Het werken aan deze doelstelling gebeurde via de volgende lijnen: organisatieondersteuning bij de opzet van activiteiten, visie en beleidsontwikkeling en samenwerking; ontwikkeling van specifieke en regionale netwerken; opzet van projecten en activiteiten; stimulering facetbeleid; informatie en voorlichting. Ondersteuning van migrantenvrouwengroepen en gemeentelijke emancipatiebegeleidingsgroepen hadden daarin een prioriteit. EOS had als stichting een algemeen bestuur dat was belast met het vaststellen en controleren van het beleid op hoofdlijnen. Naar buiten toe was het algemeen bestuur de belangenbehartiger van de stichting. De leden van het algemeen bestuur vormden een afspiegeling van de prioriteitsgroepen van EOS.
Vanuit het algemeen bestuur vormden de voorzitter, secretaris en penningmeester, met de directeur van de stichting als adviseur, het dagelijks bestuur.
Het algemeen bestuur stelde in 1992, in beginsel voor een periode van drie jaar, twee adviesgroepen in: één voor Surantar vrouwen en één voor mediterrane vrouwen. De twee adviesgroepen hadden als doel ‘ideeën met elkaar uit te wisselen, het geven van impulsen, het signaleren en bespreekbaar maken van zaken die spelen in het veld en gevraagd en ongevraagd advies uitbrengen aan het bestuur’.
In 1995 werd op initiatief van het college van Gedeputeerde Staten besloten dat het Emancipatiebureau Noord-Brabant en EOS moesten fuseren. Het kantoor verhuisde per 1 november 1995 naar de Stationsweg 7 te ’s Hertogenbosch *9 . In de algemene bestuursvergadering van 4 oktober 1995 werd besloten om EOS per 29 november 1995 op te heffen.
(Vervolg Stichting Bureau voor emancipatiezaken Noord-Brabant, 1996-2004)
*8. Handboek personeelsbeleid EOS, vastgesteld door het Algemeen Bestuur in haar vergadering van 15 september 1994.
*9. Huurovereenkomst tussen Edelmark I.B.V. en de Stichting Noord-Brabants steunfunctie-instituut Vrouwenemancipatie, 1995.