Archieven

13a/17a [VERVOLG AKTE] Hermanus Peters, kleermaker te Herpen, koopt namens Johanna Reijnders, weduwe Peter Peters, zonder beroep te Herpen, voor f 504,- te Schaijk een bouwland bij den Erfdijk, sectie B 102, groot 93,80 aren, belast met recht van uitweg voor percelen B 669 en B 670, toebehorende aan Hendricus van de Kamp, welk perceel nog tot 1872 is verhuurd aan Adriaan de Pater voor f 25,- per jaar. Johannes Velt, landbouwer te Schaijk, koopt voor f 200,- te Schaijk een bouwland bij de Straat, sectie C 85, groot 29,60 aren, in pacht bij Johannes Velt. Lambertus van Son, smid te Schaijk, koopt voor f 352,- te Schaijk een bouwland aan den Molengraaf bij de Waterstraat, sectie B 558, groot 46,40 aren, tot en met 1873 verhuurd aan Francis Schel voor f 15,- per jaar. Johannes Lambertus van Berkel, timmerman te Schaijk, koopt voor f 272,- te Schaijk een bouwland in het Willeven, sectie A 1063, groot 43 aren, tot en met 1874 verhuurd aan Gerardus van de Wijngaard voor f 17,875 per jaar. Hendricus Hermanus van den Hoogen, herbergier te Schaijk, koopt voor f 460,- te Schaijk een weiland in het Groot Rietbroek, sectie B 777, groot 38,85 aren en bouwland aldaar B 778, groot 39,85 aren. Leonardus van den Heuvel, landbouwer te Schaijk, koopt voor zichzelf en namens Richardus van den Heuvel, landbouwer te Schaijk, voor f 300,- te Schaijk een bouwland bij het Goor, sectie A 733, groot 39,30 aren. Jan Willem van Poppelen, landbouwer te Herpen, koopt namens het Officie van wijlen Johannes Ruijs, in leven r.k. pastoor te Neerloon en rector te Overlangel, met machtiging van Adrianus Hoefnagel, r.k. pastoor te Demen en tegenwoordige bedienaar van het Officie, voor f 916,- te Schaijk een bouwland in het Kleijn Rietbroek, bij den Erfdijk, sectie B 77, groot 20,40 aren, nog tot en met 1873 verhuurd voor f 12,- per jaar; een bouwland B 82, groot 33,60 aren; een bouwland B 83, groot 39,90 aren, verhuurd tot en met 1874 voor f 35,- per jaar aan Adriaan de Pater.