Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.
Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:
• Kenmerken van het archief • Inleiding op het archief • Inventaris of plaatsingslijst • Eventueel bijlagen
De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.
De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.
De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.
Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.
Op 22 oktober 1884 kocht Augustinus J.A. van Lanschot kasteel Maurick in Vught. Hij liet het kasteel door architect Hezenmans herstellen en restaureren. Augustinus zou er echter nooit gaan wonen. Hij liet het kasteel na aan zijn oudste zoon August W.J. van Lanschot die er wel ging wonen. Met de koop van het kasteel kwam ook archiefmateriaal van vroegere eigenaren van het kasteel in bezit van de familie Van Lanschot. Volgens A. van Sasse van Ysselt kocht Gooswijn Janszn. Heym in 1464 kasteel Maurick van Deynald van Vladeracken, ontvanger der Staten van Brabant in het kwartier van 's-Hertogenbosch. Het kasteel zou tot 1681, toen het gerechtelijk werd verkocht aan Jacqueline Brouart, weduwe van mr. Christiaan van Beresteyn (1616-1680), pensionaris van 's-Hertogenbosch, in de familie Heym blijven. Tussen 1615 en 1631 zou ook het goed Muyserick (dat later eveneens in het bezit kwam van de familie Van Beresteyn en vervolgens van de familie Van Lanschot) van de familie Heym zijn. Maria Heym, erfdochter van Maurick, kocht op 12 september 1615 van Adriaan Nyhoff het goed Muyserick. Haar zoon Henrick Heym (tevens eigenaar van Maurick) verkocht het op 2 september 1631 aan Servaes, zoon van wijlen Cornelis Joordens.
Maurick kwam na de dood van Jacqueline Brouart aan haar zoon Thomas van Beresteyn (1647-1708), schepen van 's-Hertogenbosch, rentmeester van de geestelijke goederen in de kwartieren van Kempenland en Oisterwijk en van het kapittel van Oirschot. Uit zijn eerste huwelijk met Dina Cornelia Tromp werd Maarten Cornelis van Beresteyn geboren. Hij erfde Maurick. Deze Maarten Cornelis stierf in 1734 ongehuwd te Rotterdam en liet Maurick na aan zijn halfbroer Christiaan Paulus van Beresteyn (1705-1758). Zijn zoon Gijsbert van Beresteyn (1749-1810), achtereenvolgens extraordinaris luitenant ter zee, postmeester te 's-Hertogenbosch, schepen in die stad en maire van Vught, erfde Maurick. De laatste eigenaar van Maurick die tot de familie Van Beresteyn behoorde was Gijsbert van Beresteyn (1804-1884), president van de Ridderschap in Noord-Brabant. Hij verkocht de goederen Maurick en Muyserick aan Augustinus J.A. van Lanschot. *
A.F.O. van Sasse van Ysselt, De voorname huizen en gebouwen van 's-Hertogenbosch, alsmede hunne eigenaars of bewoners in vroegere eeuwen (3 delen) ('s-Hertogenbosch 1910). Zie voor deze paragraaf met name deel I, pag. 218, 339, 414 en deel II, pag. 267-271.
Deze toegang bevat een of meer stukken die tot 1 januari 2300 niet zonder meer openbaar zijn. Het precieze jaar van openbaarheid kun je per inventarisnummer vinden.