstein geweest om de neef van de overledene in kennis te stellen, opschrijven van de goederen toen ze verkocht werden, S.Boning [dubieus], Cornelys Simons, Jan Simons, Hermen van Deuren, wederom Anna van Hees, Marie Wouters de meid van Martinus Vaeck, Doctor van der Braken voor visites, consultaties en medicamenten, wederom Marie Wouters, Meus Jansen Keijsers, Joost Freijsen, Laureijns Corsten, wederom Maria Wouters, Dhr. Coningh als kerkmeester, periode 1693-1694.
Persoon in schepenakte:
Alexander van der Oijen
Anneken Michiels van Hees
Maria Wouters van Lieshout
Hanrick Ariens van Vucht
Jan Jan Werts
Meus Jansen Keijsers
Sebastiaen van Luijnen
Anna van Heesch
Anna van Hees
Juriaen van Luijnen
van Engelenberch
Alexander de Zevende
Luycas van Gerwen
Herman van Dru
Hendrick van Geffen
Hermen van Deuren
Doctor van der Braken
Martinus Vaeck
Martimus Vaeck
Willem Vos
Antony Voscuyl
Pater Vaeck
Laurens Veraa
Jan Molengraaff
Cornelis Simon
Jan Simon
Aert Willems
Geertruydt Verbraken
Cornelis Wouters
Johan Boons
Cornelys Simons
Jan Simons
Marie Wouters
Joost Freijsen
Laureijns Corsten
Maria Wouters
J. van Gelderop
Datering:
1693-1694
Plaats:
Vught
Toegangsnummer:
9
Inventarisnummer:
Bron:
Domeinen
Geografische namen: