skip naar content skip naar hoofdnavigatie spring naar service navigatie
sluit
Hualp nodig?

Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.

Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)

Meer informatie over de chat-service? Klik hier

Online op dit moment

Stel je vraag

Ans Holman
Ans Holman RA Tilburg
Menu
sluit
Hualp nodig?

Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.

Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)

Meer informatie over de chat-service? Klik hier

Online op dit moment

Stel je vraag

Ans Holman
Ans Holman RA Tilburg

Archieven

2092 Norbertijnenabdij van Berne, oud archief, 1134-1857

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inleiding
Historisch overzicht
Verantwoording van de inventarisatie
Aanwijzingen voor de gebruiker i
Regesten
23 (eerste kwart 13e eeuw).
Lijst van het vrijgoed van het klooster Berna ("allodium Bernensis ecclesie"), dat door Folcoldus, een vrij en rijk man, en zijn vrouw Bescela is geschonken, nl. Berna zelf en Masemunde met hun visserij en aanwas, vrijgoed in Altfursche (Altdorst), en Vurt (Woerd), Merseberch (Maarsbergen) en vrijgoed in Babylonia (Babiloniënbroek); voorts wat andere gelovigen hebben geschonken aan landerijen ("predia") met graanschuren ("horrea") in Risewihc (Rijswijk), Wihc (Wijk) en Bernhese (in Heeswijk), en aan stukken land in 40 met name genoemde plaatsen - alle gelegen in het Land van Heusden, het Land van Altena, de Betuwe en de Meierij van 's-Hertogenbosch - met toelichting omtrent bijzondere aard en rechten.
2092 Norbertijnenabdij van Berne, oud archief, 1134-1857
Inleiding
Regesten
23
(eerste kwart 13e eeuw).
Lijst van het vrijgoed van het klooster Berna ("allodium Bernensis ecclesie"), dat door Folcoldus, een vrij en rijk man, en zijn vrouw Bescela is geschonken, nl. Berna zelf en Masemunde met hun visserij en aanwas, vrijgoed in Altfursche (Altdorst), en Vurt (Woerd), Merseberch (Maarsbergen) en vrijgoed in Babylonia (Babiloniënbroek); voorts wat andere gelovigen hebben geschonken aan landerijen ("predia") met graanschuren ("horrea") in Risewihc (Rijswijk), Wihc (Wijk) en Bernhese (in Heeswijk), en aan stukken land in 40 met name genoemde plaatsen - alle gelegen in het Land van Heusden, het Land van Altena, de Betuwe en de Meierij van 's-Hertogenbosch - met toelichting omtrent bijzondere aard en rechten.
NB:
a. Oorspr. op perkament. I. D. 1. In dorso: Ista sunt bona nostro monasterio collata a domino Folcoldo nostro fundatore cum piscatura in Mosa (volgens Hoevenaars in het handschrift van abt Spierinck, 16e eeuw). Voor de andere, vroeg-13e-eeuwse notae, zie Camps, nr.133.
b. Afschrift in Bullarium Roovers (ca.1630), blz.73.
c. Afschrift in Kopieboek Hoevenaars, I, nr.3.
d. Gedrukte tekst in O.B. De Fremery, bij nr.92 (rives; lees: rivis) [en in: Nomina Geografica].
e. Vertaling en bespreking door W. Hoevenaars, Berna ut lucerna, in: Met gansen trou, 10(1960), blz.173-175.
f. Gedrukte tekst in: H. van Dijk, Een klooster uit het Brabants-Hollands rivierengebied: de Abdij van Berne en haar materiële betekenis in de middeleeuwen, in: A.A.G. Bijdragen (Wageningen) 15 (1970), Bijlage I, blz.37; dit artikel als overdruk in de reeks Bernensia, nr.XIV. [Nomina Geografica Neerlandica (Hoevenaars)].
g. Gedrukte tekst in O.B. Camps, nr.133.
h. Tekst in Bijlage III in dit regestenboek, naar de lezing van Camps. Nota. De datering wordt gegeven volgens Camps; zie daar de toelichting; Hoevenaars dateerde: circa 1200; J. van Cleemput (1957): 12e eeuw.
31 (na 1236) [2e helft 15e eeuw, Van Rij].
"Chronicon Bernense", huiskroniek over de eerste eeuw: de lotgevallen van ridder Fulco van Berne, zijn stichting van het klooster in 1134 en enige hoofddata tot 1236.
Ten tijde van vorst Lutger (keizer Lotharius III, 1125-1137) en Andreas (van Kuyc), bisschop van Utrecht (1128-1137) leeft te Berne, gelegen in de waard Vrote in het grensgebied tussen Holland en Thesandrië ridder Fulco. Hij bezit er een sterk kasteel met toren, ringmuur en stenen kapel.
Hij heeft belegeringen te verduren van de hertog van Brabant (Godfried I, 1094-1139), van de graaf van Holland (Dirk VI, 1121-1157) en van Herman, kastelein van Heusden. Een bij Wijk wonende graaf Wichard wordt door Fulco bij een ruzie gedood. Als graaf tussen Maas en Waal moet Fulco de rechtsaangelegenheden leiden in het gebied vanaf Moldeke (Mook) tot Herwede (Heerewaarden), met uitzondering van Withen (Wijchen) en Nifrich (Niftrik). In een hinderlaag gelopen nabij Hemert weet Fulco op wonderbare wijze te ontsnappen, door met zijn paard de Maas over te zwemmen. Hij belooft God, zichzelf en al zijn bezittingen in Zijn dienst te stellen. Fulco trouwt met Bescela van Zumeren (Someren), weduwe van Crafth, een edelman in Maesmond. Volgens zijn belofte probeert hij van zijn kasteel een klooster te maken en krijgt daarvoor in 1133 kloosterlingen uit Rolduc. Deze onderneming mislukt, maar hij slaagt op 3 augustus 1134 met Premonstratenzers uit Mariënweerd. Met een oorkonde van bisschop Andreas van 1134 wordt de stichting bezegeld (de tekst hiervan is nagenoeg volledig in de kroniek opgenomen; regest nr. 1). Fulco wordt zelf lekebroeder in Berne. Ook Bescela verlaat de wereld en sticht een zusterklooster van dezelfde orde te Wort (Woerd bij Altforst).
De eerste abt Everardus laat het klooster bouwen en vernieuwen, sticht uithoven te Rijswijk, Wijk, Babiloniënbroek, Gaal (onder Schaijk), Bernhese (onder Heeswijk-Dinther) en Maarsbergen, en bouwt huizen te Sanden (te Niftrik, gem. Wychen) en Derenborch (Dennenburg?) bij Uudenholt (beide in het Land van Ravenstein). Onder zijn bestuur verschijnt de H. Maagd Maria aan Onulphus en zijn vriend, de scriptor Theodericus, wanneer beiden hun oude dag doorbrengen in Woerd. Na abt Everardus volgen onder vermelding van enige data: Hugo van Terwaan, God-schalk uit Postel, Everardus II, Henricus Hermanszn van Alfen, Arnoldus, Henricus voorn. (herkozen), Theodericus en Ludovicus. Deze abtenlijst wordt besloten met de vermelding van de opvolging van Ludovicus door Walterus in 1236. [Van Rij: 1231]
Records 101 t/m 200
Records 201 t/m 300
Records 301 t/m 400
Records 401 t/m 500
Records 501 t/m 600
Records 601 t/m 700
Records 701 t/m 800
Records 801 t/m 900
Records 901 t/m 974
Inventaris

Kenmerken

Datering:
1134-1857
Vindplaats origineel:
Depot Abdij Berne, Heeswijk-Dinther