In posteriori parte domus inhabitationis Godefridi filii Johannis quondam, iacentis quasi ex opposito ecclesie seu capelle (in Babiloniënbroek).
Notaris Renerus Nicolauszn van Ethen, clericus van Traiectum, instrumenteert, dat Henricus Momboer z.v.w. Petrus Momboer, Willelmus Buser junior z.v.w. Willelmus Buser, Petrus van den Hille z.v.w. Johannes van den Hille en Johannes z.v.w. Petrus Ghiesemanszn, alle vier kerkmeesters van de parochiale kerk of kapel van Babiloniënbroeke, hebben verklaard, dat zij verkocht hebben met toestemming van de geburen en parochianen aan heer Robertus van Dorne, abt van het klooster van Berna, een cijns van 10 schelling, die de kerk bezat uit een hoeve met landerijen, voorheen van wijlen Godefridus van Bardewijc, nu van de abt en het klooster, nader gesitueerd; alsook ½ van ½ morgen aldaar, nader gesitueerd; met als getuigen 9 met name genoemde personen.
In posteriori parte domus inhabitationis Godefridi filii Johannis quondam, iacentis quasi ex opposito ecclesie seu capelle (in Babiloniënbroek).
Notaris Renerus Nicolauszn van Ethen, clericus van Traiectum, instrumenteert, dat Henricus Momboer z.v.w. Petrus Momboer, Willelmus Buser junior z.v.w. Willelmus Buser, Petrus van den Hille z.v.w. Johannes van den Hille en Johannes z.v.w. Petrus Ghiesemanszn, alle vier kerkmeesters van de parochiale kerk of kapel van Babiloniënbroeke, hebben verklaard, dat zij verkocht hebben met toestemming van de geburen en parochianen aan heer Robertus van Dorne, abt van het klooster van Berna, een cijns van 10 schelling, die de kerk bezat uit een hoeve met landerijen, voorheen van wijlen Godefridus van Bardewijc, nu van de abt en het klooster, nader gesitueerd; alsook ½ van ½ morgen aldaar, nader gesitueerd; met als getuigen 9 met name genoemde personen.
b. Afschrift in Kopieboek Hoevenaars, I, nr.366, sterk ingekort.