Archieven

12 Rekest van Godefridus Coppens, Thomas Kuijl, Jan Baptista Guns, Willem Gijsberts en Jan Raaff c.s. allen voerlieden uit Oostenrijks Brabant op Aken vice versa te kennen gevende dat zij supplianten met hun karren en koopmanschappen rijdende over en weder naar de voorschreven plaatsen gehouden zijn een klein gedeelte van de Meierij van ’s-Hertogenbosch te weten van Lommel tot Budel te passeren zonder dat door hen enige goederen aldaar worden gelast of opgeladen, dat zij eerst de voorschreven route hebben genomen sedert dat tussen Oostenrijks Brabant en de Prins van van Luik over het uitvoeren van goederen en koopmanschappen uit hun respectievelijke districten disputen zijn ontstaan en dat zij geïnformeerd zijn geworden dat van dusdanige transitoire goederen op de kantoren van de Brabantse zwijgende landtol in de Meierij altijd is betaald geworden te weten van een kar met een paard bespannen 1-10-0, met meer dan een paard zinder van ieder paard daarboven 15 st. zonder dat ze enige aangifte van de waarde der goederen te doen; dat zij supplianten om op de voorschreven voet mede te mogen volstaan, wel verscheiden tentamens door de commiezen van de tol te Lommel en Budel hebben gedaan doch te vergeefs en aan hen is geordonneerd hun goederen op dezelfde wijze aan te geven en daarvan betaling te doen zoals andere voerlieden volgens de ordonnantie van de tol [met details]