Archieven

14 Rekest van de voornaamste roomsgezinde ingezetenen van het dorp Rosmalen in kwartier Maasland inhoudende dat de pastoor van hun gemeente Hendricus van Meele sedert enige jaren, haar en vele leden van die in het bijzonder aanhoudend en onbegrijpelijk vexeerde, gebruikelijke kerkdiensten geweigerd had en zich aan zijn gemeente onttrok en de gemeente verstrooide en met woorden en daden zijn herdersambt dermate te buiten ging dat de supplianten niet naar behoren hun godsdienst konden waarnemen, neen, maar genoodzaakt werden elders de dienst te gaan verrichten; dat de supplianten wel van tijd tot tijd daar van aan de vicaris generaal Aarts van het Bossche bisdom en van het gedrag van de pastoor en zijn leer verschillende bewijzen hebben gesuggereerd, met gevolg, dat de vicaris getracht had de pastoor ervan te overtuigen en tot zijn plicht te brengen, maar alles tevergeefs; ze verzoeken dat haar Ho: Mo: de vicaris gelieven te gelasten om prompte voorzieningen te treffen t.a.v. pastoor Hendricus van Meele tot rust en welzijn van de roomse gemeente; een kopie van dit rekest wordt gezonden naar de kwartierschout van Maasland [Schutjes in deel V pag. 589 meldt in zijn Geschiedenis van het bisdom ’s-Hertogenbosch [1872] dat Hendricus de Mele op 30 november afstand heeft gedaan als pastoor en op 18 februari 1778 is opgevolgd door Joannes van Helmont geboortig van Berlicum] – zie ook folio 265 de pastoor zelf stuurt een rekest over wat ook zijn voorgangers hebben meegemaakt en folio 496 opdracht aan de vicaris; folio 591 verzoek aan de vicaris om de pastoor bij zich te ontbieden en te bevragen over zijn vexatoir gedrag t.o.v. de leden van zijn rooms egemeente en hem te removeren en dimitteren en hem ernstig te waarschuwen en er zorg voor te dragen dat er geen verdere aanleiding tot klachten komt en zich stipt te gedragen

18 Rekest van Nicolaas van Sinderen wonende te Rosmalen inhoudende dat door het overlijden van Gerard van Sinderen de vorstersplaats van Rosmalen vacant is en hij suppliant, op autorisatie van officier en schepenen van Rosmalen door Hendrik Kerkhof in kwaliteit als voogd over de minderjarige kinderen van Jacob Dirk Cremers en Wilhelmina Peperkoorn en in die kwaliteit eigenaar van de erfvorsterij van Rosmalen, is aangesteld als vorster en gerechtsbode aldaar zoals blijkt uit zijn commissiebrief; de suppliant is lidmaat van de gereformeerde kerk en verzoekt om approbatie van zijn aanstelling.

12 Rekest van Willem Leendert Broex tot op heden schepen van Rosmalen in kwartier Maasland en lidmaat van de gereformeerde christelijke religie inhoudende dat de suppliant door Alida van Groulart weduwe van Lodewijk Cramer en Vrouwe der heerlijkheid Geffen was aangesteld tot secretaris en stokhouder van Geffen als ook griffier van het leenhof verbonden aan huis en kasteel van Geffen te Nuland na het overlijden van Jacob Quiryns zoals blijkt uit de attestatie en commissie; dat de suppliant in zijn nieuwe kwaliteit niet vermocht te fungeren zonder approbatie van de Ho: Mo:, verzoekende om approbatie van die commissie; maar het rekest van Anthony Schouten van Sprankhuysen zie folio 40] werd doorgestuurd naar de kwartierschout van kwartier Maasland om na verhoor der partijen zijn bericht door te sturen naar de Ho: Mo:.

38 Rekest van de regenten van Rosmalen in kwartier Maasland over de geleden schade door de ‘verschrikkelyken orcaan en hagelslag’ bedoeld is die van 20 juli 1767] waarbij pastorie, raadkamer en toren bouwvallig zijn geraakt met een verzoek om tot herstel van de schade zij 1700 gl. zouden mogen opnemen; een kopie wordt doorgestuurd naar de Raad van State ter advisering aan de Ho: Mo: . – zie ook folio 563 [met details]