Schepenen van Zuilichem oorkonden dat Derick van Hemert en zijn broer Arnt kwijtgescholden hebben aan heer Johan van Sente Goricx en zijn echtgenote vrouwe Margriet alle schuld die Johan en Magriet aan hen hadden met betrekking tot de goederen van wijlen heer Arnt van Herlar, ridder, en dat Derick en Arnt afstand gedaan hebben van alle goederen van heer Arnt in Zuilichem ten behoeve van prior en convent van het klooster van Sint-Sophia binnen(!) 's-Hertogenbosch, waarna broeder Thomas van Driell, procurarator van het klooster, een akte van deze afstand gevraagd heeft.
Schepenen van Zuilichem oorkonden dat Derick van Hemert en zijn broer Arnt kwijtgescholden hebben aan heer Johan van Sente Goricx en zijn echtgenote vrouwe Margriet alle schuld die Johan en Magriet aan hen hadden met betrekking tot de goederen van wijlen heer Arnt van Herlar, ridder, en dat Derick en Arnt afstand gedaan hebben van alle goederen van heer Arnt in Zuilichem ten behoeve van prior en convent van het klooster van Sint-Sophia binnen(!) 's-Hertogenbosch, waarna broeder Thomas van Driell, procurarator van het klooster, een akte van deze afstand gevraagd heeft.