Archieven

135 Francis Manders, molenaar te Veghel voor zich en als aangestelde voogd over Catharina en Elisabeth, onmondige kinderen van Jan Manders en Annemaria van den Boomen, blijkens onderhandse akte door de overleden voogd Jacobus van Dijck op hem gegeven te Erp 8-7-1806; Lambert Manders, molenaar en wonende te Erp en Hermanus de Louwere, molenaar te Schijndel gehuwd met Maria Jan Manders verklaren nalatenschap van ouders te willen gaan delen, waaronder schuldbekentenis van 3000 gulden, gepasseerd voor schepenen van Asten 20-2-1787 ten laste van nu wijlen Francis Francen; onderhandse obligatie van 400 gulden 21-10-1803 ten laste van de kinderen Jan van den Boomen te Lierop; onderhanse obligatie van 100 gulden 4-8-1790 ten laste van Adriaan van den Biggelaar te Erp; teul- en groesland in den Hoek; teulland genaamd den Molenacker; hooibeemd omtrent Hees genaamd de Horst; hooibeemd omtrent Keldonk genaamd de Bulten; hooibeemd omtrent den Hoek genaamd Heurkensbeemd; nieuw erf op Heuvelbergh; obligatie van 100 gulden ten laste van gemeente Erp van 11-3-1796; obligatie van 100 gulden van 29-9-1791 vergolden door de weduwe J Rietman; kapitale som van 1200 gulden staande ten laste van Lambert Manders. Te Erp geregistreerd op 18-4-1807.