ten verzoeke van 1e. Mathijs Hermanus van Beek, 2e. Antonius Theodorus van der Doelen en 3e. Hendricus Sengers als armmeester van den armen van Megen, 4e. Antonius Theodorus van der Doelen in eigennaam en 5e, Mathijs Hermanus van Beek als mondeling gevolmagtigde van a. de Heer Adrianus Sengers en b. Jacobus de Graauw allen wonende te Megen, van wei en bouwlanden gelegen onder Megen voor zes jaren en een perceel voor vijf jaren, te zamen opgebragt hebbende f. 373,= , f. 13.= , f. 100.= en f. 20.=