Archieven

104 Onder conditien en voorwaarden naarbeschreven sullen Arnoldus Auwens als man en momboir van Helena Vink voor d’eene helfte en mitsgaders in qualiteijt in beneftens Johan Donquers aangestelde voogden over de minderjarige Catharina Vink en door de edel achtbare heeren schepenen deser stadt bij seeker dictum daer van gemaakt de dato den 8sten februarij 1731 daar toe speciaal geauthoriseert voor d’ander helfte, publiequelijk en voor alle man te beurde brengen en verkopen een huijs en hoft met sijn aangelagh groot ontrent een loopens saat, ofte soo groot en klijn ’t selve tot Vught gelegen is ter plaatse genaampt in de Taleestraat d’eene zijde en eijnde Jacobus Schovers d’ander zijde Peter van Rooij, strekkende voor vande gemene straat aghterwaarts tot aan erve van sr. Vervorst aangekomen mits doode en aflijvigheijdt van haren stieftvader Johan Vlevers soone van Cornelis Clevers zaliger die de selce hadde scregen bij coop en opdraghte tegens Sebastiaan van Cuijnen als curateur over den boedel van wijlen Meus Janssen Keijsers gelijk in schepenen brieven der dinghbanke van Vught, daar aff gemaakt breder staat begrepen, wesende van dato den 28e november 1698. Den cooper sal hier uijt jaarlijx en erffelijk blijven vergelden de helfte en ses vaten rogge aan den H. geest tot Vught. Item alnog de helfte in 11 st en 4 penningen aan St Jans kerk tot s’Bosch. Item alnog de helfte in 6 stuijvers aan de Bastianen schuis tot Vught. Item alnog de helfte in 2 stuijver en 8 penningen aant Lasanus huijs tot Hintham. Item alnog de helfte in 5 stuijver en 10 penningen aant Clarisse clooster alhier. Item alnog de helfte in 2 guldens aan vrouw van Cuijk en voorst moeten onderhouden en betalen de nabuurlijke regten dorps lasten, en serviteiten daar toe van outs regts en gewoonte wegen te onderhouden staande en gehoorende, ende oft namaals bij wegen van regt, bevonden wiert meerder renthen chijnse of paghten uijt voorschreven huijsinge te gaan des men niet en weet sulcx sullen de vercoperen en

97 Compareerden voor heeren scheepenen ondergenoemt Arnout van de Ven woonende tot Helvoirt, ende Zegert Aart van Overbeek woonende alhier tot Vught dewelke hebben verclaart met malkanderen te sijn overeengekoomen ende convenieert dat den huijsraat paarden, beesten ende het kooren op den akker, toebehoorende tegenwoordig Jacob Arts van Liempt haar beijder schoonvader. Ofte hoedaanig de selve soude kunnen genoemdt worden, bij aflijvighijt van deselve, den eerste comparant Arnout van de Ven op de voorschreven naalatenschap geene de minste pretentie sal maaken en alleen concurreren voor een derde part in het erfgoet van voornoemde sijne schoonvader ende daarentegen sal den tweeden comparant den eersten comparant moeten bevrijen van alle lasten en schulden soo er sijn die der voornoemde haaren schoonvader Jacob Arts van Liempt onbetaalt naar desselfs overleijde mogte hebben sal koomen agtertelaaten, uijtgesondert soo er uijt hoofde van borgtogt eenige praetentie mogten gemaakt worden, soos al den eerste comparant voor een derde part daar inne moeten draagen, en voor den afstant die der eerste comparant in dese komt te doen, soo belooft den twede comparant daar voor te betaalen en uijttekeeren aan den eerste comparant eens eene somme van 50 guldens, actum Vught desen 14de april 1731. H.v. Eijndhoven, Cornelis van Esch. Mij present L. Ragaij secretaris.

92 Verkoopinge der goederen van wijlen Wouter de Jongh gedaan op de 21 maart 1731 door Jan Perkin en Wouter van Boxtel, als beeedigde armmeesters ten overstaan van heeren schepenen, en zulx ten behoeven van desselvs vier naargelatene kinderen met name Wouter, Peter en Piet als volgt. Bestedinge gedaan door de twee voorschreven armmeesters, van de voornoemde naargelatene vier kinderen van wijlen Wouter de Jongh. EErstelijk heeft Wouter van Boxtel aangenomen Marike, jaarlijx voor eene somme van 7 guldens, mits aant kind te furneren 2 hembden, klompen en sokken, en een voorschoot en kousen. Ten tweden soo heeft Lucas Penninx aangenomen Wouter jaarlijx voor eene somme van 14 guldens mits aant kindt te furneren 2 hembden een keel, een broek, ousen en klompen en sokken. Ten derden soo heeft Ariaan Gerrits aangenomen Peter jaarlijx voor eene somme van 13 guldens en 15 stuijvers mits aant kind te furneren 2 hembden, een keel, en broek, kousen, sokken, en klompen. Ten vierden soo heeft Jacob Jan Leenders aangenomen Puet jaarlijx voor eene somme van 14 guldens mits aant kind te furneren 2 hembden een keel, en broek, kousen sokken en klompen. Aldus de voorenstaande goederen verkogt en de voorschreve bestedinge der vier naargelatene kinderen van wijlen Wouter de Jongh gedaan ten overstaan van Cornelis van Giersbergen en Cornelis van Esch schepenen in Vught dato ut supra.

91 Onder conditie ende voorwaarde volgens de welke Jan Perkin, ende Wouter van Boxtel, beeedigde, arm meesters, naar die sondaagse publicatie publik ende voor alle man zullen verhuuren zeekere huijzinge en hofken van wijlen Wouter de Jongh staande ende gelegen alhier int dorp tegens over de Drie Zwaanen en zulx ten behoeven van zijne naar gelaatene kinderen. Dese verhuuringe zal geschieden om munte van caroli guldens tot 20 stuijvers het stuk, ofte de waarde van dien in goede gepermitteerde munte te betalen tegens inxteren 1732. Item zal edn huurder de voorschreven huijzinge konnen aanvaarden tegens pinxteren aanstaande deses jaare 1731 ende het hofken tegens half maart van den zelven jaare. Item tot lasten van den huurder zullen staan alle ordinaire ende extra ordinaire dorpslasten soo reel alas personeel egeene uijtgezondert, mitsgaders contrebutie soo de zelve mogte opkomen, volgens ordre van den landen. Item zal dese verhuuringe geschieden voor den tijd van agt agtereenvolgende jaaren, edogh met vier te mogen schijden wie van partijen gelieven zal, mits malkanderen een hale jaar te voor opzegginge te doen. Item zal den huurder gehouwden wesen te stellen twee goede suffissante borgen, die haar zullen moeten verbinden ider in solidum als schuldenaren principaal, omme daar aan de verschulde huur penningen soo wel als van den huurder te konnen verhaalen met de lasten van dien aanstonds bij uijtgangh des hoogsels. Den huurder zal gehouwden wesen te ligten copue op behoorlijk zegel uijt dese verhuuringe ten zijnen kosten. Item den huurder zal gehouwden wesen te slaan luttel ofte veel slagen, doende ideren slagh tien stuijvers half en half volgens ouwder gewoonte. Item zal den huurder schouwbaar moeten leveren de straat, stegen wegen en waterlaten, soo er bevonden worden. Item soo het mogte gebeuren, dat den huurder in gebreken mogte blijven aanstonds als voor suffissante borgen te stellen zalmen het gehuurde van al zulke gebrekigen huurder slager ofte onslager, wederom