ARNOLDUS VAN LAREN predikant te Veghel, verklaart bij rekest dat het pastoriehuis van Veghel klein en geheel ‘ontstelt’ is en dient het vezoek in om van hetzelfde een behoorlijke predikantswoning te mogen maken. Men bepaalt dat hij zich moet wenden tot rentmeester SCHUIJL om, volgens de authorisatie van 22 oktober 1648, de nodige reparaties te laten uitvoeren tot een bedrag van ongeveer 100 gulden.