1616 januari 29
Gijsbert Antoniszn, vorster van Erp, wordt ter instantie van Hendrik van Zoerendonk, administrateur Mariëndonk, verzocht, kinderen-erfgenamen wijlen Henriks Jan Jacobszn te dagen op 1 februari in 's-Hertogenbosch, om, voor klooster voornoemd:
cijnzen, renten en pachten, in Erp, Boerdonk, Uden en Boekel, welke zij destijds ten losrente hebben verkregen, te lossen met 8 mud en 4 lopen rogge en 37 stuiver / hen te verplichten over cijnsakten te overhandigen / waarna vorster van dagvaarding rapport doet en verklaart, dat gedaagden toezeggen mettertijd aan eisen te voldoen
Origineel (inventarisnr 576)
Met namen van H. van Zoerendoncq, bode en getuigen
1616 januari 29
Gijsbert Antoniszn, vorster van Erp, wordt ter instantie van Hendrik van Zoerendonk, administrateur Mariëndonk, verzocht, kinderen-erfgenamen wijlen Henriks Jan Jacobszn te dagen op 1 februari in 's-Hertogenbosch, om, voor klooster voornoemd:
cijnzen, renten en pachten, in Erp, Boerdonk, Uden en Boekel, welke zij destijds ten losrente hebben verkregen, te lossen met 8 mud en 4 lopen rogge en 37 stuiver / hen te verplichten over cijnsakten te overhandigen / waarna vorster van dagvaarding rapport doet en verklaart, dat gedaagden toezeggen mettertijd aan eisen te voldoen
Origineel (inventarisnr 576)
Met namen van H. van Zoerendoncq, bode en getuigen