Notaris Henricus Ancelmi oorkondt dat Hubertus de Loen, prior van de kartuizers in Vught, en meester Nicolaus de Nispen, secretaris van de bisschop van Kamerijk, onderling enkele pachten en cijnzen geruild hebben. Hubertus draagt over 1 mud rogge erfpacht uit 2 stukjes in 'pachtland' in Sint-Oedenrode, waarvan een van 5 lopen rogge en de ander van 3 lopen, verkregen via notarieel instrument van de Bosschenaar Franciscus de Elmpt, zoon van Martinus. Nicolaus draagt over een erfcijns van 50 schelling uit een cijns van 55 schelling uit de helft van een stukje land in Sint-Oedenrode in Olland, geheten 't Hoge Heynsselt, aan de Dommel; en de helft van een erfpacht van 2 mud gerst uit een huis, erf en tuin en een aanliggend goed, 'geloect' geheten, 11 lopen in zaad van gerst bevattend, in Houthem in de parochie Eerschot. Hubertus geeft Nicolaus nog 8 filippussgulden erbij.
Notaris Henricus Ancelmi oorkondt dat Hubertus de Loen, prior van de kartuizers in Vught, en meester Nicolaus de Nispen, secretaris van de bisschop van Kamerijk, onderling enkele pachten en cijnzen geruild hebben. Hubertus draagt over 1 mud rogge erfpacht uit 2 stukjes in 'pachtland' in Sint-Oedenrode, waarvan een van 5 lopen rogge en de ander van 3 lopen, verkregen via notarieel instrument van de Bosschenaar Franciscus de Elmpt, zoon van Martinus. Nicolaus draagt over een erfcijns van 50 schelling uit een cijns van 55 schelling uit de helft van een stukje land in Sint-Oedenrode in Olland, geheten 't Hoge Heynsselt, aan de Dommel; en de helft van een erfpacht van 2 mud gerst uit een huis, erf en tuin en een aanliggend goed, 'geloect' geheten, 11 lopen in zaad van gerst bevattend, in Houthem in de parochie Eerschot. Hubertus geeft Nicolaus nog 8 filippussgulden erbij.