

Hanricken soon wylen Hanricx Goertss als man van Mectelden krijgt toebedeeld ‘een ghuys, schuer, scop, hostat ende hoff’ met toebehoren, groot omtrent 1 ‘sester saets’, gelegen in die Davelaerssche thiende
- e.z.: de kinderen van Danelt soone wylen Danelt Danelss
- a.z. en e.e.: ‘die gemeyne straet’
- a.e.: Hanrics Peter Willemss
Ook ‘eenen acker lants genoemt den Quaden coep’, groot omtrent 3 ‘loepensen, gelegen aldaar
- e.z. en e.e.: Katheeryn we(duw)e wylen Aernt Jan Deliss
- a.z.: Ariaen Aernt Goertss
- a.e.: Jan Fredericx Hanricxs
Ook ‘eenen acker lants’, groot 3 ½ ‘loepensen’, gelegen in die Heze
- e.z. en e.e.: Elysabeth dochter wylen Hanricx Janssoon die Vriese
- a.z.: Hillegont dochter Hanricx Lambertss
- a.e.: ‘die gemeyne straet’
Ook ‘een groese veltken, genoemt het Rytken’, gelegen in die Nederbiest
- e.z.: Willem Pynappel
- a.z.: Thomas Jan Thomass
- e.e.: Rombout Hanricx Lamberts
- a.e.: Jan Wyn Jacopssoon
Ook een erfcijns van 28 stuivers die wordt betaald door Dries soone wylen Goert Driessen ‘vuyt synen erffenissen’.
Lasten:
- een grondcijns van 4 stuivers min een oort aan de heer van Helmont
- een ‘heychyns’van 1 stuiver aan ‘den gebueren van Vechel’
- een erfpacht van 1 ‘mud coerns’ , half ‘rogge’, half ‘garst, der maten van Den Bosch en aldaar te leveren, de ene helft ‘den armen bagynen binnen Den Bosch’ en de andere helft aan het ‘Sunte Katherynen altair inder kercken opten bagynhoff ald(air)’
- een erfpacht van 1 ‘Boscsh vaet riggen’ aan ‘den vier biddende ordenen’
- een ‘mengelen wyns der fantriken der kercken tot Vechel’
- 7 oort stuivers (0-1-3) ‘jairgelts’ aan ‘der vicarien van Vechel’
- Een erfcijns van 1 ‘Bosch pont payments’ aan ‘der fabriken, vicarien ende costerien tot Vechel’
- Het onderhoud van ‘het heel velthecken staende ende hangende after die voirs(creven) schuere’
Getuigen: als boven.