Dag heren, het is een paar daagjes later geworden, waarvoor excuus.
2 Jan Lange ook de naam ‘Van Tilburch” kom ik ook weer tegen in jouw berichtje (kom er zelf ook vandaon, alleen mar goei volk daor haha!), dit is natuurlijk ook weer interessant gezien onze Immert Adriaansz Van Tilburg, was die Cornelis Van Tilburgh wellicht een broer van onze Immert Jan?
Okee Cornelis We hebben dus een Jan Willems Van Honswijck getrouwd met Maria Godschalksdr Van Eik, Maar we kwamen al eerder een Godschalk Van Honswijk tegen? Is er wellicht een familieconnectie, was waren Jan Willemsz Van Honswijck en Maria Godschaklsdr wellicht achterneef en achternicht?
Was Jan Willemsz Van Honswijk wellicht de vader van Jan Jansz Van Honswijck
http://www.doekefkes.nl/index.php/rechterlijke-archieven/2015-09-14-15-51-18/waspik-ra-46 nog de volgende vermelding uit 1735:
1 hangijser, Jan Jans van Honswijk 0: 3: 0
Ik begin ook steeds meer te denken heren dat die Cornelis Van Honswijk die in de eerste aktes van mij vorige bericht als belender word vermeld weleens de cornelis Godschalk Van Honswijk zou kunnen zijn, in dat geval had hij dus de door mij eerder genoemde dochter Elisabeth waarbij niet haar man Cornelis Cornelisz de naam op de kinderen overdraagt maar zijzelf!
In ieder geval was Jan Willemsz Van Honswijck volgens de informacie van 1514 zo’n 35 jaar, dit betekent dat hij zo rond 1479 geboren moet zijn lals zoon van een Willem Van Honswijk, of moeten we hier eerder denken aan de voorgangers van de Honswijks te weten Van Muilwijks?
Die informacie van 1514 vind men ook weer terug in de fantastische link die Cornelis ons had gegeven, hieronder heb ik nog wat verder gekeken met ook de vermelding van de informacie van 1514 dus:
6276 Schalck Jansz van HONSWIJCK, geboren ca 1525, vermoedelijk zn. van Jan Willemsz van HONSWIJK (zie 12552) en Maria Schalck van der EYK (zie 12553).
DUSSEN MUILKERK
18. Een tiende van 2½ hoeven land in Muilkerk, strekkend van het gezaat noordwaarts tot het land van Altena, oost: Robert Lamberts hoeve, west: Wouter van der Eik's hoeve.
..-.-14..: Willem Dammasz. bij overdracht door Jan van Wijtvliet, vermeld 1474, R fol. 15, LRK283 fol. 79v.
12 september 1494: Joost van Muilwijk bij dode van Nikolaas Dammasz, zijn oom, R fol. 15.
21 december 1516: Wouter Joosten, na wie Dirk Kers Jansz. te Dordrecht, R fol. 15.
11 december 1518: Frans Kers Dirksz. bij oktrooi van het Hof, 6 fol. 185.
22 oktober 1539: Arnout Pietersz. bij overdracht door Frans Kers, B fol. 185.
10 januari 1557: Adriaan Arnoutsz. bij dode van Arnout Pietersz, zijn vader, waarna overdracht aan Schalk Jansz. van Honswijk, B fol. 185.
10 december 1603: Elisabeth Schalkendr. bij dode van haar vader, R fol. 16.
..-.-1605: Anton Cornelisz. voor Elisabeth, dr. van Cornelis Schalk, zoals Schalk Jansz. van Honswijk, B blad bij fol. 172.
2 januari 1646: Joost Cornelisz. bij dode van Elisabeth Cornelis Schalken, zijn moeder, die stierf in 1634, nadat Cornelis Joosten, zijn vader, verzuimd had, R fol. 15.
8 april 1649: Cornelis Cornelisz. van Honswijk, oud 25 jaar, wonend aan de Dussen, bij dode van Joost Cornelisz, zijn broer, R fol. 15v.
Schalk Janszn van Honswijk verklaarde in 1556 voor schout en heemraden van het ambacht Muilkerk dat hij aan het klooster van Sint-Agnes een halve hoef land had overgedragen gelegen in het voornoemde ambacht halverwege de Dussen in het land van Altena.
In de "Informacie up den staet faculteyt ende gelegentheyt van de steden ende dorpen van Hollant ende Vrieslant" van januari 1514, worden door Jan Willemszn. van Honswijck, oud 35 jaren, en zijn collega-schepen van Dussen, Adriaen Aertszn. van der Eycke, verklaringen afgelegd ten behoeve van het vaststellen van de grafelijke heffing voor Monsterkerck en Muylkerck.
Link:
https://gerarddocter.nl/wp-content/uploads/2019/08/docter20-00007.htm#BM15920
Alleen het vreemde is Cornelis is dat wanneer ik ga verder zoeken op de door jouw aangedragen link ook de tak van Cornelis
3138 Cornelis SCHALCKEN, geboren ca. 1545, schepen van Muilwijk (1601), overleden voor 10 december 1603, zn. van Schalck Jans van HONSWIJK (zie 6276).
DUSSEN MUILKERK
18. Een tiende van 2½ hoeven land in Muilkerk, strekkend van het gezaat noordwaarts tot het land van Altena, oost: Robert Lamberts hoeve, west: Wouter van der Eik's hoeve.
..-.-14..: Willem Dammasz. bij overdracht door Jan van Wijtvliet, vermeld 1474, R fol. 15, LRK283 fol. 79v.
12 september 1494: Joost van Muilwijk bij dode van Nikolaas Dammasz, zijn oom, R fol. 15.
21 december 1516: Wouter Joosten, na wie Dirk Kers Jansz. te Dordrecht, R fol. 15.
11 december 1518: Frans Kers Dirksz. bij oktrooi van het Hof, 6 fol. 185.
22 oktober 1539: Arnout Pietersz. bij overdracht door Frans Kers, B fol. 185.
10 januari 1557: Adriaan Arnoutsz. bij dode van Arnout Pietersz, zijn vader, waarna overdracht aan Schalk Jansz. van Honswijk, B fol. 185.
10 december 1603: Elisabeth Schalkendr. bij dode van haar vader, R fol. 16.
..-.-1605: Anton Cornelisz. voor Elisabeth, dr. van Cornelis Schalk, zoals Schalk Jansz. van Honswijk, B blad bij fol. 172.
2 januari 1646: Joost Cornelisz. bij dode van Elisabeth Cornelis Schalken, zijn moeder, die stierf in 1634, nadat Cornelis Joosten, zijn vader, verzuimd had, R fol. 15.
8 april 1649: Cornelis Cornelisz. van Honswijk, oud 25 jaar, wonend aan de Dussen, bij dode van Joost Cornelisz, zijn broer, R fol. 15v.
Schalk Janszn van Honswijk verklaarde in 1556 voor schout en heemraden van het ambacht Muilkerk dat hij aan het klooster van Sint-Agnes een halve hoef land had overgedragen gelegen in het voornoemde ambacht halverwege de Dussen in het land van Altena.
In de "Informacie up den staet faculteyt ende gelegentheyt van de steden ende dorpen van Hollant ende Vrieslant" van januari 1514, worden door Jan Willemszn. van Honswijck, oud 35 jaren, en zijn collega-schepen van Dussen, Adriaen Aertszn. van der Eycke, verklaringen afgelegd ten behoeve van het vaststellen van de grafelijke heffing voor Monsterkerck en Muylkerck.
Waaruit geboren:
1. Elisabeth Cornelis SCHALCKEN (zie 1569).
En heel knap van je Cornelis, want waar het tak van Elisabeth Cornelis Schalkendr Van Honswijk nog doodliep, daar heb jij het kringetje rond weten te maken en in ieder geval een link te leggen meej Jan willems Van Honswijck!
Verder heb ik de resultaten Cornelis van je suggestie mb.t. het Sint Agnesklooster te Dordrecht nog eens bekeken met de volgende resultaten:
19 Klooster van Sint-Agnes
Inventaris
1. Klooster van Sint-Agnes
1.1. Eigendommen
1.1.2. Onroerende goederen
1.1.2.2. Buiten Dordrecht
1.1.2.2.7. Land van Altena
52
Onderhandse akte waarbij door Willem van Honswijck verklaard wordt dat hij afziet van alle rechten op een stuk land gelegen in Voerensaterwaard
Datering:
1485
NB:
Regestnummer 66
Omvang:
1 charter
Zie ook
• Toegang 19, Regest 66
19 Klooster van Sint-Agnes
Inventaris
1. Klooster van Sint-Agnes
1.1. Eigendommen
1.1.2. Onroerende goederen
1.1.2.2. Buiten Dordrecht
1.1.2.2.7. Land van Altena
57
Akte van transport voor schout en heemraden van het ambacht Muilkerk door Scalck Jansz. van Honswijck aan het klooster van Sint-Agnes van een stuk land gelegen in het voornoemde ambacht
Datering:
1556 (afschrift)
NB:
Regestnummer 90
Omvang:
1 stuk
Zie ook
• Toegang 19, Regest 90
En dan inderdaad weer BINGO Cornelis! Want in onderstaande akte vinden we geen Van Muilwijk maar wel Willem Van Honswijk, dit moet wel de vader zijn vna Jan willems Van Honswijk!
66
Dusent vierhondert ende vier ende tachtich opten twee ende twintichsten dach van januario. Willem van Honswijck verklaart zich onderworpen te hebben aan een uitspraak van de prior van Eemstein en van Egghert Florisz. en af te zien van alle rechten op 71/2 morgen land geheten die Mouwe gelegen in Voerensaterwaard tussen het land van Jan die Vette en het land van Jacob Buusz.
Datering:
22 januari 1485
NB:
Inventarisnummer 52, origineel op perkament, uithangende schepenzegels.
Zie ook
• Toegang 19, Inv.nr. 52
laatste wijziging 20-02-2021
Verder zag ik ook nog het volgende staan:
90
Int jaer ons heeren zes ende wijftich den 10sten oktober. Schout en heemraden van het ambacht Muilkerk aan de Dussen verklaren dat Scalck Jansz. van Honswijck heeft overgedragen aan het klooster van Sint-Agnes een halve hoef land gelegen in het voornoemde ambacht halverwege de Dussen in het land van Altena.
Datering:
10 oktober (15)56
NB:
Inventarisnummer 57, afschrift op papier.
Zie ook
• Toegang 19, Inv.nr. 57
Op verder andere spellingvarianten komen geen resultaten meer voor Cornelis!
Nu komt mijn eerste vraag voor jullie heren, in de link spreekt men namelijk over land of buitenpoorters van Dordrecht, nu weet ik bijvoorbeeld dat (als ik me niet vergis althans) dat het gebied van Berlicum en Den Dungen een buitenpoorterij van den Bosch was (volgens mij heette de grote Markt in den Bosch nog tot in de 19e eeuw dungense mert?) maar dat in ieder geval Dussen ene buitenpoortrij van Dordrecht was dat wist nik niet, wie kan mij hier meer over vertellen?
Hieronder de lijst:
Inwoners uit Dussen (Muilkerk en Munsterkerk) ingeschreven als landpoorter van Dordrecht, periode 1521-1527
met toelichting uit Informatie roerende den Verdroncken Waert 1521-1523
Jan Scalxz. (1521-1527) [Van Honswijck, geboren 1488, hij was destijds schout van Dussen Muilkerk]
Op die pagina van de buitenpporterij van Dodrecht te Dussen vind men ook nog een beschrijving van Dussen in de 16 eeuw, en nu word het toch wel erg ingewikkeld:
° Aart Aartszn was richter van Muilkerk en Munsterkerk in 1470 en behoorde tot het geslacht Stael. Zijn zoons [Dirck en Jan] werden ook wel aangeduid als Bruinszoon. Daarnaast behoorde Ariaan van den Eik Aartszn in 1516 tot het college van richter en heemraden in Dussen in Muilkerk. Mogelijk was een van deze twee dezelfde persoon als "Broedere".
Dus kan het wellicht zijn dat de geslachten Stael, Van Honswijk en Van der Eik dan inderdaad ergens een gemeenschappelijke voorouder moeten hebben?
En ia de onderstaande Willem Willemsz wellicht niet een van de vroegste van Honswijks?:
Meester Evert de Veer was in het bezit van de Groote Laer [12 morgen] en de Cleijne Laer [7 morgen] dat altijd land was geweest sedert de inbraak, behalve de Cleijne Laer die aan een kant was afgeslagen maar nu weer aanwast. [zie verklaring nummer 13]
Echter, Juffrouw Lijsbeth, weduwe Willem Willems[zoen], verklaarde in nummer 68 dat haar man 40 jaren geleden [1481] 19-20 morgen land gekocht heeft in de Groote - of Cleijne Laer te Dussen, waar hij echter nooit geen profijt van genoten heeft, ondanks dat het land zo hoog gelegen was dat er haver op gezaaid werd. Door de oorlog tussen Utrecht en Gelre heeft zij het land 11-12 jaren geleden verkocht aan meester Everaert Veer die haar echter nog 12 ponden grooten Vlaams schuldig is, waardoor deze nog geen eigendomsbrieven heeft. Willem Willems[sen] had indertijd het land in Groote - en Cleijne Laer, groot 23 morgen, gekocht van Jan van Galissien. Betreffed perceel was voor 3-4 ponden grooten Vlaams verkocht aan meester Evert de Veer [verklaring 69].
En ook als men artikel strubellingen op de Mouwe leest dan ziet men dat de bewoners van het kasteeltje de Muggenburcht te weten Broeder of Brueder
° [Dirc Bruijnsz. is mogelijk een telg van het geslacht Stael waarvan het vermoeden bestaat dat ze vanwege de Sint Elisabethsvloed van 1421-1424 naar de omgeving van Sliedrecht getrokken zijn om eind vijftiende eeuw weer terug te keren in Dussen.]
° [In de Informatie van 1521-1523 zijn diverse vermeldingen van Aert Adriaenszoen [Stael] bijgenaamd Brueder/Broeder. Hij werd geboren te Sliedrecht ±1441 en verhuisde in 1491 naar Dussen. Hij woonde er in een landhuis (±1500 gebouwd door Claes Pullen), op 't Eland (niet te verwarren met tEeland aan de Sluis) alias Hooge Wei/Hoechlant, op de kant van het water, genoemd Muggenburcht met ten zuiden er van 't kerkhof van Munsterkerk. Ook de in 1523 als schout van Dussen Munsterkerck geinterviewde Dirick Adriaenszoen is vermoedelijk een Stael. In dezelfde bron worden ook Jan Aertszoen (alias Jan Bruijnsen) en Pieter Aertszoen, geboren 1488 in Sliedrecht, als kinderen van Brueder/Broeder genoemd. Mogelijk was zoon Pieter Aertszoen de schout van Muilkerk in 1569.]
Volgens mij was onderstaande akte al in de jouw aangevoerde link ter sprake gekomen Cornelis:
51 Akte waarbij door het stadsbestuur van Dordrecht aan Willem van Hontswijck bevestigd wordt dat een stuk land gelegen aan de Dussen is toegewezen aan het klooster van Sint-Agnes, 1484
Maar dan gaat het verder:
26 augustus (14)84
Opten XXVIten dach in augusto anno vier ende tachtentich. Het stadsbestuur van Dordrecht bevestigt aan Willem van Hontswijck an die Giessen, Claes Heijnrixz. en Jan Jacopsz. dat de 7 [1/]2 morgen land geheten die Mouwe gelegen aan de Dussen in het verleden zijn toegewezen aan het klooster van Sint-Agnes en dat zij zich hierbij dienen neer te leggen of dat zij naar Dordrecht kunnen komen om hun optreden te verklaren.
details...
52 Onderhandse akte waarbij door Willem van Honswijck verklaard wordt dat hij afziet van alle rechten op een stuk land gelegen in Voerensaterwaard, 1485
details...
22 januari 1485
Dusent vierhondert ende vier ende tachtich opten twee ende twintichsten dach van januario. Willem van Honswijck verklaart zich onderworpen te hebben aan een uitspraak van de prior van Eemstein en van Egghert Florisz. en af te zien van alle rechten op 71/2 morgen land geheten die Mouwe gelegen in Voerensaterwaard tussen het land van Jan die Vette en het land van Jacob Buusz.
details...
57 Akte van transport voor schout en heemraden van het ambacht Muilkerk door Scalck Jansz. van Honswijck aan het klooster van Sint-Agnes van een stuk land gelegen in het voornoemde ambacht, 1556 (afschrift)
details...
10 oktober (15)56
Int jaer ons heeren zes ende wijftich den 10sten oktober. Schout en heemraden van het ambacht Muilkerk aan de Dussen verklaren dat Scalck Jansz. van Honswijck heeft overgedragen aan het klooster van Sint-Agnes een halve hoef land gelegen in het voornoemde ambacht halverwege de Dussen in het land van Altena.
details...
57 Akte van transport voor schout en heemraden van het ambacht Muilkerk door Scalck Jansz. van Honswijck aan het klooster van Sint-Agnes van een stuk land gelegen in het voornoemde ambacht, 1556 (afschrift)
details...
10 oktober (15)56
Int jaer ons heeren zes ende wijftich den 10sten oktober. Schout en heemraden van het ambacht Muilkerk aan de Dussen verklaren dat Scalck Jansz. van Honswijck heeft overgedragen aan het klooster van Sint-Agnes een halve hoef land gelegen in het voornoemde ambacht halverwege de Dussen in het land van Altena.
details...
En hieronder ziet men denk ik de orginele bron van al die genealogie websites die wij hier hebben gedeeld Cornelis:
Van Honsewijck
Van Honsewijck, een bestuurdersgeslacht in Dussen
De geslachtsnaam Van Honsewijck, Honsewijk, Honswijk is waarschijnlijk een zogenaamde herkomstnaam. In het Land van Altena, onder Woudrichem, lag in de middeleeuwen het woonoord Honswijk, eeuwen lang een welvarende nederzetting van de abdij van Berne. Lees wat hierover geschreven is op de website Honswijk, een verdwenen woonoord. Ook in de Historische Reeks van het Land van Heusden en Altena heeft B.W. Braams een tweetal artikelen over Honswijk gepubliceerd. Daarnaast is er nog een Honswijk in Utrecht dat vooral bekendheid geniet vanwege Fort Honswijk, het eerste en grootste torenfort in de Nieuwe Hollandse Waterlinie, gebouwd tussen 1841 en 1848.
De geslachtsnaam komt thans nog maar sporadisch voor. Op de website
www.familienaam.nl, welke is samengesteld aan de hand van de telefoonabonnees uit 1993, komt de naam Van Honsewijk slechts drie keer voor en alleen in Dussen. De andere varianten van de geslachtsnaam leveren geen resultaat op. In het Nederlands Repertorium van Familienamen dat een overzicht geeft van namen en aantal naamdragers van de volkstelling van 1947 en namen in 2007 geregistreerd bij de Gemeentelijke Basisadministratie, komt de naam 12 respectievelijk 11 keer voor. In 1947 uitsluitend rondom Amsterdam, in 2007 daarnaast ook met enkele vermeldingen in en rond de Noord-Oost polder.
Toch is de geslachtsnaam al vrij oud. In 1409 beleent Willem van Holland de heerlijkheid Giessen Oudekerk aan Wisschaert van Hontswijck, zijn stalmeester. In 1429 is in het Utrechtse Jutfaes sprake van joncfrou Hildegont Dircxdochter van Honswijck. En in 1453 wordt Godevaart van Honswijck als schepen van Woudrichem genoemd.
Onder Dussen vinden we de oudste vermelding in 1474. Toen werd Jan van Honswijk beleend met een hofstede met land in Muilkerk, strekkende noordwaarts tussen de oude straat (!!) en de wetering. En in 1484 bevestigt het stadsbestuur van Dordrecht aan Willem van Hontswijck an die Giessen dat 7 1/2 morgen land geheten die Mouwe gelegen aan de Dusse in het verleden zijn toegewezen aan het klooster van Sint-Agnes en dat hij zich hierbij dient neer te leggen of anders naar Dordrecht kan komen om zijn optreden te verklaren. In 1493 vervolgens, wordt Aleid of Aaltje, een dochter van Dirk van Honswijk, beleent met 14 hont land in het land van Altena op den Hil in Babiloniënbroek, strekkend van de oude weg tot Adriaan van de Wetering. Deze Aleid was een nicht van Willem van Hontswijck van wie we eerder al constateerden dat hij in 1484 vergeefs aanspraak maakte op een deel van die Mouwe in de Vorensaterwaard.
Werd deze Willem van Hontswijck in officiële stukken nog aangeduid als van "an die Giessen", mogelijk als gevolg van de Sint Elisabethsvloed, in de familiepapieren van de ambachtsheer van Dussen Muilkerk, Jhr. W.E.J. Berg te Baarn, is een gedrukt fragment aanwezig waaruit blijkt dat in 1514 zijn zoon Jan Willemszoon (let op het patroniem) van Honswijck (gehuwd met Maria Schalk, dochter van Godschalk van der Eyk) als schepen te Dussen fungeerde. Hij bleek omstreeks 1480 te Dussen geboren, als telg van een geslacht dat reeds meer dan vier eeuwen in Dussen werd aangetroffen. Schalk Janszn van Honswijk, vermoedelijk zijn zoon, verklaarde in 1556 voor schout en heemraden van het ambacht Muilkerk dat hij aan het klooster van Sint-Agnes een halve hoef land had overgedragen gelegen in het voornoemde ambacht halverwege de Dussen in het land van Altena.
In de "Informacie up den staet faculteyt ende gelegentheyt van de steden ende dorpen van Hollant ende Vrieslant" van januari 1514, worden door Jan Willemszoon van Honswijck, oud 35 jaren, en zijn collega-schepen van Dussen, Adriaen Aertszoon van der Eycke, verklaringen afgelegd ten behoeve van het vaststellen van de grafelijke heffing voor Monsterkerck en Muylkerck.
Zijn lidmaatschap van de schepenbank van Muilkerk wordt nog maar eens bevestigd door een oorkonde uit 1516. Hiervan werd een authentieke kopie aangetroffen in het archief van de Kloosters Mariënkroon en Mariëndonk in Heusden (bron BHIC), gemaakt door notaris Rembout Ketelaar waarin als Richter en de gebruikelijke 7 heemraden in Dussen in Muilkerk worden genoemd: Ariaan Corneliszn - Klaas van Camp Corneliszn - Willem Scalkenzn - Jan van Honswijk Willemszn - Ariaan van den Eik Aartszn - Aart Janszn - Rolof Euwoutszn - Michael Janszn.
Ook in de geschriften van de onderzoekscommissie naar de buitendijkse aanwassen (Zuid-Hollandse polder) wordt op 5 mei 1523 Jan van Honswijck genoemd die 11½ schaer (den mergen, twee schaer) land in gebruik heeft
In de leenregisters bijgehouden door diverse Hofsteden van hun bezittingen onder Dussen, werden in de zestiende - en zeventiende eeuw nogal wat Van Honsewijks vernoemd. Hieruit blijkt dat ze behalve hun eerder genoemde bezittingen in Muilkerk en den Hill ook nog beleend waren met percelen in de Bruinenhoeve in Muilkerk, maar ook buitendijks.
In 1640 werd de toen 80-jarige Cornelis Joosten (van Honswijk) vernoemd, gehuwd met Elisabeth Cornelis Schalken. Uit dit huwelijk sproten in ieder geval vier kinderen: Joost Corneliszn van Honswijk (overleden in 1649), Cornelis Corneliszoon van Honswijk, geboren in 1622, Anton Corneliszoon van Honswijk, vernoemd in 1645 en Jan Corneliszoon van Honswijk, overleden in 1648.
Anton Corneliszoon had tenminste twee zoons: Cornelis Antonsz van Honswijk geboren in 1602 en Anton Antonszn van Honswijk, geboren 1621 en gehuwd met Agatha Willemsd.
Het geslacht zette zich verder voort via nazaten uit het huwelijk van Jan Willemszn van Honswijk met Maria Schalk en via Cornelis van Honsewijk. Hiertoe behoorden bijvoorbeeld de schepen van Muilkerk, Jan Cornelis van Honswijck, in 1634, en Cornelis van Honswijck, in 1675, en later, in 1800, Hendrick van Honswijck. Als collecteur der verpondingen werden vernoemd: 1733 Jan van Honsewijck en 1761 Hendrik van Honsewijck.
In de RK-DTB-registers van Dussen dateert de oudste vermelding van laat-zeventiende eeuw. Antonius Teunisse van Honswijck, gehuwd met Mariae Jans Tonien, diens broer Jan Tonisse van Honswijck, gehuwd met Johanna Hendrika Kivits en hun beider zusters Aechtje Teunis van Honswijck, gehuwd met Gerrit Aarts Lensvelt en Agatha Anthonisse van Honswijck, gehuwd met Cornelis van Dinteren. Dit waren dus allen kinderen van een zekere Antonius van Honswijck.
Er is op dat moment echter nog een tweede geslachtslijn in Dussen aanwezig. Dat leiden we af uit de huwelijken van Cornelia Cornelisse van Honswijck (in 1680), Margaretha Cornelisse van Honswijck (in 1680) en Joanna Cornelisse van Honswijck (in 1688). Over de afkomst van Franciska van Honswijck en Elisabetha van Honswijck, die beiden in 1690 in het huwelijk treden, tasten we nog even in het duister. Er is dus ook sprake van een zekere Cornelis van Honswijck, waarvan sterke aanwijzingen bestaan dat hij een broer was van eerdergenoemde Antonius en die waarschijnlijk in 1705 kwam te overlijden. Misschien was hij ook degene die in 1675 als schepen van Dussen Muilkerk wordt genoemd. Het vermoeden bestaat dat de vader van Antonius en Cornelis van Honswijk Jan Cornelisse van Honswijck was, in 1634 schepen van Dussen Muilkerk.
Omdat van Cornelis alleen kinderen van het vrouwelijk geslacht bekend zijn werd de familienaam Van Honswijck in Dussen voortgezet via Antonius en wel door zijn zonen Anthonius Teunisse maar met name door zijn zoon Jan Tonisse van Honswijck. Jan trouwde in 1699 met Hendrika Kivits en bekleedde in 1733 ook een functie als Collecteur der Verponding. Uit zijn huwelijk met Hendrika werden tal van nakomelingen verwekt maar het was met name Henricus, de tweede zoon, die z'n stempel zou drukken op het vervolg van de stamlijn in Dussen. Henricus of Hendrik van Honsewijk volgde in 1761 zijn vader op als Collecteur der Verponding. Ruim daarvoor, in 1738, trouwde hij met Dirske Janse Baas en uit dit huwelijk werden onder meer Johannes (1743) en Henricus (1747) geboren. Laatstgenoemde trad in 1774 in het huwelijk met Mijna Teunisse Lensvelt en uit dit huwelijk werd in 1776 een zekere Antonius verwekt. In 1800 wordt Hendrick Hendrikse genoemd als schepen van Muilkerk, daarmee de regententraditie voortzettend. Nadat Mijna was overleden hertrouwde Hendrick met Kuijntje Schalcke die hem onder andere een zoon schonk, Theodorus, geboren in 1791.
Ten tijde van de eerste kadastrale opmetingen in Dussen (voltooid in 1832) - Hendrick Hendrikse was ondertussen (1827) overleden - bezat weduwe Kuijntje en haar kinderen een kleine boerderij aan de dijk bij de Peerenboom, halverwege de Peerenboomsche Sluis en de Straatweg met omringend land in het Langewerf. Meer waarschijnlijk woonde ze echter aan de Kornsedijk, halverwege de aansluiting met Den Hoek en de Kornse Sluis in het pand waar later de leerlooierij van Gerrit Verhoeven en klompenmakerij van Van Gennip in gevestigd werden, alwaar men in het achterliggende Zuidenveld ter hoogte van het natuurreservaat ook land in eigendom had. Daarnaast beschikte men over percelen land in de Zuid-Hollandse polder. Op perceel E-214 zou in 1880 de Berkenhoeve verrijzen.
De oudste zoon van Hendrik van Honswijk, Antonius van Honswijk uit zijn eerste huwelijk met Mijna Lenvelt, trouwde in 1816 met Cornelia Vermeulen uit Teteringen. Twee van hun zoons, die beiden voor priester studeerden aan het seminarie (2de Afd.) te Sint Michielsgestel, kwamen kort na elkaar te overlijden. Vermoedelijk woonden ze omstreeks 1820-1830 aan de Buitendijk in Hank, tussen de Straatweg en Kerkstraat die toen nog Nieuwe Steeg heette, en hadden ze ook wat land aan de Oude Straat. Hoe dan ook, deze Antonius (1776-1846) vormde in ieder geval via zijn zoon Henricus Antonius van Honsewijk de stamlijn van onder andere Toon van Honsewijk (1859-1925, de Oude) en diens zoon Toon van Honsewijk (de Jonge); deze Henricus Antonius was blijkens het gemeenteverslag in 1851 wethouder van Dussen.In 1853 werd een vonnis uitgesproken tegen hem wegens Wederspannigheid (tegen personen bekleed met overheidsgezag) (Bron:BHIC). Ondernemend was Antonius ook. Hij nam in 1822 van zijn (stief)broers en -zussen hun erfdeel van een perceel in de Zuid-Hollandse Polder over. En hij was ook degene die in 1838 de hoeve aan de stoep bij de Oude Straat kocht.
Zijn halfbroer Theodorus van Honsewijk huwde in 1837 Margarita van Dinter, dochter van Adriaan Willemse van Dintere en Elisabeth Kievits (tweede boerderij tegenover Drie Hûskes), eveneens telg van een vooraanstaand geslacht in Dussen. Hun zoon was Adriaan H. van Honsewijk, meer bekent als de burgemeester van de slothoeve. Maar daarmee zijn we aanbeland in de tijd dat de Van Honsewijks zich noch nadrukkelijker met het bestuur van Dussen zouden gaan bemoeien.
Het geslacht Van Honsewijk begon namelijk in de negentiende eeuw steeds meer een vooraanstaande rol te vervullen binnen de bestuurlijke kringen van Dussen. In 1829 met F. van Honsewijk als kerkmeester, maar vooral met Theodorus van Honsewijk, in 1854, als wethouder tevens loco-secretaris en armmeester, in 1860 eveneens gemeenteontvanger en in 1863 bij de oprichting vice-president van de Vincentius-vereniging, later president. Reinier Cornelis van Honsewijk werd in 1873 penningmeester van Vincentius en is in 1881 gemeenteraadslid.
De zoon van Theodorus de wethouder, Adriaan H. van Honsewijk (1839-1926), begon z'n bestuurlijke loopbaan als kerkmeester, werd later secretaris-penningmeester van het rooms-katholieke kerkbestuur en het gasthuisfonds, wat hij combineerde (in 1874) met de functie van gemeente-ontvanger. Omdat door het overlijden van zijn schoonvader (burgermeester J.H. Sprangers), in 1880, een zetel in de gemeenteraad vacant kwam, werden verkiezingen gehouden waarbij Adriaan van negentig procent van de opgekomen kiesgerechtigden het vertrouwen kreeg. Het wethouderschap werd eveneens zijn deel. Het burgemeesterschap ging in eerste instantie nog over op J.H. Stael, maar in 1894 kreeg Adriaan de ambtsketen omgehangen. Hij was geruime tijd (1894-1915) burgemeester met daarnaast nog tal van nevenfuncties waaronder president van de Vincentiusvereniging, later erepresident, bij de oprichting in 1869 voorzitter van schuttersvereniging De Batavieren, directeur van de Liedertafel, beschermheer van Fanfare Wilhelmina en erevoorzitter van de rooms-katholieke mannenvereniging Ons Belang. Daarnaast fungeerde hij in 1890, 1904 en 1912 tevens als wethouder en werd hij na zijn verhuizing naar Dussen Binnen in 1891 brandmeester van Wijk A als opvolger van Zegerinus Hagoort.
Of hij zijn burgemeestersbenoeming te danken had aan zijn bestuurlijke kwaliteiten, dan wel dat hij een dochter van voormalig burgemeester J.H. Sprangers tot bruid verkozen had, laten we in het midden. Hij had als bestuurder in ieder geval met een aantal precaire zaken van doen, met name door het graven van de Bergse Maas. De periodieke bevloeiing van het land viel weg, waardoor het minder vruchtbaar werd, wat weer consequenties had voor de locale boeren. De Dussensche Gantel werd afgesloten met desastreuze gevolgen voor de drinkwatervoorziening in het dorp, wat leidde tot meerdere tyfusuitbraken. De havenfunctie van de Sluis ging verloren, waardoor het plaatselijke schippersgilde en de locale middenstand getroffen werd. Maar hij kreeg ook te maken met de gemeentegrenscorrectie van 1909 - ook vanwege de Bergse Maas - waardoor de papierfabriek aan het Keizersveer onder Dussens bestuur kwam, wat door de directie argwanend bekeken werd omdat men de burgemeester van Dussen wel kennis toedichtte van het landbouwbedrijf, maar dat hij minder kaas gegeten zou hebben van industriële nijverheid. Met het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog werd hij ook nog eens geconfronteerd met de noodzakelijke opvang van een grote groep Belgische vluchtelingen.
Adriaan's flamboyante zoon Johannes Hendrikus (meneer Johan) had minder bestuurlijke aspiraties; hij zag meer in het bedrijfsleven en stichtte de Graan- en brandstoffenhandel Boerenbelang aan de Molenkade. In zijn vrije tijd toerde hij op z'n vervaarlijk uitziende motorfiets door het Altenase land.
Daarentegen was Adriaan's achterneef, de "oude" Toon van Honsewijk, kleinzoon van Theodoor's halfbroer Antonius, 34 jaar lang (1890-1924) wethouder, terwijl diens zwager Leentje de Bodt bijna een mensenlevenlang als secretaris-penningmeester functioneerde van het kerkbestuur en R.K. Gasthuisfonds.
De oudste broer van (de Oude) Toon van Honsewijk, Renier Cornelis van Honsewijk (1851-1923), roepnaam Nierus, trouwde in 1880 met Anna van Dongen uit Klundert. Het gelukkige paar betrok na de wittebroodsweken de gloednieuwe Berkenhoeve midden in het wijdse polderland. Nierus genoot op latere leeftijd een groot aanzien in Dussen en werd algemeen beschouwd als een wijs man, waar men terecht kon voor goede raad. Hij werd in 1873 penningmeester van de Vincentius Vereniging en was in 1881 gemeenteraadslid.
Na zijn overlijden, in 1923, kwam de Berkenhoeve in bezit van Henricus A.B. van Honsewijk en zijn vrouw Johanna A. Stevens maar omdat dit echtpaar kinderloos bleef, uiteindelijk in handen van Adriana Stevens, gehuwd met Marinus Bullens.
Maar ook inzet voor "geloofsneutrale" belangenverenigingen werd door de Van Honsewijks niet geschuwd, hetgeen blijkt uit het voorzitterschap van eerdergenoemde Nierus van Honsewijk, in 1906, van de Geitenfokvereniging. En tenslotte met de "jonge" Toon van Honsewijk - zoon van de "oude" Toon van Honsewijk - die zich verdienstelijk maakte als kerkbestuurder, vanaf 1930 zelfs als voorzitter, armmeester en eveneens vanaf 1930 als president van Vincentius waar hij uiteindelijk toch zijn vader opvolgde die zeven jaar eerder zijn functie als werkend lid had neergelegd.
Toon "de Jonge" was ook degene die pastoor Janssens de Horion rondreed in zijn karos tot dat de pastoor zich de luxe van een moderne automobiel permitteerde. Hij was ná de Tweede Wereldoorlog zelfs nog tijdelijk gastheer voor de rooms-katholieke kerkgangers door zijn schuur bij Boerderij De Stoep als noodkerk open te stellen. Daar zijn aardige verhalen over bekend, net als over Toon van Honsewijk zelf trouwens.
Bronnen
Van Honsewijk, familiegeschiedenis van een bestuurdersgeslacht in Dussen (1465-2011), 2012, Ton Lensvelt
Historische Reeks LvHeA, deel 13 - 2004, De nederzetting Honswijk, p. 19-22, Dr. Ir. B.W. Braams
Historische Reeks LvHeA, deel 14 - 2005, Nogmaals de wijknederzettingen bij Woudrichem, p. 37-55, Dr. Ir. B.W. Braams
Genealogische bronnen ISIS en Genlias
Kadastergegevens, kaarten en OAT, van gemeente Dussen in 1832
DTB/BS Dussen in Streekarchief Heusden
Repertorium RK DTB Dussen door A.C.M. Gouverneur, Waalwijk 1983
Informacie up den staet faculteyt ende gelegentheyt van de steden ende dorpen van Hollant ende Vrieslant van januari 1514, R. Fruin, Leiden 1866
Nijt dan water ende wolcken, Valentine Wikaart, 2009
Alleen ondanks alle overvloed aan vermeldingen nog geen enkele vermelding van Pleuntje Maartensz Van Honswijk, hoek kan dat?
Met vriendelijke groet,
Jermaine Van der Meer