Archieven

19 Johannes Mastenbroek en Daniël Franchois van Dompzelaar, schepenen van Helvoirt verklaren dat zij naar woonhuis van Jan Hendricx Schaght alhier zijn gegaan alwaar voor hen zijn verschenen voornoemde Jan Hendricx Schaght en zijn echtgenote Cornelia van Heeswijk, de eerste lichamelijk gezond, laatste ziek in bed liggend maar beiden gezond van geest zoals ons dat blijkt tijdens passeren van deze akte. Zij bevestigen dat na overlijden van een van hen de huwelijkse voorwaarden die zij bij aanvang van hun huwelijk zijn aangegaan, gepasseerd voor de schepenen en secretaris alhier 06-02-1739 van kracht blijven. Verder wensen zij als erflaters wederzijds te verrekenen enige uitgaven gedaan ten behoeve van boedel van de ander zoals uitgaven van huishoudelijke aard en aflossing van schulden. De erflaatster verklaart als aanvulling dat comparant na haar overlijden onherroepelijk volledig eigenaar wordt van woning, brouwerij en landerijen in Vught met alle aanhorigheden alsook huis met aanhorigheden in Helvoirt om daarover vrij te beschikken zoals over alle zaken die tijdens hun huwelijk zijn verkregen en gekocht met lasten die daarop rusten. De comparanten verklaren dat voorgaande hun laatste en uiterste wil is en ondertekenen samen met bovengenoemde schepenen en secretaris alhier dit testament.