Archieven

251 Ruth Janssen van Vechel en Jenneke Willems van Osch, echtelieden hebben 26-6-1692 een besloten testament gemaakt met volgende inhoud. Alle eerdere testamenten worden nietig verklaard. De langstlevende van hen beiden zal alle goederen van overleden partner erven. Na hun beider dood moet uit hun nagelaten goederen 100 gulden vastgezet worden op vaste onderpanden, waarvan de rente gebruikt moet worden voor een jaargetijde van requiem. De pastoor zal daarvan de helft ontvangen voor het gezang in de mis, de vicarius of kapelaan en de koster krijgen samen andere helft, ook voor het helpen met zingen. Jan, zoon van Jochum Janssen, wonend te Grave zal na hun beider dood 50 gulden eens krijgen. Aeltjen, dochter van Dirck Jan Rooloffs zal na hun beider dood 25 gulden eens krijgen. Aeltjen, dochter van Geurt Arts zal na hun beider dood eveneens 25 gulden eens krijgen. Fijken Arts, nicht van de testateurs krijgt voor haar trouwe diensten, samen met Jan, zoon van Willem Jan Willems huis en hof binnen stad Megen, e.z. naast erf van Wauter van Schaijck, a.z. naast erf van Jan de Smidt met nog halve hont land in de Meeren. De hier nog niet genoemde kinderen van de ooms en tantes van de testateurs, voor zover nog in leven, zullen na hun beider dood ieder daalder van 30 stuivers krijgen. Wat dan nog over is van nalatenschap gaat naar kinderen van Willem Jan Willems, naar de kinderen van Fijken Jan Willems, naar de kinderen van Geurt Arts en naar Peeter Arts. Op 13-11-1707 hebben Ruth Jans van Vechel, ziek te bed liggend en Jenneke Willems, beiden gezond van geest, dit besloten testament aan schepenen van Megen overhandigd, waarna het geopend is en overgeschreven.