In zake van Antonij van Houtert, wonende te Uden, eisser, tegens, Adriaan van Gerwen, gedaagde ter andere zijde. Den procureur Rietman produceert eene missive van den rigterbode van Uden uit denwelke consteerd dat aan de dispositie dezer Regtbank in dato 3e april j.l. is voldaan en versoekt als nu vonnis. Scheepenen verleenen hier op vonnis, en zal deze in forma door den president worden ondertekend en secretaris gecontrasigneert, en na behoorlijke enregistratie expeditie daarvan uitgelevert.