Archieven

ontrent.. belent zuijd d; wed Nieuwlaat noordwaarts Jacob van Es, westwaarts deselve, oostwaarts Jan Smits, Item een parceel genaemt het Buijtenweij noordwaarts de gemeijte, zuijd Jacob Gevers oostwaarts Jacob [Gevers], westwaarts Hendrik van Gestel cum suis: item alnog een uijtgedosste moerven gelegen onder de huijsinge genaemt den olijvaarsnest, item sal dit lot van het eerste lot genieten eens eene somme van 20 gulden sonder meer. 3e en den voornoemde Jan Smits in huwelijk hebbende Maria Aart Coppens ingevolge de voorschreven scheijdinge en deijlinge voor sijn aendeel en tot zijn behoeve hebben en besitten. Eerstelijk een paarceel teulland genaemt den Helakker groot ontrend 2 loopense gelegen onder den Vlasmeer d; een zijde d; wed van Teunis van Balkom, d’ander zijde Huijbert Gerrits en een eijnde d’ander eijnd de straat. Item nog een parceel genaemt het middelsten akker met het moer daarbij gelegen, groot ontrend een loopense gelegen als voor d’een zijde d’wed Teunis Joosten d’ander zijde d’wed Teunis van Balkom beijde de eijnde Jacob Gevers, los en vrij uijt genomen dat der voornoemde condivident jaerlijxs zal moeten betaeld aen Jacob Geevers de somme van 5 stuijvers, item sal dit lot van het eerste lot genieten eens eene somme van 20 gulden sonder meer. Aenstonds naar het passeren deses ende ofter naarmaals bevonden wierde meer pagten cijnsen oft renten uijt eenige der voors drie aengedeelde portien te vergelden te staan ofte eenige derselve goederen imant met regt ontwonne wierden sulxs zullende voorschreven condividenten malkanderen moeten helpen dragen refunderen, ende goet doen ider voor een geregte part gelijk de voorscrhreven condividenten dit opentlijk hebben bekent en beleden ende of sulxs den eenen tot behoeft van den anderen op de protien ider van ten desen aengedeelt gerenuncieert in manieren indien gewoonelijk zijnde gelovende de voorschreven condividenten ider voor een geregte part het voorschreven erfscheijden en deijlen renuncieeren en vesten