Zuster Geertrudis, moeder van het huis van de Swesteren in ’s-Hertogenbosch op de Papenhuls, heeft overgedragen voor schepenen van ’s-Hertogenbosch aan Henricus Hoernken, zoon van wijlen Arnoldus, een erfpacht uit een stukje land geheten Dat Arkenschot in Scadewijc in Herpen, testamentair verkregen van zuster Jutta, dochter van Nenne, dochter van Johannes de Visschel, poorter van ’s-Hertogenbosch, en Oda, dochter van een zekere Post de Dormalen.
Zuster Geertrudis, moeder van het huis van de Swesteren in ’s-Hertogenbosch op de Papenhuls, heeft overgedragen voor schepenen van ’s-Hertogenbosch aan Henricus Hoernken, zoon van wijlen Arnoldus, een erfpacht uit een stukje land geheten Dat Arkenschot in Scadewijc in Herpen, testamentair verkregen van zuster Jutta, dochter van Nenne, dochter van Johannes de Visschel, poorter van ’s-Hertogenbosch, en Oda, dochter van een zekere Post de Dormalen.