Een stevig fundament als grondslag. Met deze zinspreuk onderschrijft Milo Ondersteijn zijn abtswapen. Ondersteijn is vastberaden als hij op 21 oktober 1942 zijn abtswijding in Heeswijk ontvangt. Zijn zinspreuk is een zinspeling op zijn familienaam, maar verwijst ook naar de taak die hij op zich neemt. De taak om Nederlands grootste abdijgemeenschap te leiden.
Klappen van de zweep
“Het Hoogwaardig Heer” blijkt een eenvoudig en altijd opgewekte verschijning te zijn in Heeswijk. Als student aan het gymnasium van Heeswijk en het Gregoriana in Rome, als kapelaan in Erp of pastoor van Berlicum; Ondersteyn kent het klappen van de zweep en staat met zijn voeten in de klei. Als prior heeft Ondersteijn al veel betekend voor de abdij: uitbreiding van het missiewerk in Nederlands-Indië en verbouwing en vergroting van de abdijgebouwen.
Op allerlei fronten probeert hij een steentje bij te dragen. Een hechte steun en vaste grondslag zijn voor de Norbertijnenabdij, dat is het persoonlijke doel van Ondersteyn. Hij ziet de abdij als “hoeksteen waar zijn onderdanen als levende stenen opgebouwd en ingebouwd worden om zo één tempel te vormen”. Volgens Ondersteijn is de spiritualiteit van de Norbertijnen geen andere dan de spiritualiteit van de kerk. De kerk kan alleen maar tot ontplooiing komen als heel de kerkgemeenschap actief wordt ingeschakeld en als initiatieven van onderaf worden ondersteund. Actief inschakelen van het kerkvolk gebeurt door vorming en scholing. Om deelname aan de liturgie, de viering, te bevorderen worden volksmissalen uitgegeven. In deze boekjes wordt de Latijnse kerkdienst vertaald en voorzien van uitleg.
Volksmissalen
Ondersteijn laat in de abdij een ‘Liturgisch Bureau’ oprichten. De Liturgische activiteiten beleven daardoor hun hoogtijdagen. Als de abt in 1959 komt te overlijden, is Heeswijk een begrip in katholiek Nederland. Een nalatenschap van Ondersteijn. Zijn liturgische activiteit in de vorm van volksmissalen. De actieve inschakeling van de kerkgemeenschap. Ze doen onwillekeurig denken aan de laatste ontwikkelingen in het Bossche bisdom. Aan bisschop de Korte die spreekt over “Samen bouwen aan vertrouwen”, het cultiveren van het volksgeloof of de knip trekken voor een kerkbijdrage. Alleen de tijden zijn veranderd. Wat zou Ondersteijn zeggen? In fundamentis lapidem. Ook voor de toekomst is immers een stevig fundament nodig.
Dit verhaal verscheen eerder in Brabants Dagblad
