
Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
|
Op bovenstaande foto staan de voor- en zijgevel van ons ouderlijk huis aan de Molenstraat 1 in Mill (van 1936 tot 1955 Hoogveldscheweg A 153). Het huis kent een lange geschiedenis: het stamt waarschijnlijk uit 1834, maar het kan ook ouder zijn. In die tijd was ‘t het woonhuis van Gerardus van Hout en tot 1921 bleef het in die familie, achtereenvolgens Hermina van Erp-van Hout, Gerardus van Hout en Adrianus van Hout.
![]() |
Het was een ondernemende familie, want het waren eerst kooplieden en later huisvestte het pand achtereenvolgens een fabriek, een washuis, een grossierderij, een botermijn en een klompenmakerij.
De foto hiernaast is gemaakt in de tijd dat er een klompenfabriek was, tevens begonnen zij in 1913 een boomzagerij. In 1916 verhuisde de fabriek naar de Wanroijseweg waar houtfabriek van Hout een begrip in Mill was. Het leugentje van Mill, de stenen schoorsteen waar “van Hout” op staat, herinnert er tot op heden aan.
Het pand werd verkocht aan mijn opa, Jan Verbruggen. Hij was zo’n 10 jaar daarvoor een handel in koloniale waren begonnen aan de Hoogstraat in Mill en dat groeide uit tot een grossierderij in levensmiddelen (telefoonnummer 9). Mijn vader, Toon Verbruggen, zette later het bedrijf voort op die plek. Het bedrijfsgedeelte bestond uit veel hokken, hoeken, kasten, zolders en kelders.
Het was hard werken voor het personeel. Op een van de zolders lagen de zakken van 50 kg meel en bloem want daar was het droog. Die zakken gingen met een transportband naar boven en via een glijbaan naar beneden. Er was een ruimte waar de snoepwaren lagen opgeslagen: het snoepvak. Er was een borstelzolder, een zeepvak, een soepvak, het suikervak, een verwarmingskelder en de aanbouw uit de zestiger jaren is tot de verhuizing in 1987 "de nei loods" blijven heten.
![]() |
De bestellingen werden vervoerd met twee vrachtwagens. “D’n Blekke” had een metalen en “d’n houtere” een houten laadbak. In mijn herinnering was het er altijd gezellig, als het personeel zat te schaften zaten wij er als kinderen graag bij.
Het was een eldorado voor kinderen die verstoppertje willen spelen. Zelf heb ik er nog eens een verborgen kast gevonden waar tijdens de oorlog onderduikers hadden gezeten. Mijn vader wist zich toen te herinneren wie dat waren, ik ben dat nu vergeten. Ook heb ik eens, tijdens een van mijn struintochten door het pand oude reclameborden en prenten gevonden, dik onder het stof. Vertegenwoordigers die langskwamen vonden die prachtig; enkele platen kregen een prominente plaats op het kantoor.
![]() |
Inmiddels is de zaak verhuisd naar een industrieterrein en voortgezet door mijn twee broers Jan en Toon. Na de verhuizing werd het grootste deel van het pand aan de Molenstraat gesloopt maar de twee gevels bleven staan. En achter die twee gevels zijn nu drie woningen gemaakt, maar van het oorspronkelijke interieur is niets meer bewaard gebleven, behalve dan veel, heel veel, prachtige herinneringen.
Mill, februari 2018,
Wim Verbruggen
Met dank aan Willy Sweens, Myllesheem.