Archieven

50 Jacop Gijsbert Joesten heeft erffelick vercoft en opgedragen Lijsken, dochter Wouter Peter Emonts eenen jaerliken en erffeliken chijns van vijf gulden van xx stuivers tstuck en noch xv stuivers alle jaer erffelick te vergelden op Lichtmijs, en den ijersten taeldach sal sij tot Lichtmijs naestcomende, van en vuijt huijs, hoff en erffenis daer aen, gelegen in de prochie van Erp, opt Loeijeijnt, neven erffenis deen sij Jan Henrixs van Diepbeeck, dander sij Jan Goerts die Smit uit Gemert, deen eijnt die vercoper, dander eijnt die gemeijnt van Erp en heeft die voers. Jacop op ten voers. chijns helmelinge vertegen tot behoeff Lijsken voers. Gelovende voerts op hem en op allen sijnen gueden hebbende en vercrigende dat vercoopen, opdragen en vertijen altijt vast en stedich te houden en den voers. chijns in de onderpanden erffelick te vrien en te weeren die onderpanden voer den jaerlixe betalinge altijt goet en waeldogende te maken den sonder sorge genoch. Actum anno xv lxx den ii-den meij. Testes Henrick Jans en Sander Henrixs, met voerwaerden dat Jacop den voers. chijns altijt sal moegen lossen en quiten op Lichtmijs als hijt te Korsmis te voeren op sal hebben geseet met hondert gulden van xx stuivers tstuck coninx gelt ofte ganckbaer gelt.