Archieven

83 Jan Ariens van Empel belooft aan Maeijken weduwe van Aert Ariens Hoefsmith voortaan een jaarlijkse rente van 5 gulden, steeds te betalen op Maria Magdalenadag en voor de eerste keer per a.s. Maria Magdalenadag anno 1648, vrij van alle belastingen, op onderpand van een stuk hooiland en akkerland aan elkaar gelegen in de baronie van Boxtel in de herdgang van Lennisheuvel, b.p. Dierck Stoopen, Henrick Henricks van de Laerschot en meer anderen, Willem Huijberts van Tuijl, Eijmbert Henricks. De schuldenaar belooft de rente te garanderen en alle lasten op het onderpand af te lossen. De rente is altijd aflosbaar op Maria Magdalenadag tegen betaling van 40 pattacons, samen met de achterstallige termijnen, mits er een half jaar vooraf is opgezegd. Actum ut supra.

82 Jan Ariens van Empel als man van zijn vrouw Cornelia belooft aan meester Leon Roijmans die daarvan het vruchtgebruik krijgt en zijn dochter Geertruijt verwekt bij diens vrouw Geertruijt dochter Gijsbert van der Asdonck het erfrecht, een jaarlijkse rente van 10 gulden, steeds te betalen op St. Jans Baptistdag en voor de eerste keer per a.s. St. Jansdag anno 1648, vrij van belastingen op onderpand van een huis, tuin, hofstad en aanliggend erf, gelegen in de baronie van Boxtel in de herdgang van Lennisheuvel, b.p. Dirck Stoopen, de gemeenschappelijke straat, Henrick Henrick Eijmberts. De schuldenaar belooft de rente te garanderen en alle lasten op het onderpand af te lossen behalve 45 stuivers per jaar. De rente is altijd aflosbaar op St. Jansdag tegen betaling van 200 karolusguldens, samen met de achterstallige termijnen, mits er een half jaar vooraf is opgezegd. Datum 18 juli 1647, getuigen Henrick Michiels van Hall en Cornelis Peters van Sutphen, schepenen.

81 Eijmbert Janssen wonend te Huijclum als man van Maria natuurlijke dochter van wijlen Maria dochter wijlen Lenaert Willems, heeft verklaard door de erfgenamen van wijlen Lenaert Willems en door Jenneken Jan Goossens betaald te zijn voor de som van 25 karolusguldens, die aan genoemde Maria in het testament d.d. 8 november 1633 waren vermaakt, behalve als Maria zonder wettig nageslacht zou sterven, dat in dat geval het geld weer terug zou gaan naar de genoemde erfgenamen, hetgeen Eijmbert hierbij alsnog belooft. Datum 8 juli 1647, getuigen Goossens en Marijnen als schepenen.

80 Gerart Wouters wonend in herdgang Onrooiij alhier, heeft als schuldenaar beloofd om aan Evert Gerart Goijaerts die per a.s. 1 mei de som van 190 karolusguldens te betalen, waarvan 100 gulden in pattacons en de andere 90 gulden in gangbaar geld, de pattacon gerekend tegen 2 gulden 10 stuivers met onderwijl een rente van negen gulden en 10 stuivers. Als er op die datum niet wordt betaald, zal de genoemde rente blijven doorlopen totdat er is afgelost. Daarvoor verbindt de schuldenaar zijn persoon en bezit. Datum 6 juli 1647, getuigen Marijnen en van Hall.