Erfdeling tussen de 6 kinderen van wijlen Ceel Woters van hun vaderlijk versterf. Het gaat in twee delen: De drie grote kinderen, te weten Wote(r) Celen; Eijnsken Celen, nu getrouwd met Claes Gijsberts en Luijtien Celen, nu getrouwd met Willem Geurts, een deel en de drie kleine kinderen, Jan, Marijke en Hendrick Celen het andere deel. Zij worden geassisteerd door hun mombers Jan Woters en Bastiaen Peters.
Lot 1 is voor de kleine kinderen: Den Olicamp, bezwaard met een schuld van 250 gulden aan de landschrijver Boom; 25 gulden van het andere lot. Lot 2 is voor de groten. Betreft ’t Weeracker? op den Ham, een zijde Peter Gerts, andere zijde Derick Woters. Nog Gert Ebben hof gelegen aan Geurt Aerts berch, met het daarop staande vlas. Nog twee akkers bij de stad, den Alden hof, een zijde Erken Ot Jans, andere zijde … de Smit. Nog een akker op de Lonse Wort, bezwaard met 100 gulden aan Willem Willems; 25 gulden te betalen aan lot 1. Dit laatste lot wordt verder verdeeld: Lot 2a. Den Ham, 2 akkers, is voor Willem Geurts, bezwaard met een schuld van 50 gulden aan Willem Willems. Lot 2b is voor Claes Gijsberts, getrouwd met Eijnsken Celen: het heufke gelegen aan Geurte Berch, bezwaard met 50 gulden aan Willem Willems. Lot 2c is voor Woter Celen: 2 akkers aan de stad, met een akker op de Lonse Wort, met 25 gulden schul aan de kleine kinderen.
Verder worden de goederen van hun bestemoeder Heijlken Wouters verdeeld: De drie kleine kinderen krijgen de hof met schuur en halve berg, zoals het in gebruik is bij Peter Gerts. Nog een halve akker, ’t Winterschot, te Huisseling. De drie grote krijgen: het halve Heilige kempken, twee akkers op de Lonse Wort; nog het “lecht?” gekocht van de pastoor van Dennenburg.