1598 april 14.
Antonius van Berchem, ambtman van de Stad Grave en het Land van Cuijck, oorkondt met God. Paedsien, scholtis van het Nederambt van het Land van Cuijck, een regeling getroffen te hebben inzake de tussen de schepenen en naburen van Cuijck, Haeps, Heeswick en St. Agathen ener- en de schepenen en naburen van Lijnden anderzijds gerezen geschillen over de betaling der quoten.
Aldus gedaen opt groot casteele binnen der Stadt van Grave den XIIIJen dach van Aprijl anno XVc acht ende tnegentich.
Afschrift (inventarisnummer 50) van het afschrift op papier
1598 april 14.
Antonius van Berchem, ambtman van de Stad Grave en het Land van Cuijck, oorkondt met God. Paedsien, scholtis van het Nederambt van het Land van Cuijck, een regeling getroffen te hebben inzake de tussen de schepenen en naburen van Cuijck, Haeps, Heeswick en St. Agathen ener- en de schepenen en naburen van Lijnden anderzijds gerezen geschillen over de betaling der quoten.
Aldus gedaen opt groot casteele binnen der Stadt van Grave den XIIIJen dach van Aprijl anno XVc acht ende tnegentich.
Afschrift (inventarisnummer 50) van het afschrift op papier