Archieven

183 Voor mij notaris en getuigen verscheen Jan Matteussen Leijtens wonend te St. Michielsgestel die verklaarde ter voldoening van 2 obligaties van elk 50 gulden te betalen door Rutger Willems ten behoeve van Eijmbert Willems met de rente ervan zijnde 2 gulden gerekend vanaf heden datum, zich daarvoor borg te stellen op onderpand van zijn persoon en bezit. Jan belooft te zullen zorgen voor betaling aan Eijmbert Willem Rutten als eigenaar van deze obligaties of aan de wettige houder ervan. De betaling zal eerst dienen plaats te vinden voordat er een boedeldeling kan komen van enig van zijn achter te laten bezit en ook niet eerder dan na 6 weken na zijn dood aan deze Eijmbert Willems, de obligaties te voldoen met de rente ervan danwel dat elk erfdeel daarvoor met een vierde deel van de 100 gulden wordt verminderd. Gepasseerd in Den Dungen op 13 november 1690, in aanwezigheid van Hendrick Jans Spierincks en Adriaen Mans als getuigen. Getekend : Hendrick Janssen Spierincks, Adriaen Mans, mij present W. Mans notaris.

146 Onlangs heeft Hendrik Everts de Bever die in St. Michielsgestel woont, beslag gelegd of door de vorster laten leggen op een restant koopsom dat Barbara dochter van Hendrick Janssen Verkinderen uit haar bezit heeft te vorderen dat ze samen met haar broers en zusters had verkocht aan Willem en Philip Mans, zijnde ongeveer 17 gulden. Voor ons is nu verschenen Jacob Aerts van Groenendael wonend te St. Michielsgestel die zich hierbij borg stelt voor deze som geld die staat te betalen aan Hendrik Everts de Bever vanwege genoemde Barbara. Vervolgens heeft Jacob beloofd dit restant koopsom zijnde 17 gulden en 3 stuivers ten behoeve van deze Barbara te zullen voldoen. Actum in Den Dungen op 24 oktober 1689 in aanwezigheid van Jan Tijssen Weijgergancks en Claes van Hannen als poorters en getuigen. Getekend : Jacob Aerts van Groenendael, Jan Thijssen Weijgergancks, Claes Hendrick van Hanne, mij present W. Mans notaris.

105 Voor mij notaris en getuigen verscheen Dirck Willem Rutten wonend te St. Michielsgestel die hierbij als borg optreedt voor Henrick van Griensven ook wonend te St. Michielsgestel voor de som geld zoals zal worden bevonden die Jan Henricks den Hartogh wonend in Den Dungen pretendeert te vorderen te hebben vanwege huur, onkosten en schade die de 2 paarden van deze Henrik Griensven hebben veroorzaakt in een weiland gelegen in de jurisdictie van Schijndel ter plaatse genoemd in het Wout, welk weiland Jan Henricks den Hartog in huur heeft . Voor die 2 paarden uit dat weiland heeft Jan den Hartog de schade meegedeeld op 20 augustus 1686 ... middels de vorster van Den Dungen ...... De comparant belooft het bedrag van de vast te stellen schade te zullen voldoen op onderpand van zijn persoon en bezit en zal zich aan de vrijwillige rechtspraak onderwerpen voor heren schepenen van de stad Den Bosch en machtigt daarvoor Johan van Campen en Gerart van Bethelt (?) als procureurs van die rechtbank. Aldus gepasseerd in Den Dungen op 1 september 1686 in aanwezigheid van Lambert van Rosmalen en Gijsbert Teunissen Vuchts als poorters en getuigen. Getekend : Dirck Willems Rutten, L. Rosmalen, Gijsbert Tonis Vuchts, mij present W. Mans.

224 Borgstelling betaling van hop
Voor mij notaris verscheen Jan Janssen Spierincks oud 62 jaar en Denis Lamberts oud 58 jaar en Gijsbert Peters oud 52 jaar, allen inwiners van Den Dungen en geloofwaardige getuigen, die op verzoek van Jan Hendrick Smeulders ook inwoner van Den Dungen het volgende hebben verklaard. Het is hen attestanten bekend dat gisteren 4 september 1654 zij ten huize van notaris Grahame zijn geweest en dat ze daar aankwamen met Jan Hendrick als requirant, Dirck Jan Pennincks en Jan Willems van de Ackker wonend te Schijndel en dat toen de requirant tegen Dirck Pennicnks over de hop sprak die deze Dirck van hem requirant heeft gekocht en dat ze daarover woorden met elkaar kregen en dat Dirck toen tegen de requirant zei *wat meijnder dat ik u hop niet betalen zal* waarop Jan Willems van den Acker tegen Jan Hendrick Smeulders zei *in zoverre Dirck Jan Pennincks uw hop niet betaalt op de afgesproken dag, zal ik de hop betalen daarvoor borg staan* en die woorden had hij diverse keren herhaald. Jan Willems van den Acker zei toen tegen Dirck Jan Pennincks * hoorde wel Dirck, ik heb Jan Hendricks beloofd voor zover hij zijn hop niet op tijd betaalt, dat ik die dan zal betalen* en gaf hem daarop opnieuw de hand waarvoor deze Dirck hem zeer dankbaar was. De attestanten verklaren dat ze zulks zelf hebben gezien en gehoord en daarbij hebben zitten drinken. De attestanten zijn bereid zulks later onder ede te bevestigen. Aldus geschied in Den Dungen ten woonhuize van mij notaris en in aanwezigheid van Niclaes Hendrick Daniels en Hendrick Claessen als getuigen op 5 september 1654. Ondertekend: Jan Janssen Spierincks, Denis Lamberts, Gijsbert Peters, Claes Hendricks getuige, Hendrick Claes Hendricks, quod attestor A. Grahame.