Archieven

217/225 Gregorius van Lelijveld van Cingelshouck, notaris te Vierlingsbeek als gevolmachtigde van Hendrikus Arts, landbouwer te Boxmeer weduwnaar van Sybilla Janssen volgens onderhandse volmacht van 13-05-1863; Martinus Laurensse, veearts te Venray gehuwd met Lamberdina Arts en Wilhelmus Josephus Trix, boekbinder te Boxmeer als gevolmachtigde van Martinus Jansen, zonder beroep te Uden (akte is bijgesloten) als toeziende voogd over de minderjarigen Cornelis Gerardus en Arnoldina Antonia Arts benoemd door het kantongerecht Boxmeer op 30-07-1863, kinderen van Hendrikus Arts en wijlen Sybilla Janssen verklaren dat er geen inventaris is opgemaakt bij het overlijden van Sybilla Janssen. Verwijzing naar vonnis voor de arrondissementsrechtbank te ’s-Hertogenbosch van 27-03-1863 inzake de vordering van Hendrikus Arts gewezen, waarin nu wijlen Cornelis Janssen te Oeffelt als toeziende voogd van de destijds minderjarige Lamberdina en de andere 2 minderjarige kinderen, is bevolen mede te werken aan de inventarisatie, scheiding en deling van de nalatenschap van Sybilla Janssen. Thans worden benoemd tot schatters: Johannes Jansen, landbouwer; Jacobus Antonius Rongen, logementhouder; beiden te Boxmeer en Mathijs van Os, landbouwer te Sambeek. Comparanten verklaren dat de inventarisatie zal plaatsvinden op 29-08-1864.