Werkverschaffing ??

Als het hier gaat om Meinardus Winder?, dan verbleef hij in het Sint-Luciagesticht.
In het bevolkingsregister Princenhage kwam hij ook voor, echter zonder beroep. Van werkverschaffing is mij niets bekend.
Zie: -digitale stamboom Breda-.
Mvg, Norah

Hallo Norah,
Zeer bedankt voor de snelle reactie.
Het gaat inderdaad om Meinardus. Mijn tweede naam ook.
Ik heb zojuist gezocht op Sint-Lucia gesticht: verzorging van bejaarden en zieken.
Zou hij TBC hebben gehad? Was het ook een sanatorium?
Of iets niet goed in de bovenkamer?
Zo'n gesticht hebben we in de buurt: Heiloo (Willibrordus).
Waarom dan zover wegsturen?
Mijn vader wist niets over het bestaan van zijn oom. Misschien schaamte?
Is er achter te komen of hij ook begraven is in Princenhage?
Begraven in Limmen zou toch wel opvallen.

vriendelijke groet, Jan

Meinardus behoorde wel tot het "dienstbodenregister".

mm, zijn zuster was dienstbode in Alkmaar.

gezinskaart gevonden: 10 juni 1921 vertrokken naar Princenhage.(beroep: zonder).
Misschien dacht hij daar werk te vinden, werd ziek en stierf.
St.Lucia-gesticht wellicht een 'gewoon' ziekenhuis?

13 maart 1922 overleed Meinard, slechts 9 maanden na zijn vertrek uit Noord-Holland.
Je gaat dan toch denken, zeker vanwege zijn zo jonge leeftijd, dat hij ernstig ziek geworden is, toch t.b.?
Deze inrichting behoorde tot de kloosterorde der zusters Franciscanessen. Met -dienstbodenregister- bedoelde men gewoon het huishoudelijk personeel, dus ook koks, huishoudsters, knechten enz., dit terzijde.
Je kunt eens een mailtje wagen aan het -Stadsarchief Breda-, hoe de situatie was in de jaren twintig in de vorige eeuw in dit specifiek gesticht(vreselijk woord)? En zelf kun je via -digitale stamboom Breda- ook gewoon dit register lezen(scan). Even zijn naam invoeren Winder M*, daarna aanklikken.
Begraven waarschijnlijk in Princenhage zelf, misschien wel op een eigen kerkhof van deze orde.
Mvg, Norah

Hi Norah,

Bedankt voor de info.
Ik heb de scan gevonden.
Ik vind het vreemd dat zijn twee broers en zuster nooit gesproken hebben over hem.
Maar vroeger praatten ze nooit zoveel over deze zaken, heb ik van ouderen begrepen.
Zijn andere zus stierf in 1920, en mijn vader kende die ook niet.

vriendelijke groet,

Jan

Bij ons thuis "wist" men ook niet altijd alles...
Je kunt ook nog deze orde aanschrijven, even googlen op Sint Luciagesticht Princenhage. Die moeten toch ook iets in hun annalen hebben staan wat deze tijd betreft.
Mvg, Norah

Ik ga ze mailen.
Ik heb ook begraafplaats in Limmen gemaild.
Weet jij of begraafplaatsen een archief bijhouden van geruimde graven?

Volgens mij viel dit onder de desbetreffende gemeente.

Jan,
Plaatsing volgens de Wet op de werkverschaffing buiten de oorspronkelijke gemeente leverde op dat zij in de oorspronkelijke gemeente als inwoner bleven ingeschreven.

Pas wanneer een persoon zich vestigde in de gemeente waar de werkverschaffingen plaats vonden, werden zij dáár ingeschreven.

Permanente opname in een gesticht stond wel gelijk aan een "verhuizing".

Als het ging om TBC dan was hij patiënt en werd als tijdelijk verblijvende opgenomen.

Stond hij in het dienstboderegister dan was hij aldaar te werk gesteld.
Dat kwam vaak voor:
Mensen die in hun omgeving niet meekonden, (omdat zij niet helemaal 100% waren) werden vaker in een inrichting te werk gesteld om, onder begeleiding, toch dagelijks werk te kunnen verrichten.
Zoals Norah al aan gaf: "in de keukens, tuin of boerderij" (huishoudelijk personeel)

Dat is nog steeds zo! Maar nu heet dat anders.

Denk aan Zorgboerderijen, PEL-projecten en alleenstaande dakloos geworden mensen die niet als zwervers op straat leven maar een plekje vinden bij een instelling waar zij kunnen functioneren als volwaardige burgers op hun niveau.

Volwassen minder-begaafden, na overlijden van hun ouder bijvoorbeeld.

Het is dus zaak er achter te komen:
Was hij "patiënt"?, of personeel?

Het soort inrichting doet er niet toe.

Ook in de sanatoria voor TBC-patiënten werkte zulke mensen zonder dat zij die vreselijke ziekte hadden.

Na zijn overlijden is er een Memo van Successie opgemaakt. Daarin kan men lezen of hij nog familie had, wie zijn erfgenamen waren en wie mogelijk voogdij over hem had.

Misschien helpt u dit?
Succes

Hallo Theo,

Bedankt voor je antwoord.
Zijn vader is overleden in augustus 1920. Zijn moeder was al in 1911 overleden.
Zijn vrijgezelle zus is in november 1920 overleden.
De jongste zus van 12 ging bij oom en tante in Alkmaar wonen.
Wellicht dat hij niet alleen kon blijven wonen.
Op de gezinskaart wordt verhuizing naar Princenhage aangegeven. Dus permanent. Dus niet TBC, maar misschien toch een opname.
Hoe kom ik aan een Memo van Sucessie?
Als je werkt in een inrichting, staat er dan na je dood bij beroep: zonder?
Broers en zus zullen wel niet praten over broer die niet helemaal 100% was.
Stukje bij beetje wordt het steeds duidelijker :-)
groet, Jan

Beste Jan,
de memories van successie van het kantoor Breda (waar Princenhage toe behoorde) zijn in te zien in de studiezaal van het BHIC in 's-Hertogenbosch t/m 1927. Ook zijn er van de periode ná 1902 alfabetische tafels van overleden personen beschikbaar. Er is echter wél een beperking bij de memories van successie; de overledene moest wel beschikken over voldoende geld of goederen om belasting over te heffen. Met andere woorden; niet van iedereen is een memorie van successie opgemaakt.
Met vriendelijke groeten,

Successie:
Princenhage was een relatief kleine gemeenschap dus denk ik dat de Memo's van Successie elders zijn opgemaakt.
Dat kan de Kantonstad zijn. (Belastingkantoor) Waarschijnlijk "BREDA".

Het kan zijn dat BHIC als provinciaal archief die memo's ook heeft op fiches.
Maar dat weet ik niet.
Misschien leest iemand van het webteam mee en wil even nazien waar de memo's 'Princenhage' berusten.

Het lijkt dus dat betrokkene als (volwassen) wees, niet voor zichzelf kon zorgen.
Te oud voor een regulier 'weeshuis' zal hij dan in Princenhage permanent zijn opgenomen en aldaar passende werkzaamheden hebben verricht.
Met werkverschaffing heeft dat niets van doen.
Alternatief zou kunnen zijn: maar dat zie je aan de aard van de instelling, dat hij 'patiënt' was in een tehuis voor minder begaafden.
Let op wie hem daar plaatste!
Zijn grootouders, ooms of tantes, maar dat kan ook een kantonrechter geweest zijn die hem onmondig heeft verklaard.
In dat geval heeft de Rechter ook een voogd benoemd.

Laatste onwaarschijnlijke alternatief:
Betrokkene heeft een strafbaar feit begaan en werd niet strafrechtelijk vervolgd i.v.m. zijn toestand.
In plaats daarvan plaatste Justitie hem in Princenhage.

Allemaal mogelijkheden in het begin van de 20e eeuw.
In Noord-Brabant was het voorbeeld: Huize Voorburg te Vught, In Oost- Huize Padua te Boekel en in Limburg, Venray.
Daar woonden ook mensen van het soort waarnaar u onderzoek doet.

Mariet, Theo,bedankt voor de uitgebreide info.
Ik heb nu weer wat aanknopingspunten waar ik verder mee kan gaan.
Hadden we maar een tijdmachine, dan ging ik even kijken.

groet, Jan