skip naar content skip naar hoofdnavigatie spring naar service navigatie
sluit
Hulp nodig?

Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.

Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)

Meer informatie over de chat-service? Klik hier

Online op dit moment

Stel je vraag

Mariët Bruggeman
Mariët Bruggeman Bhic
Menu
sluit
Hulp nodig?

Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.

Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)

Meer informatie over de chat-service? Klik hier

Online op dit moment

Stel je vraag

Mariët Bruggeman
Mariët Bruggeman Bhic

Javier

Riny Boeijen
vertelde op 19 januari 2009
bijgewerkt op 18 november 2013
Met dit verhaal heeft Riny Boeijen uit Rosmalen de Gouden Pennenvrucht 2008 gewonnen, de hoofdprijs van de Top 2000 verhalenwedstrijd, georganiseerd door Radio 2/De Top 2000, in samenwerking met het Nationaal Archief en de KRO. Met toestemming van de auteur mogen we het hier direct onder de aandacht van de Berghemnaren brengen.

Foto: http://goudmijn.kro.nl/Mijn slaapkamer was boven het dorpscafé van mijn vader, de jukebox stond als het ware onder mijn bed. Als ik op mijn kamer lag, kon ik aan de muziek afleiden wie er in het café zat. Hoorde ik In dreams van Roy Orbison, dan wist ik dat Zwarte Gerrit achter zijn biertje zat mee te neuriën. En bij Junge komm bald wieder van Freddy Quin zong Dikke Herman de tweede stem.

Eén muzikale voorkeur vond ik heel bijzonder. Hij was van Javier, een Spaanse gastarbeider. Javier woonde sinds enkele maanden samen met veertig landgenoten in het naburige dorp Haren. Ze werkten bij vleeswarenfabriek Zwanenberg in Oss. ‘s Morgens kwamen ze op weg naar hun werk op de fiets in een lange sliert voorbij. Niemand zei iets, ieder had zijn ogen gericht op zijn voorganger. Sommigen zaten redelijk ontspannen, aan anderen kon je zien dat ze het fietsen nog maar net onder de knie hadden.

Berghem, café De Witte. Foto: Riny BoeijenOp een ochtend riep mijn vader me: ‘Kom naar beneden. Er staat hier een Spanjool met een lekke band. Ga helpen.’ Het was begin jaren zestig. Niet iedereen was even blij met de komst van de gastarbeiders. Sommigen vonden het maar vreemde lui. Mijn vader niet. Hij had tijdens de oorlog in werkkampen gezeten en daar volgens zijn zeggen geleerd dat ‘elk mens van vlees en bloed is’.

De Spanjaard had gitzwart haar en donkere ogen. Hij keek wanhopig en maande zijn collega’s in driftig woord en gebaar om door te fietsen. Ik liep schoorvoetend met het reparatiedoosje in de hand zijn richting op. ‘Nou een beetje sneller, hij bijt niet,’ hoorde ik mijn vader achter me. De man lachte zijn tanden bloot en begon te praten in een taal die ik niet sprak. Wat moest ik zeggen? Ik zat in de eerste klas Mulo. Misschien in het Frans? Maar ja, wat moet je met ‘Papa fumes une pipe’? Toch lukte het wonderwel om met gebaren en een enkel woord elkaar te begrijpen en kon hij even later met een glimlach en ‘gracias, gracias’ weer op weg. ‘Kom eens een pilsje drinken’, riep mijn vader hem na en gebaarde met zijn hand wat hij bedoelde.

Die week ging op een avond de cafédeur open en kwam de Spanjaard schuchter binnen. ‘Ah, onze Spanjool,’ klonk de begroeting van mijn vader. Hij schudde mijn vaders hand en de mijne en gaf aan een pen te willen. Op de achterkant van een bierviltje schreef hij ‘Javier’, zijn naam en vroeg ons hetzelfde te doen. Mijn vader las het viltje en zette een pilsje neer; ‘Een bier voor Javier. Dat rijmt.’

Charles Aznavour, eind jaren '50We stonden onwennig bij elkaar. Tot ik Javier op de jukebox wees. Ik gooide er een kwartje in en koos H9; Maria no mas - Cliff Richard. Een lied in zijn eigen taal. Javier keek vol verwondering, alsof hij nog nooit zoiets gezien had. Hij haalde een kwartje uit zijn zak en vroeg me opnieuw een plaatje te kiezen. De weken daarna kwam hij in de weekenden een biertje drinken en een plaatje draaien.

Op een zaterdag had hij een tasje bij zich en haalde er een foto uit. Er stond een streng kijkende, oudere vrouw op. ‘Mama’, zei Javier en drukte de foto op zijn hart. Hij keek er bedroefd bij. Even was het stil. Ik pakte zijn arm en nam hem mee naar de jukebox. Ik gooide er een kwartje in en koos A6; Charles Aznavour - La mamma. Even later klonk de stem van Aznavour door het café en luisterden we naar woorden die we beiden niet verstonden, maar waarvan we wisten over wie het ging. Javier leek ontroerd en even weg naar verre oorden.

Enkele jaren later verdween hij uit mijn leven. Maar elke keer als ik La mamma hoor, lig ik weer op bed boven de jukebox en zie ik de melancholieke Spaanse gastarbeider die zijn moeder miste: Javier.

Reacties (1)

Ad Megens zei op 8 januari 2015 om 18:17
mooi verhaal Riny

Reageer op dit verhaal

Heb je al een account? Log in met je gegevens.

Heb je nog geen account? Plaats zonder inloggen, of Registreer een account

Help spam voorkomen en los de volgende som op:
Geef mij een andere som.