Archieven

Johan Judocus de Marcour, advocaat in Eindhoven, heeft als gevolmachtigde van Margo Wouters, weduwe van Martinus van Vlerken, landbouwster in Bergeijk, door deurwaarder Den Otter doen dagvaarden Petronella Swaagers, weduwe van Hendrik Wouters, landbouwster in Bergeijk. Margo heeft na een scheiding en deling van 8 maart 1806 een vordering ten laste van Petronella openstaan van 165 gulden, alsmede een niet terugbetaalde lening van 40 gulden. Petronella zal de schuld vóór 1 december 1820 inlossen, inclusief de kosten.

Jan Francis van Bree, handelaar in Eindhoven, heeft door deurwaarder Den Otter doen dagvaarden Johanna Lathouwers, weduwe van Peter Schenkelaars, zonder beroep, wonend in Zeelst, wegens een uitstaande schuld van 130 gulden. Na verhoging van dit bedrag met 20 gulden wegens gederfde interesten, wordt overeengekomen dat het nieuwe bedrag in maandelijkse termijnen van 12,50 wordt terugbetaald. Plaats van handeling: klooster Ten Hage onder Woensel.

Gerard Teurlings, advocaat in Eindhoven en gemachtigde van Johan van Bers, directeur der brievenposterij, wonend in Heusden, en van Franciscus Gijsbertus Johan van den Bogaert, tin- en loodgieter te 's-Hertogenbosch, geeft te kennen dat hij voornemens was om de volgende personen te dagvaarden: Johan Wilhelm Kilian, ontvanger 'particulier' der directe belastingen, wonend in Eindhoven, en diens huisvrouw Magdalena Isabella Heijnselmans. Zij hebben beloofd een waarborg te stellen voor de gezamenlijke erfgenamen van wijlen Franciscus van den Bogaert en diens huisvrouw Christina Kilian, alsmede van wijlen Catharina Goossens, weduwe van Gijsbertus van den Bogaert, maar zijn nu weigerachtig. Het gaat om een schuld van 2.400 gulden aan Goswinus Sterk, verificateur der indirecte belastingen, wonend in 's-Hertogenbosch, en een schuld van 2.000 gulden aan notaris Jan de Bergh, eveneens wonend in 's-Hertogenbosch. Vrijwillig verscheen ook Elard Albert Rovers, procureur, wonend in Eindhoven, die als gemachtigde van de verweerders verklaart dat de partijen inmiddels weer in onderhandeling zijn waardoor de zaak kan worden geseponeerd.

Hendrik van den Oetelaar, landbouwer in Waalre, heeft Dielis Smulders, wielmaker in Woensel, laten dagvaarden. Smulders heeft hem bij publieke verkoop voor notaris Simon de Vries en getuigen te Waalre op 31 maart 1814 een perceel weiland verkocht, maar verzwegen dat er een jaarlijkse rente op rust van 4,50 die verschuldigd is aan het Domein van Cranendonk en Eindhoven. In de verkoopakte wordt slechts een rente van 1,50 genoemd. Smulders verweert zich door te stellen dat hij niet beter wist omdat hij al jaren lang niet meer dan 1,50 betaalde. Hij is evenwel bereid om tot een minnelijke schikking te komen. Van den Oetelaar wil eigenlijk dat het koopcontract nietig wordt verklaard, maar neemt uiteindelijk genoegen met een restitutie op de koopprijs ten bedrage van 119 gulden.